De drukproeven voor mijn nieuwe boek, Habibi, habibi, zijn naar de drukker. Er staan ook foto’s in maar natuurlijk lang niet alle foto’s die ik had willen laten zien. Waar denken we in Nederland aan als we aan Gaza denken? Aan een volk onder bezetting, of aan terroristen. Ondertussen wonen in Gaza bijna anderhalf miljoen mensen die moeten zien dat ze het redden, gewone mensen die proberen een zo gewoon mogelijk leven te hebben met hun kinderen.
Dit is bij Fatma thuis, op vrijdag, de vrije dag. Fatma heeft feteh gemaakt, vrijdags feesteten. Geroosterde gevulde kip met amandeltjes op gekruide rijst op plat brood, en daar bouillon met fil-fil bij, groene pepertjes. Iedereen zit op de grond om de grote schalen en eet met de handen. Fatma heeft vijf dochters en een zoontje. Zij en haar man Khaled, een neef van haar, zijn Bedoeïense vluchtelingen. Haar ouders woonden nog in tenten, zij wonen nu in huisjes van beton, dicht op elkaar. De hele dag komen schoonzusjes, neefjes en nichtjes, broers en de ouders binnen vallen.
Fatma heeft het in verhouding niet zo slecht. Zij heeft werk, en haar man meestal ook, als de checkpoints niet dicht zijn. Dus kunnen ze op vrijdag kip eten. Ze zijn hun huis aan het verbouwen, het is nu veel groter dan vroeger en er zit ook een echte badkamer in. Maar het geld is op, dus er zitten geen ramen in de sponningen en geen verf op de muren.
Er is in Gaza niet veel te doen. Toen ik voor de eerste keer in Gaza was, tien jaar geleden, en ik hoorde dat ze alleen op vrijdag vrij hebben vroeg ik naiëf, maar is dat niet vervelend, maar één dag vrij, dan kun je toch nergens heen? Daar moesten ze erg om lachen. Waar zou je heen moeten? Ik ging een keer mee met het jaarlijkse uitstapje van de gehandcaptenclub. Grote bus gehuurd, een extra aangepast busje voor de rolstoelers er achter aan, eerst naar het Noorden van de Gazastrook. Naar een anjerkwekerij. Toen de hele veertig kilometer van de strook door naar het Zuiden. Daar gingen we kijken naar de grens met Egypte. Daar was niets te zien behalve prikkeldraad en zand, maar toch, we hadden even de andere kant gezien. En daarna naar het strand, om de broodjes op te eten en spelletjes te doen. Dat was het. Vijfennegentig procent van de Gazanen beneden de dertig is nog nooit buiten de strook geweest. Ondertussen zijn zulke uitstapjes ook bijna niet meer te doen. De checkpoints zijn vaak dicht. Bij de grens met Egypte staat nu een hoge muur. In het zuiden kun je niet meer naar het strand.
Maar de mensen in Gaza zijn wel in staat overal een feestje van te maken, en dat ook nog zonder drank. Bij Fatma thuis gaat de tv aan, op een Arabische popzender, en dan dansen de dochters. Hier een van Fatma’s schoonzusjes en haar oudste dochter Nida, die meeklappen met de muziek.
Wassim is gepest door zijn zusjes. Huweida troost hem.
En hier komt een van de neefjes de waterpijp voor me verzorgen. Dat is een heel ritueel, de appeltjestabak moet onderin, dan folie er over heen waar gaatjes ingeprikt worden, en daar dan gloeiende kooltjes bovenop. Mijn vrienden zijn er al aan gewend dat ik graag shisha rook, want eigenlijk is dat voor mannen. Maar als ik ook al geen drank krijg vind ik het heerlijk om een uurtje met de mannen aan de waterpijp te hangen. Je wordt er een beetje licht van in je hoofd, en het is ook erg lekker als je het koud hebt, want behalve zo’n bak met gloeiende kooltjes is er nergens verwarming, en in december-januari is het berekoud in Gaza. Iedereen zit met truien, jassen en mutsen aan in huis.
Hoi Anja,
Dank je wel voor deze en vele van je bijdragen over je vrienden in de Gaza en Palestina. Dit is nu precies wat wij mensen nodig hebben in het westen. We zijn overgeleverd aan de reguliere media. Die alleen de sensatie-beelden levert en inspeelt op de angst voor alles wat anders is en de desinteresse van de westerse mens. We zijn zo dom,arrogant en lui dat we vooral geen moeite doen om vraagtekens te zetten bij elk bericht in de media. Ik vind het hartstikke fijn dat ik dankzij jou steeds weer denk……hé dat zijn echte mensen, moeders met kinderen die een verdomd moeilijk leven hebben. Hoe zou ik me voelen als verwende westerling?.
Gelukkig maar dat ze ook nog zoiets kennen als gewoon een gezellig familieleven. Bij al die bloederige beelden en verhalen, moet ik vaak denken aan dat ene nummer van Sting:”Russians”.
Ik zag je vandaag voor het eerst in het echt (regioconferentie SP). En ik vond je verhaal over integratie wat je daar vertelde een ware verademing.
Ik weet zelf niet zo gek veel over de Gaza strook, Palestina etc… maar ik weet zeker dat iemand die zo goed kan spreken als jij ook hele mooie boeken schrijft.
Ik ga dat boek van je zeker kopen!
En succes verder in de Gaza strook (wel een beetje oppassen, he? We kunnen je niet missen bij de SP!!!).