Wie denkt dat moslims per definitie niet in staat zijn tot zelfkritiek had er bij moeten zijn. Drie denkers uit de Islamitische wereld krijgen vandaag de Erasmusprijs uitgereikt, drie figuren die onderling sterk verschillen, waarmee tegelijkertijd wordt getoond hoe de islamitische wereld, net als de westerse, vooral gekenmerkt wordt door een grote diversiteit. Sadik al-Azm, een kritische ‘ketter’ die voor zijn opvattingen al eens een weekje in de gevangenis heeft gezeten, gewezen professor in de Europese filosofie in Damascus en Beiroet, Abdulkarim Soroush, die Islamitische mystiek onderwees in Teheran en de ook in Nederland door haar boeken al bekende Fatema Mernissi, een Marokkaanse feministe, professor in de sociologie, letterlijk en figuurlijk de kleurrijkste.
In welk land we tegenwoordig leven was al te merken bij binnenkomst. Zware bewaking, dranghekken, metaalscans, verplichte legitimatie, het leek checkpoint Erez wel, al was de bewakingsdienst hier een heel stuk beleefder. Prins Friso was aanwezig, drie vooraanstaande mensen uit de moslimwereld plus nog een boel belangrijke gasten, er werd geen enkel risio genomen. De lezing die Sadik Al-Azm vandaag nog zou houden is om veiligheidsredenen dan ook afgezegd.
Het was heilzaam om er te zijn, om mensen tegen te komen die allemaal diep bezorgd zijn maar wel hun kop er bij houden. Natuurlijk refereerde de voorzitter bij de openingsspeech aan de moord, en hoopte dat deze dag tenminste symbool kon staan voor vrijheid van expressie en meningsuiting en voor tolerantie.
Twee hoogtepunten waren er in deze dag met lezingen, waarvan ik er twee heb meegemaakt. De nuchtere scherpzinnigheid van Al-Azm, en de kleurrijke voordracht van Mernissi. Al-Azm begon zijn inleiding met de vaststelling dat wat op dit moment als de ‘westerse waarden’ wordt gezien in feite universele waarden zijn: mensenrechten, vrijheid van meningsuiting, vrijheid van godsdienst, scheiding tussen religie en staat, gekozen regeringen die verantwoording af moeten leggen, tolerantie, zijn niet specifiek westers maar als paradigma, een humanitair en humanistisch paradigma, zijn ze overal te vinden waar mensen in oppositie zijn tegen autoritaire regimes of dat nu China is, de Filipijnen of de Arabische landen. De principes zijn in wezen vrijwel gelijk, of het nu gaat om mensenrechtenbewegingen in moslim landen of onder hindoe’s. De grote scheidslijn van dit moment is dus niet, zoals in het westen vaak gedacht wordt, ‘The West versus the Rest’, maar tussen verschillende principes.
Dus de vraag waarmee de lezing begon, is de islam in wezen verenigbaar met democratie is eenvoudig te beantwoorden: ja.
Ook in de Arabische wereld staat het moderne humanistische paradigma al een hele tijd ter discussie. Om een paar voorbeelden te noemen: ook de Islamitische Brotherhood in Egypte, een rechtse, fundamentalistische groepering, die lang heeft uitgeroepen dat de koran hun grondwet is, heeft zich nu in de politieke arena begeven en is het er mee eens dat er een burgelijke, dat wil zeggen religieus neutrale regering is in plaats van een religieuze. Daarmee is niet gezegd dat die democratie er al overal is, maar wel dat er processen gaande zijn die nog verschillende kanten op kunnen. Neem Turkije, waar we nu de opkomst zien van een moslim-democratische partij die erg doet denken aan de Europese christen-democratische partijen, die zich vooral afzet tegen de macht van het leger. Waarmee aantoonbaar is dat religieuze groeperingen niet per definitie de conservatiefste en meest antidemocratische hoeven te zijn.
Turkije is een interessant voorbeeld van een land dat nog midden in een proces is van democratisering in een islamitische staat. Een lange tijd moest niemand wat van Turkijke hebben, de conservatieve rechtse moslims niet omdat er al te veel secularisering had plaatsgevonden, links niet omdat Turkije zich afzette tegen de Sowjet Unie, vriendjes was met Israël en lid was van de Nato. Maar langzamerhand wordt ook in de moslimwereld, door rechts en links, met interesse gekeken naar het Turkse experiment.
Daar is een goede reden voor. Libanon is een land dat een voorbeeld is van een bloedige burgeroorlog dat het land verscheurde. In Iran staan verschillende stromingen tegenover elkaar. Irak staat nu op een verschrikkelijk moeilijk punt hoe het mogelijk is om de eenheid te bewaren, alle bevolkingsgroepen en stromingen in eigen waarde te laten, en niet in een burgeroorlog terecht te komen. Kan dat? Jawel, zegt Al-Azm, als er aan een rij voorwaarden wordt voldaan. De moslim gemeenschappen moeten de shari’a opgeven als basis voor hun rechtspraak. De shari’a stamt nog uit de tijd dat slavernij gewoon was en is achterhaald. Ook hoort daarbij dat de oude manier van straffen die onder Saddam Hussein nog gewoon was, stenigen, ophangen, ledematen afhakken definitief tot het verleden gaat behoren. De moslims, ook de fundamentalisten, moeten ophouden om niet-moslims als ketters te zien die een lagere status verdienen dan gelovigen. De meerderheid, die in een democratisch stelsel de macht over kan nemen, moet rekening houden met de minderheden. De positie van vrouwen moet worden verbeterd. En er moet een verzoeningsproces tot stand komen tussen shiïten en soennieten zoals er ook in Zuid Afrika heeft plaatsgevonden, waarbij vergiffenis wordt gevraagd en geaccepteerd, voor wat men elkaar heeft aangedaan.
Gaat dat lukken?
Wie weet, zegt Al-Azm. Maar vooral: wat is het alternatief?
Sorroush wil vooral benadrukken dat we het niet zo simpel kunnen hebben over moderniteit tegenover islam. En al helemaal niet door te doen alsof het westen de moderniteit in pacht heeft waar alle andere culturen zich aan aan zouden moeten passen. Elke traditie schept zijn eigen moderniteit, zegt hij. We moeten dus spreken over moderniteiten, meervoud. Zoals we ook moeten praten over islams, meervoud. Wat er onder de islam wordt verstaan is altijd een kwestie van interpretatie, ook al zeggen fundamentalisten dat er maar één ware interpretatie mogelijk is.
Sorroush was pas in Indonesië. Een moslimland. Ik hoorde hoe daar werd gepraat over de terroristische aanslagen: dit is wat ze zeiden: die Arabieren. Daar viel hem op hoe weinig hij eigenlijk gemeenschappelijk heeft met de moslims daar, hoewel hij zelf moslim is. Wat delen we, zei hij: het geloof in de profeet, de gebeden, de vastenmaand, maar verder? We houden van verschillende muziek, we eten verschillend, we spreken niet dezelfde taal, we denken over heel veel dingen anders. Ik heb meer gemeenschappelijk met een christen uit Egypte dan met een moslim uit Indonesië. Waarmee maar gezegd is dat we niet alles aan de islam op moeten hangen.
Het is heel goed mogelijk om de islam van binnenuit te moderniseren, zegt Sorroush. Wat we moeten doen is duidelijke normen van recht en rechtvaardigheid introduceren en bekijken welke delen van de koran daar aan kunnen voldoen. We kunnen de woorden van de profeet in de geest handhaven, maar de methoden die tijdsgebonden waren veranderen. Die methoden zijn niet heilig, al denken nog veel moslims van wel. Zelfs de richting waarin gebeden wordt, dat was eerst Jeruzalem, is in de tijd van de profeet al veranderd.
Dit was de conclusie van de ochtend: er is niet zoiets als een vaststaande moslimidentiteit, al is het probleem dat er moslims zijn die dat wel geloven. Juist de ontwortelde moslims die in het westen wonen, die het gevoel hebben dat ze zelf worden aangevallen, juist die zijn soms op zoek naar een dogmatische dus fundamentalistische identiteit om zich aan vast te kunnen houden. Om zich nog iemand te kunnen voelen die er toe doet. En dat is waarschijnlijk waar de moord van gisteren over ging.
’s Middags spreekt Mernissi. Ze is al de hele dag gehuld in dassen en sjaals want ze heeft het koud, ik weet niet hoe jullie het hier uithouden, zegt ze. Haar verhaal is een feest om naar te luisteren, maar nauwelijks weer te geven, ze vlindert van anecdote naar anecdote. Waar ze vooral goed in is is de observatie van het dagelijks leven, zo vertelt ze dat ze zich is gaan interesseren voor de invloed van de satelliet sinds ze in het meest afgelegen deel van Marokko zag hoe mensen dagelijks naar de tv keken, en denkers die vroeger alleen toegankelijk waren voor de intellectuele elite nu binnenkomen in de armoedigste hutten. Een heel ander soort democratiseringsproces. Vroeger mochten vrouwen zich niet aan laten spreken door vreemde mannen, nu stappen die vreemde mannen via de tv dagelijks hun ruimte binnen. De vrouwen weten dus vaak evenveel als hun mannen en dat verandert ook de onderlinge verhoudingen. De satelliet heft dus in een bepaalde mate de scheiding op tussen de publieke en de privéruimte. Schrijvers, politici, ze komen zomaar binnen. De tv is als de souk, de markt, waar je vroeger naar toe moest om te weten hoe het met de wereld stond.
Mernissi maakt het haar medesprekers niet makkelijk. Joris Luyendijk heeft een wat minder zonnige kijk op de Arabische wereld, en ook niet op wat er te zien is op al die nieuwe televisiestations – zo’n 200 stations die zo’n 300 miljoen Arabisch sprekende mensen bereiken. Luyendijk is niet zo vrolijk over wat de Arabische dicaturen presteren. Mernissi wuift hem weg, en Luyendijk zit even met open mond te bedenken wat hij nu moet zeggen: ik geloof niet in de macht van politici, zegt Mernissi. Die dictators, ze kunnen niet eens hun eigen politie fatsoenlijk besturen.
Het probleem is dat weinig mensen, ondanks het binnendringen van de tv, weten wat democratie is. De islamitische groeperingen zijn veel beter in het gebruik maken van de media, zij geven voorlichting. Maar wie naar de westerse uitzendingen kijkt, krijgt die een idee waar democratie over gaat?
De grootste kloof is niet die tussen zuid en west, zegt Mernissi, maar tussen oud en jong. Ik herken jonge mensen nauwelijks meer, alsof ze van Mars komen. Ik ben geëmancipeerd, maar als ik de bergen in moet rijden, ik kan rijden, dan vraag ik een man. Maar zij – ze wijst op een jongere vrouw die professor is in de geologie, zij rijdt daar in haar eentje heen. Ik ben bang voor de politie, zij bombardeert ze met faxen, zij zijn bang voor haar.
En dit is wereldwijd aan de gang. De jongeren, kennen we ze nog?
Die jongere van gisteren, die een moord heeft gepleegd, kennen we die? Hoe hebben we zo iemand kunnen produceren, moeten we niet begrijpen hoe we met elkaar een moorenaar hebben gemaakt?
Geweldig zeg!
Had er graag bij willen zijn.Wat een verademing om mensen te horen met een eigen mening ipv wat het Westen graag wil horen.
Bij de converentie van Moslim&Burgerschap genoot ik ook zo van Mona Sidiqi
“Die jongere van gisteren, die een moord heeft gepleegd, kennen we die? Hoe hebben we zo iemand kunnen produceren, moeten we niet begrijpen hoe we met elkaar een moordenaar hebben gemaakt?”
Uit bovenstaande zin lees ik dat we deze jongen niet alleen verantwoordelijk moeten maken voor zijn daad. Ik ben het daar aan de ene kant mee eens, maar ook erger ik me er aan.
Hiermee ontken je dat een mens ook zelfverantwoordelijkheid heeft. Ik ben uiteindelijk verantwoordelijk voor mijn eigen daden. punt.
Ik zal de laatste zijn die zegt dat er geen enkele rede is voor allochtionen, moslims, etc. om niet boos te zijn. ik zat gisteren t.v. te kijken, en ik zat me zo te ergeren aan alle intervieuws, verhalen. Om half 10 het ik die t.v. uitgezet, en ben maar naar bed gegaan. Ik kon het niet meer opbrengen om te luisteren naar al die intervieuwers. Ik zag bij ik geloof “2 vandaag:, enkele intervieuws met nederlandse (allochtone) meiden, die plat amsterdams spraken en zich helemaal afkeerden van deze moord. Onder aan het beeld stond hun naam met de vermelding”marokkaanse”. Volgens mij waren dit gewone nederlandse meiden, waarvan de ouders uit marokko kwamen. Ik voelde me plaatsvervangend boos, opeens zijn ze niet Nederlands meer. gadver. maar affijn. Ik was boos en ik denk dat veel mensen reden hebben om boos te zijn. maar dat neemt niet weg dat uiteindelijk iedereen zijn eigen verantwoordelijkheden heeft.
Uiteraard moeten we kijken hoe het zover met deze jongen heeft kunnen komen. maar dat is dezelfde discussie als de twee broers uit hetzelfde gezin. De een groet op voor galg en rad.De ander heeft succes in zijn leven en leidt een gewoon normaal leven. terwijl ze dezelfde achtergrond hebben.
Deze excessen hebben te maken met de hetze tegen de Islam, en dat roept woede op. Maar als het zover gaat dat men iemand gaat moorden, dan denk ik toch echt dat die gozer knettergek is.
En hij moet daar flink voor gestraft worden. ik wil geen excuses horen voor moord.
Ik wil begrijpen waarom mensen boos zijn, en dan kan je mischien dit soort idioten tegenhouden.
Maar ik voel me zeer dubbel hierin. aaan de ene kant denk ik echt dat we met zijn allen als maatschapij een verantwoordelijkheid hebben, aan de andere kant denk ik dat moord te ver gaat om begrip voor te zoeken.
Wat denken jullie daarvan?
Lieve Trees, ik zal er nog eens een stukje over schrijven. Het is volgens mij namelijk heel goed mogelijk om een daad als deze moord volledig af te wijzen en tegelijk te willen begrijpen hoe het zo ver gekomen is. Begrijpen is niet hetzelfde als excuseren!
Anja, wat is jouw site toch een verademing in deze tijd.
Het lukt je om toch vaak iets positiefs te laten zien.Te laten zien dat er ook nog veel mensen zijn die zindelijk kunnen denken. Ik heb dat zo nodig en kan niet meer zonder je(jouw weblog)
Mijn complimenten ook voor je foto’s. Ik neem even aan dat je ze zelf genomen hebt. Erg mooi!!!!!!
Bedankt voor de kennismaking met al deze fijne mensen.Ik lees dit liever dan de krant.Zo, ik kan er weer tegenaan vandaag.
Ik had er ook graag bij willen zijn! 🙁
Maar om eerlijk te zijn, was ik niet eens op de hoogte van de bijeenkomst.
Fijn dat je dit soort dingen voor ons samenvat Anja. Bedankt!!
Abdolkarim Soroush is trouwens een interessante man. Terwijl hij in de jaren 70 nog meestreed voor de islamitische revolutie in Iran, bekritiseert hij de islamitische staat nu fel. Volgens hem kan een staat gebaseerd op religie, niet rechtvaardig zijn. Dit legt hij als volgt uit: een religie heeft weliswaar een essentie die volkomen waar en consistent is (de openbaring), maar de interpreaties die mensen ervan maken zijn niet consistent, en wijken sterk van elkaar af. Individuen of groepen interpreteren een godsdienst allemaal op zeer verschillende manier. Mensen die een islamitische staat willen stichten, gaan dan echter een bepaalde interpretatie van de islam, namelijk die van hen, opleggen aan iedereen. Godsdienst wordt dan een ideologie, het is niet langer iets dat door iedereen op zijn/haar eigen manier kan worden geinterpreteerd, maar iets dat wordt opgelegd. Tekenend is dat veel Iraniers het hebben over ‘onze eigen religie’ tegenover de ‘officiele religie’.
Zie voor interviews met Soroush:
http://www.drsoroush.com/English/Interviews/E-INT-20031200-1.htm
http://www.watsoninstitute.org/bjwa/archive/9.2/Iran/Schmid.pdf
Anja, hartelijk bedankt voor je verademing van een site. Eindelijk eens een gerechtvaardigd stuk over de islam en de democratie!
Groet,
L. Peeters
Minstens zo verfrissend als Mernissi en anderen vond ik de inaugurele rede van Nelly van Doorn op 16 december aan de VU. Zij deed verslag van hoe Indonesische vrouwen de wortels van vrouwendiscriminatie in islamitische gemeenschappen blootleggen en vanuit de Koran zelf beredeneren dat mannen en vrouwen gelijk zijn, zonder het kind met het badwater weg te gooien zoals Hirsi Ali en geestverwanten doen. De methoden die zij toepassen lenen zich ook voor een algehele modernisering van de islam. Opeens begreep ik waarom de Indonesische islam mij zo aantrekt.
De rede is te vinden op de site van de VU:
http://www.vu.nl/images_upload/091E7FCA-8CC9-47C1-BF9D0C58EBA60B21.doc
Ook interesant in dit verband is een artikel in het Ford Foundation Report (winter 2000) over een van de projecten waar Van Doorn aan refereert, P3M, een soort re-educatieproject voor islamdocenten en imaams op het gebied van vrouwenrechten. Met de Koran in de hand bestrijden zij het idee dat de vrouw ondergeschikt is aan de man.
http://www.fordfound.org/publications/ff_report/view_ff_report_detail.cfm?report_index=214&print_version=1#top
Jammer dat wij in het westen zo weinig over dit soort projecten te horen krijgen. Westerse media en politici zijn gepreoccupeerd met de Talibanvariant en kunnen maar moeilijk accepteren dat er ook andere geluiden te horen zijn.
De grootste moslimgemeenschappen in Nederland zijn hier natuurlijk – gezien hun sociale achtergrond – nog lang niet aan toe, maar ik ben ervan overtuigd dat deze bewegingen hier ook navolging zullen vinden. Ze bieden namelijk oplossingen voor tal van sociale problemen van moslims. We zullen alleen geduld moeten hebben. Ik verwacht niets van minder islam – zoals Hirsi Ali, maar veel van meer islam.