(Voor de nieuwe inloggers: ik ga er vaak van uit dat mensen de voorafgaande geschiedenis al kennen, en ik heb ook al veel geschreven over het Palestijns/Israelische conflict. Maar als iets niet duidelijk is: vraag!)
Onderweg naar het NCCR, naast Nasser in de auto zie ik veel soldaten op straat. Of soldaten- eigenlijk is het dus politie want officieel hebben de Palestijnen geen leger. Nasser vraagt een kennis die langs komt wat er aan de hand is. Hij klikt bezorgd met zijn tong. Mushkela? vraag ik, problemen? Na’ am zegt hij, mushkela en maakt met zijn hand het gebaar alsof hij een pistool afschiet. Verder komen we niet, want mijn Arabisch is ongeveer zo goed als zijn Engels, zo’n 27 woorden.
Op kantoor hoor ik dat er een vete is uitgevochten tussen twee families waarbij iemand is neergeschoten. Het komt gelukkig niet vaak voor. Eigenlijk is het haast een wonder dat deze samenleving niet desintegreert. Zet zoveel mensen op een kleine oppervlak bij elkaar (de bevolkingsdichtheid is ongeveer die van Manhattan, anderhalf miljoen mensen op elkaar gepropt, ze hebben de oppervlakte van Texel nog over) sluit ze op, bedreig ze, en wat er meestal gebeurt is dat ze elkaar te lijf gaan. Mijn vrienden hier vinden het maar niks als mensen zo achterlijk zijn om op elkaar te gaan schieten. Er zijn betere methoden om een ruzie uit te vechten. En waarom zou je op elkaar gaan schieten als de Israeli’s dat al doen?
Dan nog een bericht, Israel heeft weer een Hamasman willen liquideren. Degene die ze moesten hebben is niet gedood, wel vijf andere mensen, plus zeven gewonden waaronder een paar zwaar. Op kantoor heeft niemand zin om er verder over te praten. Het is te deprimerend, elke dag de doden, weer ergens een invasie, weer opgeblazen huizen, weer ontwortelde bomen. Dunne Mohammed kan het niet meer aanzien, zegt hij. Hij is niet naar Beit Hanoun geweest waar er pas geleden weer veel verwoest is door het leger. Wanneer Ramadan naar Rafah moet rijdt hij snel door en snel weer weg. Ik herken niets meer, zegt hij, hele straten die ik kende zijn er niet meer.
Als ik mijn mail geopend heb blijkt dat er ergens in de buurt hier gebombardeerd moet zijn. Niets van gemerkt, geslapen als een roos. Ramadan, is er ergens gebombardeerd? Misschien in Jabalya, zegt hij. Niks groots in ieder geval. De invasie in Beit Hanoun van kort geleden die bij mijn weten de Nederlandse kranten niet heeft gehaald was in ieder geval vele malen erger.
Ramadan hoort hier eigenlijk niet te zijn. Hij werkt in Khan Younis, maar kan er niet heen omdat de weg weer is afgesloten. Hij woont in Bureije kamp, tussen Khan Younis en Gaza stad in. De weg naar Gaza stad is gelukkig open. Anders moet hij rennen over het strand. Pas is er geschoten op een vrouw en haar kinderen die te klein waren om weg te kunnen rennen. Hij heeft goed nieuws. Zijn beste vriend, dokter Wa’el, gaat nu eindelijk trouwen. Het is een drama dat nu al anderhalf jaar duurt. Wa’ el’s moeder is vroeg overleden. Dus was er eigenlijk niemand die voor hem een vrouw kon zoeken en een huwelijk bemiddelen. Khaled en Ramadan wisten wel een vrouw. Ze arrangeerden een ontmoeting en dat klikte helemaal. Ze gingen naar de vader om de hand van zijn dochter vragen, maar die zei nee. Drama, want Wa’el en zijn uitverkorene waren inmiddels echt verliefd geworden. Gelukkig staat er in de koraan niets over mobieltjes, dus elke dag belden ze elkaar en beloofden met niemand anders te trouwen. Hun geduld wordt beloond, pa is gezwicht. Volgende week gaan ze zich verloven.
Ramadan kan een bijbaantje krijgen aan de Islamitische Universiteit. Ramadan wil wel, maar de regels zijn hem te streng. Geen drank is niet moeilijk, want behalve wat wij meenemen is er hier toch nauwelijks een slok te krijgen. Vijf keer per dag bidden is ook niet zo erg, want bidden deed hij toch al, al schoot er wel eens een keertje bij in. Maar nu hebben ze besloten dat ook roken haram is, want in de koran staat dat je niets mag doen waarmee je je lichaam schade aandoet. Heel mannelijk Gaza rookt ketting, op degenen na die dat recentelijk voor hun geloof hebben opgegeven. Ik weet niet of ik dat er voor over heb, zegt Ramadan. Ik ga liever naar de andere universiteit, dan mag je alles. Maar die vragen me niet.
We gaan eten bij Matoug, ons vaste restaurant. Ik eet duif. De mensen worden van de voedseltekorten vindingrijk. Ze fokken kleine beestjes die tussen de huizen kunnen scharrelen of op het dak een hok kunnen hebben. Duiven, kippen, kwartels. Een Noorse hulporganisatie heeft een mooi programma ontworpen. Gezinnen die ver onder de armoedegrens leven kunnen twee konijnen en een hok komen halen. Als ze de dieren goed onder de staartjes hebben gekeken en nette heteropaartjes hebben uitgezocht heeft het gezin binnen de kortste keren een heleboel konijnen. Als ze die ondertussen tenminste niet opeten.
Vandaag een rustige dag. Ik moet met dunne Mohammed nog wat regelen over de rapportage aan de donors, met Khaled wat bespreken over de training van morgen, de vraag is of het zuid team door de checkpoints komt.
Op weg naar de flat haalt Nasser de chauffeur een broodje konijnenshowarma voor me.
Wachten op Jan.
Telefoontje vanaf Ben Gurion, hij is er door, zonder ondervraging, net als ik.
Dan het spannendste: Erez.
Telefoontje. Jan is ook daar doorheen en zonder moeilijkheden.
Haast beledigd zegt hij: het is alsof het niemand interesseerde dat ik naar Gaza ging.
Waarom je de ene keer behandeld wordt als potentiele crimineel en de andere keer achteloos doorgewuifd wordt?
De avond met Khaled om bij te praten. Buiten horen we het gebrom van helikopters, en dan even het geloei van een ambulance. Niet goed, zeker niet in die combinatie. We staan op het balkon en zien een paar van de helikopters. Als ze stil hangen ninm de lucht en je maar een zwak gebrom hoort zijn ze het gevaarlijkst, dan volgen vaak de mortiergranaten. Maar ze vliegen weer weg. Nasser komt onze maaltijd brengen, verse vis, en salades. Er is een tank opgeblazen door het verzet, vlak bij de grens. Drie soldaten gedood. Dan komen er vrijwel zeker vergeldingsmaatregelen. Ik denk meteen aan Deny en Joes die morgen komen, als Erez maar niet dicht is. Khaled gaat naar huis. Die maakt het nooit te laat, die wil bij zijn familie zijn. Voor het geval. Jan en ik praten nog wat na. We hebben hier geen tv om het nieuws te volgen. Ondanks het gebrom buiten dat maar niet ophoudt ga ik maar naar bed.
Wie is Jan?
Jan Andreae is mijn collega trainer met wie ik ook veel in de Balkanlanden heb gewerkt, en die nu af en toe meegaat naar Gaza voor de bijscholing en de coaching van mensen.
Beste Anja,
Net wilde ik deels me verontschuldigen voor mijn inderdaad iets te snierende commentaar op jouw ( ik tutoyeer maar meteen, dat praat makkelijker ) werk in de bezette gebieden ( wat natuurlijk mijn kritiek op sommige van jouw stellingnames en een deel van je werk niet wegneemt, wat weer niet betekent dat ik geen respect voor die stellingnames en dat werk heb ), zie ik dat alle commentaren bij de desbetreffende posting verdwenen zijn, al had mijn commentaar eigenlijk bij jouw posting over de ‘8400’ gevangenen geplaatst moeten worden ( mijn fout ). Bij deze dus mijn excuses.
Wat ik niet snap in bovenstaand bericht: je schrijft “Er is een tank opgeblazen door het verzet, vlak bij de grens. Drie soldaten gedood. Dan komen er vrijwel zeker vergeldingsmaatregelen.” In de ‘Zionistische media’ hier in Israel heb ik de afgelopen dagen niets gelezen, gehoord of gezien over een opgeblazen tank en/of drie gedode soldaten. Betreft het hier wishful thinking?
Foutje, nu zie ik de commentaren weer allemaal.
Pingback: Weblog Yorick Haan
Om eerlijk te zijn: ik begrijp helemaal niks van het verhaal. Niet het verhaal hier op je weblog, maar het verhaal daar. Ik ben opgegroeid met positieve gevoelens voor Israel. Ik heb langzamerhand begrepen dat er veel ‘landjepik’ gebeurt op basis van een paar zinnen in de bijbel. Uit een soort onmacht heb ik afstand genomen. Wat moet je? De andere kant van het verhaal komt in de media niet echt lekker op mij over. (Die bekende mevrouw – niet jij – die op een onsympathieke manier keer op keer zegt dat men het verhaal niet wil horen, daar haak ik al snel bij af).
Met deze opmerkingen van mij schiet je niet veel mee op, denk ik, wat moet je ermee, maar je zegt dat jouw lezers moeten vragen als ze iets niet begrijpen. Ik heb geen vraag, Anja, ik zou niet weten waar ik moet beginnen. Maar ik zal mondjesmaat (mijn mondjesmaat)informatie tot me nemen en wie weet ga ik voorzichtig iets begrijpen van die twee groepen die elkaar daar zo zinloos afslachten.
Hoi Lucy,
Ik begrijp wel hoe moeilijk het is om te snappen wat er gebeurt als je groot bent geworden met veel positieve gevoelens over Israël en nu moet zien wat ze doen. Bijna niet bij elkaar op te tellen. Als je wilt, ga terug naar mijn stuk over de verschillende manieren waarop je naar het conflict kunt kijken, en daarma mijn persoonlijke verhaal. Dan kun je lezen hoe lang ik er over gedaan heb om onder ogen te durven zien wat daar gebeurt. Ze zijn de vinden onder het kopje Palestina/Israël, ga naar de Paradigmastrijd 1 en 3.
Ik ga het doen.