Gesprek over de toekomst, met de staf, Mohammed, Fatma, Khaled. De plannen voor de komende jaren. Op den duur wil het NCCR een aantal activiteiten afstoten, zoals het ‘early detection and intervention program’, dat wil zeggen dat alle jonge kinderen, het liefst al als baby, getest worden of hun oortjes het doen, want hoe vroeger je weet of een kind hoorstoornissen heeft hoe meer je er aan kunt doen. Hoe dan ook moet je de ontwikkelingsfase waarin ze taal gaan vormen niet overslaan, ook als ze slecht kunnen horen. Als dat pas op school blijkt is het veel moeilijker om ze nog taal te leren. Maar zo’n breed onderzoeksprogramma is eigenlijk iets voor de overheid en niet iets voor een kleine NGO die van sponsors afhankelijk is. Het probleem is dat de overheid nog niet zo ver is om deze activiteiten met de ontwikkelde expertise er bij over te nemen.
Het NCCR wil zich in de toekomst meer ontwikkelen als expertise centrum, die mensen op kan leiden in multidisciplinaire zorg voor mensen met een beperking, voorlichtingsprogramma’s kunnen geven, voor de rechten van gehandicapten kunnen lobbyen, dan als organisatie die al het uitvoerende werk zelf doet. Maar om dat af te kunnen stoten moet het uitvoerende werk zo goed ontwikkeld zijn dat het als een zelfstandige organisatie zelf verder kan gaan. We nemen de plannen voor de komende jaren met elkaar door, zijn ze realistisch, waar moet het geld vandaan komen, wat kan er gesponsord worden, met welke activiteiten is er ook geld te verdienen. Zoals een sportplaats voor gehandicapte meisjes die ook aan andere groepen verhuurd kan worden. Ze denken zelfs aan een radiostation die zendtijd kan verkopen. Er moet nog wat gecorrigeerd worden in het budget en de toekomstplannen, dan krijg ik ze mee naar Nederland waar ze weer gaan dienen voor de fondsenwerving.
Al jaren volg ik de wederwaardigheden van Fatma’s familie als een spannende soap. Haar zusje is getrouwd voordat ze haar opleiding als verpleegkundige afhad. En je ziet wat daar van kan komen: de man die zelf werkloos is verdraagt het niet als Huweida zit te studeren en saboteert haar zoveel mogelijk. Ze krijgt geen cent van hem om haar studie af te maken of voor de taxi om naar de universiteit te gaan. Dus spannen de vrouwen van de familie samen en leggen wat geld bij elkaar zodat Huweida door kan gaan met studeren, wat ze zoveel mogelijk doet als haar man niet thuis is. Wat Fatma betreft gaat haar zusje scheiden zo gauw het kan, maar daar zijn de mannen van de familie tegen en dan wordt het moeilijk, want Huweida is met een neef getrouwd, en als ze gescheiden is maakt ze weer deel uit van de familie van haar vader, zonder hun ondersteuning is een scheiding niet te doen. Maar haar studie geeft ze niet op. Fatma gebruikt het als een waarschuwing voor haar dochters: niet trouwen voor je je opleiding af hebt. Ze vindt het beter als haar dochters niet binnen de familie trouwen, zoals het voor Bedoeinen de traditie is, ze heeft er zelfs geen bezwaar tegen als ze trouwen met een man die geen Bedoein is want die zijn nog traditioneler dan andere mannen, zegt ze. Haar vader bemoeit zich er tegen aan zoals het hoofd van een familieclan betaamt. Maar Fatma weert alles af, want haar dochters vallen eigenlijk onder de familie van haar man en niet onder de familie van haar vader, ook al woont ze met echtgenoot en dochters bij haar eigen familie in, en gelukkig is de familie van haar man veel vrijer. Het is een belangrijk doel in haar leven, om alle vijf haar slimme en mooie dochters door de universiteit te sluizen voordat ze zwichten voor een huwelijksaanzoek. Ze heeft de eerste aanzoeken voor de oudste, Fida, al afgewimpeld. En als kostwinner voor de hele familie heeft ze een sterke positie. Emancipatie op zijn Gazaans.
We bezoeken een werkplaatsje waar een groep mannen een korte opleiding volgt om gouden en zilveren sieraden te maken. De meesten van hen zijn voormalige gedetineerden, die opnieuw aan het werk moeten, plus een man in een rolstoel. Het NCCR heeft een plan gemaakt om een aantal gehandicapten, die in rolstoelen of doof zo’n opleiding te geven. In het werkplaatsje van het NCCR zitten dagelijks gehandicapten vazen en wandbordjes te beschilderen en te borduren, maar dat zet weinig zoden aan de dijk. Het is leuk dat ze bij elkaar zitten om mooie dingen te maken, en soms hebben ze ergens een tentoonstelling, maar ze kunnen er geen zelfstandig bestaan mee opbouwen en verdienen er te weinig mee. Maar met heel weinig middelen kunnen ze simpele sieraden maken, ook thuis, die goed verkoopbaar zijn. Als eerste wil het NCCR vier dove vrouwen uit Khan Younis op laten leiden, die dan samen een werkplaatsje kunnen beginnen. De opleiding kost twee en een half duizend dollar per persoon, en dan hebben ze een diploma en alle werktuigen die ze nodig hebben om zelfstandig aan het werk te gaan. En wij gaan kijken of we daar sponsors voor kunnen vinden.
Jan belt, net terug uit Washington. Ik heb met Khaled overlegd, of we deze maand nog de uitgestelde leiderschapstraining kunnen gaan houden in Gaza. We beslissen dat we het doen. De opwinding van de cartoonrellen is allang gaan liggen, die paar idioten die buitenlanders wilden kidnappen zijn tot de orde geroepen, Fatah en Hamas zijn het er over eens dat ze moeten zorgen voor de veiligheid van buitenlanders en hebben daar een oproep voor gedaan. De onderlinge spanningen worden om de vergadertafel uitgevochten. Khaled heeft een ommetje gebeld, iedereen wil graag dat de training door gaat. We moesten het er maar op wagen. Jan gaat de boel in werking zetten.
Als we thuis op de flat even uitrusten voor de volgende afspraak horen we buiten weer een boel gedonderjaag en het ene kaboem! na het andere. We hebben een afspraak met Ramadan die inmiddels ergens anders werkt en die we al een tijd niet hebben gezien, maar hij belt dat er ergens een explosie is geweest en dat de weg is afgezet. We hebben hem nog een paar maal aan de lijn, maar zullen hem niet zien. Volgende keer.
Nederland lijkt erg ver weg. Ik hoor dat mijn interview met Arjan Visser in Trouw staat. En dat Jan de Wit een motie van afkeuring heeft ingediend tegen Verdonk, maar dat die het ondanks brede steun niet heeft gehaald. Joes gaat vandaag weer naar huis, ik reis morgen af. We zijn heel tevreden. Ondanks al het lawaai buiten was het op het NCCR zelf rustig, de teams werken goed, het werk zelf draait door, iedereen kent zijn taak, de training kwam goed aan en we hebben weer een reeks plannen voor de toekomst. Nu er geen intifadaslachtoffers meer zijn, kan er meer aandacht kan komen voor de ‘gewone’ gehandicapten, waaronder ook veel ouderen. We kunnen het trainingsprogramma die richting uit gaan breiden. De mevrouw die we hebben bezocht heeft me erg aan het denken gezet. Nog geen tien jaar ouder dan ik, en medisch gezien dezelfde gegevens, dezelfde risicofactoren met bloeddruk, cholesterol, beginnende diabetes en wat overgewicht – zie het verschil. Ik krijg de juiste medische zorg en goede voorlichting en kan in principe nog vele jaren mee, en deze mevrouw is bijna aan het laatste hoofdstuk van haar leven. Joes en ik fantaseren over het preventieprogramma dat je hier in zou kunnen gaan zetten, maar dat zou wel door de overheid gedragen en betaald moeten worden. Joes heeft een nieuwe fysiotherapie voor volwassenen die een keer mee gaat, Alexandra moet weer mee voor de spastische kinderen, we hebben nog een therapeute en een coach op het oog en maken daar afspraken mee. We kunnen makkelijk nog een jaar vooruit.
Ondertussen wacht iedereen met spanning af hoe het zal gaan met de nieuwe regering, en vooral de uitblijvende steun uit het buitenland. Zijn ze echt van plan om de Palestijnen maar uit te hongeren?
Zelfs de SGP had de motie van afkeuring tegen Verdonk gesteund, Anja. Nou, voordat zoiets gebeurt… Maar het regeringsblok sluit zoals gewoonlijk hermetisch, omdat het er doodsbenauwd voor is dat vervroegde verkiezingen zullen komen.
Je zult misschien al gehoord hebben dat ook Verdonk zich kandidaat heeft gesteld als partijleider van de VVD, en -onder invloed van Kaj van der Linde- op een potsierlijke, quasi-Pim Fortuynachtige wijze haar campagne daarvoor is gestart. “Ik doe het!”, riep ze uit, kennelijk in de veronderstelling dat in de RAI vol ondernemers een stormachtig gejuich zou opstijgen. Een lauw applausje was haar deel. Er is nog geeneens een verkiezingsprogramma van de VVD, en Verdonk heeft nog geen letter liberaal gedachtengoed op papier weten te zetten. De Nederlandse poltiiek gaat weer kluchtige tijden tegemoet.
Anja, geweldig idee van die werkplaatsjes. Kunnen we die sieraden dan ook in Nederland verkopen? Zou mede via Fair Trade kunnen. Er is ook eens een initiatief geweest van een christelijke groep in Vlaardingen die een depot wilden openen voor producten uit Palestina. Over de distributie heb ik nooit meer iets vernomen, hoewel ik wel heb aangegeven te willen meewerken. Ze organiseerden voor-vorig jaar kerstmarkten, daar heb ik nog aan meegewerkt, maar ik ben even de naam kwijt.
Onder moslims is er ongetwijfeld animo voor solidariteitsaankopen, vooral als dat gebruiksvoorwerpen, dadels en (islamitische) sieraden zijn. Er komen steeds meer islamitische winkeltjes die voornamelijk boeken en cassettes verkopen, maar ook sieraden, hoofddoeken en gebedskleding. Als iemand zich sterk maakt voor import, dan is dat een uitstekend distributiekanaal. Een webwinkel zal het ook wel doen. Ik ben niet zakelijk ingesteld, maar wil wel reklame maken.
Lieve anja het was een goed interview dat in ieder geval door onze dominee gisteren in de kerk werd aangehaald.
Ik hoop je morgen te zien en hoop op een goede veilige terugreis voor je. Knuffel T
Hendrik Jan, eerst moeten de mensen de opleiding doen. Daar moeten we sponsors voor vinden. Daarna zie ik wel mogelijkheden om de sieraden hier te verkopen, vooral omdat mensen iets persoonlijks kunnen bestellen, iets met hun naam, iets Arabisch, of zoiets moois als hierboven, uit de koran. Maar dat gaat dus nog even duren. Eerst de sponsors.
Anja,
Google kent vele nccrs. Op welke site kunnen wij meer lezen over deze organisatie en het werk wat nu gedaan wordt en de plannen voor de toekomst?