Na de inburgeringstest konden we in ‘vertrekhal de Balie’ de Eerste Beschavingslezing meemaken. Die werd voorgedragen door een meisje van 13, Diamanda Dramm. Ze deed het prachtig. De vraag: wat is beschaving? Is dat meer dan weten hoe het hoort? En als we constateren dat er veel verschillende culturen zijn, met verschillende opvattingen over hoe het hoort, wie bepaalt dan wat werkelijke beschaving is? Of is werkelijke beschaving iets diepers?
Een paar citaten (morgen zet ik de gehele tekst op dit weblog):
“Beschaving is aan de ene kant: jezelf inhouden. Laat ik dat de vorm noemen van de beschaving. Vorm, gewoonte, manier van doen, stijl, allemaal woorden voor hetzelfde. Niet plassen tegen de muur.
Maar beschaving is aan de andere kant ook: niet alles voor jezelf houden. Laat ik dat de inhoud noemen.
Mensen worden pas beschaafd, als ze in staat zijn te delen. En dan delen van datgene waar je al een tekort aan hebt.
……
Onbaatzuchtigheid als de diepere betekenis van beschaving. Niet dat eten met mes en vork, dat is de oppervlakkige betekenis. Dat is maar vorm, dat is maar stijl, hoewel stijl ook belangrijk is. Maar onbaatzuchtigheid, denken mensen daar nog aan, als ze aan zichzelf denken?
Steeds minder, ben ik bang. Ik ben nog wel een kind, maar toch groot genoeg om te weten hoe de wereld in elkaar zit. Ik hoor de laatste tijd veel klachten over mensen die niet weten hoe het hoort, die dus eigenlijk een andere stijl erop na houden. Sommige van die stijlen zijn storend, andere niet.
Maar daar gaat het niet om beste mensen. Ik ben blij dat u mij eens in de gelegenheid stelt om het eens te zeggen: daar gaat het niet om. Het gaat niet in de eerste instantie om mensen die weten hoe het hoort, maar om u. De vraag is of u weet hoe het zou moeten horen. Als u zich beschaafd vindt, doe dan niet zo raar tegen alles wat vreemd is. Kijk daar niet zo hooghartig van op. Doe toch niet alsof u zelf de beschaving al hebt bereikt, terwijl de anderen ergens achteraan hollen. Om mij zelf nog eens te citeren: beschaving ligt altijd ver weg. Beschaving is net als de horizon: je kunt fietsen wat je wilt, maar komen doe je er nooit.
En bedenk: zij willen misschien onze robijnen, saffieren of bladgoud helemaal niet. Wat daar bent u bang voor: dat ze u uitkleden waar u bij staat. Met onbaatzuchtigheid bedoel ik niet alleen het delen van materiële dingen. Wij mensen hebben aan alles een tekort: we hebben een tekort aan veiligheid, aan verdraagzaamheid, aan gastvrijheid, aan solidariteit. Als we er geen tekort aan hadden, waren er in deze wereld geen problemen. Maar juist omdat het moeite kost om het weg te geven, noemen we het een uiting van beschaving: als je alle veiligheid, alle verdraagzaamheid, alle gastvrijheid en alle solidariteit voor jezelf houdt, kun je even goed een standbeeld zijn zonder gevoel.
…..
Laten we onze medemensen daarom de schoonheid geven van wat niet van ons is: onze mooie gevels, waar mijn vader zo trots op is, onze verworvenheden, die we zelf niet hebben verworven, alsook onze goede bedoelingen, en die zijn wel van ons. De mensen met al die andere beschavingen komen hier niet om onze beschaving van ons af te pakken. ze komen hier om hun beschaving met de onze te delen. Zij hebben een tekort en wij hebben een tekort.
We doen op het ogenblik in Nederland alsof wij zelf geen tekort hebben. Alleen de vreemdelingen hebben een tekort. De vreemdelingen worden daarom gezien als dieven, die er zelf rijker en rijker van worden terwijl wij in armoe achterblijven. Ik geloof daar niets van. ”
Terwijl Diamanda de lezing voordroeg stond de schrijver ervan, Anil Ramdas, glimlachend toe te kijken in het duister.
Toen een discussie. Aan tafel, onder leiding van Pieter Pekelharing vier politici: Fenna Vergeer (SP), Marijke Vos (GroenLinks), Khadija Arib (PvdA) en Hilbrand Nawijn (LPF). De uitgenodigde vertegenwoordigers van CDA en VVD waren niet gekomen.
Is beschaving meer dan cultuur? Wat moeten we met die inburgeringscursussen? De discussie wilde niet echt van de grond komen, al waren er mooie stukken in. Ik vind het niet verkeerd dat we inburgeringscursussen verplicht stellen, zei Fenna, ik vind alleen het idiote van zo’n examen dat er maar één antwoord mogelijk is. En Khadija: het is erg dat je verblijfsvergunnning er van afhankelijk is.
(Fenna Vergeer)
(Khadija Arib)
(Nawijn en Arib)
(Marijke Vos)
Gedeelde normen en waarden? Die zijn er niet, zei Khadija, ik woon hier al dertig jaar, maar wat heb ik nou gemeenschappelijk met de SGP? Fenna hield een mooi verhaal over hoe zij inburgeringsles gaf, ze zette alle partijen op een rijtje op het bord, en ging na hoe elke partij dacht over zaken als euthanasie, of seks voor het huwelijk. Zo werd duidelijk dat er in Nederland niet één manier is om over de dingen te denken, net zo min als onder de allochtonen die aan het inburgeren waren, maar dat het hoort tot onze verworvenheden dat je verschillende meningen kunt hebben.
Pieter Hilhorst, vanuit de zaal, stelde de belangrijkste vraag: op welk moment ben je bezig je eigen beschaving te verliezen, wanneer je zo nadrukkelijk bezig bent de beschaving van anderen aan te pakken?
Daar had niemand een antwoord op.
Is beschaving meer dan cultuur?
Dat is jouw vraag. De verleiding zal groot zijn om daar met stellige beweringen op te reageren, want wij hebben daar allemaal wel eens over nagedacht. Toch moet die neiging worden onderdrukt omdat de vraag te beperkt is. Je kan ook vragen: zijn beschaving en cultuur inwisselbaar? In veel oude theorieën gelden ze als identieke begrippen. Het kolonialisme had geen boodschap aan het onderscheid. Mensen uit – vooral westerse – landen waar al iets meer was uitgevonden dan het wiel bevoeren de zeeën om verre volken te beschaven door hen, niet geheel onbaatzuchtig trouwens, kennis te laten maken met ‘onze’ cultuur. Achteraf beschouwd kan je wel zeggen dat dit niet altijd zo goed afgelopen is. Misschien dat je de volgende vraag, die van Pieter Hilhorst, daar ook naar terug kan leiden. (En dan nog, als de SP op 1 mei 2001 was aangekomen met een manifest ‘Stop de uitverkoop van de cultuur!’ hadden we toch raar opgekeken. Dit is een flauwe opmerking.)
De beroemde zoöloog Desmond – De naakte aap – Morris vertelde op de televisie eens (aan Midas Dekkers) dat bij een of ander ver volk het opsteken van je duim (“hij gaat zó!”) betekent: ‘ik hak je kop eraf’. Daar kan je dus beter je handen in je zakken houden. Hoewel, wat zou dat betekenen? Oók op de tv zag ik een Amsterdamse VMBO-directeur die het volgende vertelde: als je een kind dat in de fout gegaan is bestraffend toespreekt, dan is het de Nederlandse schoolmeestersgewoonte om te zeggen: ‘Kijk me aan!’. Dit nu is voor veel leerlingen uit mediterrane landen, die beschaamd naar de grond kijken, de ultieme vernedering. Dat moet je weten! En dat moet je dus niet doen. Aldus deze door de wol geverfde en verstandige opvoeder.
Beschaving is – kortom – veel meer dan een laag cultureel vernis maar ook de bereidheid om af en toe jezelf af te vragen waar je mee bezig bent, te constateren dat jij misschien niet altijd en overal de wijsheid in pacht hebt.
Het verhaal van Diamanda Ramdas Dramm, tenminste de citaten die je geeft, vind ik heel mooi en idealistisch, maar ook een beetje wereldvreemd. Met die kritiek ben ik uiterst behoedzaam hoor, voorlopig, maar een zinsnede als “De mensen met al die andere beschavingen komen hier niet om onze beschaving van ons af te pakken. Ze komen hier om hun beschaving met de onze te delen. Zij hebben een tekort en wij hebben een tekort” lijkt me in de harde, alledaagse Nederlandse werkelijkheid rijkelijk naïef. Hier en daar wordt toch wat anders gedacht.
Is dit spijkers op laag water zoeken?
Onlangs heeft het Sociaal Cultureel Planbureau het rapport ‘In het zicht van de toekomst’ aan de regering aangeboden, een ondervraging van ruim 2000 Nederlanders over ‘meningen, verwachtingen en wensen’ ten aanzien van de toekomst. Alom is geconstateerd dat er nogal een gat gaapt tussen tevredenheid over de eigen situatie en kritische kijk op de rest van de samenleving. De strekking van de boodschap is eigenlijk met een paar woorden – maar dan wel volstrekt voor mijn rekening – samen te vatten: “Als iedereen zou zijn als ik, dan zag de wereld er een stuk beter uit!” En laat dit nu ook (mijn opinie alweer!) de kern zijn van premier J.P. ‘Respect’ Balkenendes normen en waarden-obsessie. Dat maakt het ook zo moeilijk om daar vat op te krijgen, als je een iets genuanceerder beeld koestert van de werkelijkheid anno 2004. Claar schreef een tijdje geleden op dit log dat ze al grote weerzin voelt opkomen wanneer ze die woorden alleen maar hoeft te typen. Ik kan ze al heel lang niet meer horen: man, zeg dan tenminste normen óf waarden! hoort mijn partner mij dan steeds onbeheerster uitroepen tegen het televisiescherm of de radio. Er zit een aanknopingspunt in de woorden van Diamanda Dramm als zij het (eerste alinea) heeft over de vorm en de inhoud van beschaving. Ja, laten we dat afgekloven koppel ‘normen & waarden’ maar vervangen door Vormen & Inhoud!
Over ‘inburgering’ ging het dus. Voor en na hebben talloze autoriteiten ons laten weten wat dit betekent: dat nieuwkomers zich ónze ‘normen & waarden’ eigen dienen te maken. Wat nu opvalt in die lijst van 30 vragen voor de inburgeringtest (waar overigens naar mijn mening terecht Hilbrand Nawijn het stempel “onnozel” op heeft gedrukt) alléén maar over Vormen en nóóit over Inhoud gaan. Geen vraag of wij indertijd terecht het Spaanse gezag hebben afgezworen, of ‘aan wie geeft u de voorkeur, aan Allah of de christelijke God?’. Geen enkele hint naar vaderlandsliefde, nationale trots of ‘waar je loyaliteit ligt’. Niks normen & waarden, maar: hoe gedraag je je zo braaf mogelijk en bezorg je de Nederlanders zo weinig mogelijk overlast en ergernis.
Alle gevoeligheden zijn vermeden. Er was niet eens een vraag bij over de kwestie waar op gezette tijden half Nederland zich mateloos over opwindt: kan dat hoofddoekje nou wel of niet? Terecht natuurlijk want aan die kwestie durft de overheid haar vingers (nog) niet te branden. (Anja, je hebt het hier eerder duidelijk gezegd: wij zijn tegen het verplicht dragen van een hoofddoekje, én wij zijn tegen het verplicht NIET dragen van een hoofddoekje.)
Een beschaafde overheid zou nog een stap verder moeten gaan. Zij zou luid en duidelijk moeten zeggen:
“Lieve burgers van dit land, waarom zou u eigenlijk wíllen weten om welke reden iemand een kledingstuk draagt? Dat gaat u niets aan, daar moet u zich niet mee wíllen bemoeien! Vraagt u soms ook waarom die man met zijn mooie blonde haardos opeens met een kale kop over de straat gaat? Of waarom die navelpiercing niet gewoon ónder dat truitje kan blijven? U hebt ons hier in Den Haag neergezet om er op toe te zien dat het allemaal een beetje beschaafd toegaat in de polder, dus dan vragen wij u vriendelijk om elkaar erop te wijzen als de vereiste omgangsregels in het gedrang komen, maar niét om elkaars zeden, overtuigingen en meningen te toetsen aan uw eigen particuliere moraal. De gedachten zijn vrij! Geen mens kan ze raden, of grijpen of schaden! En om die geestelijke vrijheid te waarborgen hebben wij allerlei wetten en regels bedacht.”
Maar onze beschaafde bewindslieden – van wie enkele er niet tegen opzien om, ogenschijnlijk zonder er bij na te denken, aan het begrip terrorisme het voorvoegsel ‘moslim-‘ toe te voegen – vragen dát niet. Terwijl dáármee de werkelijke (innerlijke) beschaving het gevoel van wat ‘onze cultuur’ is echt zou overstijgen. Het antwoord op de vraag van Pieter Hilhorst zal dus ook nog wel even op zich laten wachten.
Ik viel tijdens het lezen van de citaten een aantal keer van mijn stoel vanwege de gedachte dat een kind van 13 dit geschreven zou hebben. Maar dat blijkt dan ook niet zo te zijn. Toch heel mooi. Anil Ramdas legt de onderliggende gedachtengang in het integratiedebat bloot: we komen er mooi vanaf door alle problemen bij bepaalde groepen mensen neer te leggen, en dan wel vanwege hun cultuur (beschaving). Op die manier zijn we dankzij die groepen in staat om vooral niet naar ‘onszelf’ (intellectuele elite/politiek) te kijken en zo de illussie te behouden dat onze beschaving niets dan goed is. Kritische zelfreflectie ontbreekt voor een belangrijk deel, jammer, want de beste manier om de wereld te veranderen is jezelf te veranderen (aldus Gandhi).
beschaving is veel meer dan cultuur. cultuur maakt er slechts onderdeel van uit.
iemand heeft eens gezegd:’je kunt de beschaving van een land het beste afmeten aan de wijze waarop de zwaksten in die samenleving worden behandeld.’
ik heb dat altijd een erg mooie definitie gevonden en ik vind het de enige juiste maatstaf.
als je dat op Nederland betrekt dan denk ik aan:
de behandeling van het ongeboren leven, van kinderen, van zwakzinnigen, van allochtonen, van asielzoekers, van werklozen en van gescheiden moeders.
verder denk ik aan Nederlanders die in het buitenland in de gevangenis een straf uitzitten(terecht of niet?), ik denk aan mensen die op schiphol een koffer met drugs op hun naam blijken te hebben, waar ze zelf geen weet van hebben.
ik denk aan onze militaire akties in het buitenland, aan wat wij voor Soedan doen en ik kan wel eindeloos doorgaan.
Er kan maar een conclusie overblijven:
BESCHAVING IS IN DIT LAND VER TE ZOEKEN.
DIT IS EEN LAND VAN BARBAREN GEWORDEN.
WIJ HEBBEN ALLE BESCHAVING VAN ONS AFGEWORPEN.
En ik kan me alleen maar schamen voor wat we zijn geworden.