Discussie in Plan C: waar lig jij ’s nachts wakker van
en wat moet er morgen gebeuren?
Ondertekenaars van het manifest ‘Kom niet aan mijn buren!’ discussiëren
aanstaande donderdag 18 november in Plan C over de groeiende verdeeldheid in
Rotterdam na de moord op Theo van Gogh.
Moeten we wakker liggen van de dreiging van fanatici over en weer? Zijn er
grenzen aan de vrijheid van meningsuiting? Wat kunnen we doen om de
solidariteit tussen de meer dan honderdvijftig culturen in Rotterdam te
redden? We nodigen u van harte uit om mee te praten over deze vragen.
Plaats: Plan C, Slepersvest 1, Rotterdam (routebeschrijving)
Discussieleider: Imad el Kaka, journalist
Datum en tijd: donderdag 18 november, 20.00 (zaal open 19.30)
Toegang: gratis
Meer info: info@komnietaanmijnburen.nl www.komnietaanmijnburen.nl
“Gelukkig dat de winter in aantocht is,” zei maandag jl. de hoogleraar migratie- en integratiestudies aan de Erasmus-universiteit Han Entzinger in het Rotterdams Dagblad, “waar we nú behoefte aan hebben is vermindering van de onrust. Dat lukt beter als we binnen zitten.”
Maar met de zachte winters van tegenwoordig ben ik daar toch niet helemaal gerust op. ‘Vermindering van onrust’ – mooi uitgedrukt. Misschien dat er voor de kou invalt toch nog maar eens al dan niet verhit gepraat, naar elkaar geluisterd en vooral goed nagedacht moet worden. Andermaal blijkt dat, als Nederland in een crisis stort, ook werkelijk alle remmen los zijn. Bij alles wat ik de laatste twee weken las, hoorde en zag op tv kreeg ik zelden een gevoel van ‘daar is over nagedacht’. Met gek genoeg misschien één uitzondering: minister Donner van Justitie.
Iedereen is over hem heen gevallen, alle bokken op de haverkist, het (= aanscherpen van dat godslasteringsartikel in de strafwet) zou als een boemerang bij hem terugkomen en het tegendeel veroorzaken van wat hij wilde. Ik geloof daar niets van.
Donner heeft zijn punt al gemaakt.
Geen beter middel om die gierend uit de hand gelopen en geheel van de werkelijkheid losgeraakte discussie over wat je allemaal wel/niet mag zeggen in dit land, weer enige diepgang te verlenen. De eruptie van haat die losgebarsten is richt zich intussen tegen een grote en heel gedifferentiëerde bevolkingsgroep. Niet hun godsdienst, maar hun aanwezigheid lijkt die woede uit te lokken. Maar als die islam daarvoor een alibi wordt, bedenk dan dat de Nederlandse wetgeving behalve een vervolgingsmogelijkheid voor eenvoudige belediging ook nog een zekere bescherming biedt aan mensen – je buren ja – die niets anders hebben misdaan dan dat ze een geloof aanhangen. Of dat nou het geloof der vad’ren is of hier geïmporteerd.
Je kunt moord en brand schreeuwen over de vrijheid van meningsuiting, maar als de nuchtere waarneming je leert dat daardoor gewone mensen, die helemaal niet scherpslijperig doen over wat maar een onderdeel van hun bestaan is, in de knel komen, dan gaat voor mijn gevoel de solidariteit even voor.
Dat zal de christen Donner gedacht hebben, vermoed ik, en z’n doel is daarmee al half bereikt.