Gaza, dinsdag
Gisteravond, toen we bij elkaar zaten in het hotel hoorde we de eerste schoten. Het klonk niet als de schoten die bij bruiloften wel eens worden afgevuurd (slechte gewoonte zegt Fatma, de kinderen schrikken ervan). Het klonk menens. En we zitten hier in Khan Younis aan drie kanten omringd door nederzettingen. Ik ging naar bed, en af en toe als ik wakker werd hoorde ik weer schieten. De mannen, hoor ik vanochtend, gingen het dak op om te kijken, en hoorden ook tanks, en er hing een helikopter in de lucht. Khaled kwam ze halen, van het dak af, meteen. Ik heb dus wat gemist, terwijl ik als een roos lag te slapen. Hoe mis het is weten we nog niet, want gek genoeg weet je dat niet altijd meteen ook al zit je er met je neus bovenop, daar moet de radio voor aan.
(De betonzee van Khan Younis, gezien vanaf het dak van de YMCA)
Gisteren is er in Rafah een meisje van elf doodgeschoten. Toen haar vader probeerde haar te helpen werd ook hij doodgeschoten. Er zijn meerdere kinderen gewond. Er was geen enkele aanleiding voor. Dus ziet dat er uit als een provocatie van Israelische zijde om de hudna, de wapenstilstand die Abu Mazen voor elkaar had gekregen te doorbreken, want dit is duidelijk, dat Hamas en de Jihad zich niet aan zulke afspraken zullen houden wanneer Israel niet net zo goed ophoudt met Palestijnen te doden.
Gisteren was het een volle dag. Twee huisbezoeken, een vrouw met een spierziekte, moeder van acht kinderen, hartstikke pech natuurlijk, maar de vrouw had wel een beetje de neiging om te dramatiseren en lag als een gevelde koningin in bed met haar bedremmelde hofhouding om zich heen terwijl ze best nog kon zitten en met enige moeite ook nog wel wat lopen. Tweede huisbezoek: een jonge man, nog maar kort getrouwd, twee kleine kindjes, stond op het dak te kijken toen er weer een aanval op Khan Younis kwam, werd in zijn achterhoofd geschoten en viel ook nog van het dak af. Hersenbeschadiging, behoorlijk verlamd, kan nog maar een klein beetje praten en begrijpt ook niet zoveel meer en lig daar op bed in zijn pamper. Zijn jonge vrouw kon het niet meer aan, en is vertrokken naar haar eigen familie.
(De patient)
(Zijn moeder)
(Oma en opa)
(de psychologe, Raida)
Met de psychologe Raida heb ik het er over. Zij wil een steungroep beginnen voor de vrouwen van in de intifada gewond geraakte mannen, want ook de vrouwen hebben het zwaar maar daar is weinig aandacht voor. Meestal woont ze met haar man in bij zijn familie. Die familie beschouwt hun gehandicapt geraakte zoon als een held die alle zorg verdient, en soms is de schoonmoeder snel ontevreden met de service die de schoondichter levert. Wat het voor haar betekent dat ze haar partner kwijt is en daar een groot kind voor in de plaats krijgt met wie ze nauwelijks meer een woord kan wisselen, en die soms vreselijke buien heeft – allemaal begrijpelijk bij hersenbeschadigingen, daar niet van- daar is nauwelijks aandacht voor. Ik ga Raida helpen om zo’n groep op te zetten, het is een prima idee.
Tussendoor komt er een echtpaar langs met een probleemkindje. Dat gebeurt vaak, kennissen of familie van onze medewerkers horen dat we er zijn, en dan willen nog wel eens mensen een advies of consult van de buitenlandse dokter. Dit stel heeft pech. Kind is met veel moeite met IVF verwekt, met keizerssnede geboren voor alle zekerheid, en blijkt nu heel erg traag in de ontwikkeling. Zes jaar, kan nog niet praten en niet lopen. Wel een heel levendig en lief kind. Lopen zal ze misschien met veel geduld en oefening nog wel kunnen leren, maar verder zal ze altijd achter blijven. De oorzaak: waarschijnlijk erfelijk, want ook dit huwelijk bestaat weer uit familieleden. De man is met zijn nicht getrouwd. En dan is het risico op aangeboren afwijkingen veel groter. Het is een ontwikkelde man, die drie talen spreekt. Toch heeft hij de traditie gevolgd en trouwde met een dochter van zijn vaders broer.
Ik ben ook met een nicht getrouwd, zegt Leo. Daar moeten wij Nederlanders erg om lachen, maar helaas, deze grap is hier niet vertaalbaar.
Daarna naar Rafah. Ik had Leo al gewaarschuwd, als je in het Noorden de strook binnenkomt en in Gazastad verblijft kun je nog denken dat het wel meevalt. Maar hoe meer je naar het Zuiden gaat, hoe meer armoede en hoe meer verwoestingen van velden en huizen. Rafah tegen de grens met Egypte is ruimschoots het ergst, en hoewel ik er al vele keren ben geweest en weet wat ik verwachten kan schokt het me opnieuw. De ongelooflijke uitgestrektheid, de hele grens met Egypte langs, van puinhoop na puinhoop, kapot gebulldozerde scholen, een kapotte moskee, mensen die tussen de puinhopen nog proberen in een heel gebleven kamertje te leven. We drinken thee bij een paar oude mannen die op een klein vuurtje een potje hebben gebrouwd. Ze ontvangen ons alsof we oude vrienden zijn.
Zie je dat huis, of wat er van over is, vraagt een van de medewerkers. Weet je nog, vorig jaar, we hadden daar een jongen, die is inmiddels overleden. Nu is ook zijn huis verwoest. Een jongetje wil op de foto. Op de plek waar zijn huis stond. This my house, zegt hij, make picture. Op een van de overgebleven muren staat in hanepoten in het Engels: don’t forget us.
Leo naast me in de auto kan alleen hardgrondig vloeken. Fuck.
(foto’s van Rafah als een aparte reportage, zie 5 februari)
Vanwege de toestand gaan we vroeger weg uit Khan Younis. Ik moet naar beneden.
Ontbijt.
Jouw verslagen maken elke keer weer indruk op me, Anja. Aangrijpend om al die details te lezen van de ellende, waarover ik wel wat weet, maar die pas echt tastbaar wordt als die op deze “menselijke maat” (dus niet alleen in algemene termen)binnen komt. Gelukkig schijnen ook zonnestralen door de wolken…..
Anja, Als ik je verhalen lees, dan lijkt het wel of we op een andere planeet leven;ik kwam Ed op de Auschwitz herdenking tegen, die vol optimisme was, het ging nu erg goed met de vredesonderhandelingen! Mijn mond viel open. Zo komt het ook in de pers. Van dat meisje dat is doodgeschoten is wel verhaald, omdat de Hammas daar op heeft gereageerd, maar van die vader wordt weer niets gemeld. Ik ben blij dat je met dit medium al die verborgen verhalen kunt doorgeven, waar men hier geen weet van heeft en ons daarmee wakker houdt.
Kom gezond weerom, groet allen en speciaal Khaled, Anneke
Anja, wat een wonder toch – internet. Ik stel het erg op prijs dat je ons zo trouw informeert. Het is vast lastig daar elke dag tijd en gelegenheid voor te vinden. Het klinkt of jullie het enorm druk hebben.
Je hebt al een paar keer geschreven dat je je daar zo thuis voelt. Ik ben zo oprecht benieuwd, waar ‘m dat in zit. Is dat iets wat in jouzelf zit, waar je daar gemakkelijker bij kunt? Pas jij beter daar, of past daar beter bij jou? Vertel ’s als je wilt?
Groet!