Licht dat ons aanstoot in de morgen,
voortijdig licht waarin wij staan.
Koud een voor een, en ongeborgen,
licht overdek mij, vuur mij aan.
Dat ik niet uitval, dat wij allen
zo zwaar en droevig als wij zijn,
niet uit elkaars genade vallen
en doelloos en onvindbaar zijn.
Licht van mijn stad de stedehouder,
aanhoudend licht dat overwint.
Vaderlijk licht, steevaste schouder,
draag mij, ik ben jouw kijkend kind.
Licht, kind in mij, kijk uit mijn ogen
of ergens al de wereld daagt
waar mensen waardig leven mogen
en elk zijn naam in vrede draagt.
Pasen. Gele tulpen, rozen en narcissen in de overvolle Ekklesia. Ik word gefeliciteerd. Waarmee? O ja, vijf jaar geleden, met Pasen, werd ik hier gedoopt – iemand heeft dat precies onthouden omdat het de dag voor haar verjaardag is – gedoopt met deze begeleidende tekst: Gelezen heb ik wat geschreven staat; mij toevertrouwd aan onbewezen woorden.
Hier vieren we twintig eeuwen traditie van hoop. Oosterhuis leest een gedicht van Reve:
Eigenlijk geloof ik niets en twijfel ik aan alles,
zelfs aan U.
Maar soms, wanneer ik denk dat Gij waarachtig leeft,
dan denk ik dat Gij liefde zijt en eenzaam
en dat in zelfde wanhoop Gij mij zoekt
zoals ik U.
Ton Honig, die de toespraak doet, heeft nogal moeite met Pasen, geeft hij toe, vanwege die juichende toon waarmee verkondigd wordt dat de dood niet het laatste woord heeft en dat licht en hoop het uiteindelijk winnen van de duisternis. Dan zit je net bij een goede vriendin die zich totaal omver geblazen voelt doordat haar broer plotseling is overleden. Hoezo heeft de dood niet het laatste woord?
Dan helpt de Duitse theoloog Bonhoeffer die gevangen zat in concentratiekamp Buchenwald vanwege zijn verzet tegen het naziregime. Op zijn laatste oudejaarsavond schreef hij een lied:
Door goede machten trouw en stil omgeven,
behoed, getroost, zo wonderlijk en klaar,
zo wil ik graag met u mijn liefsten, leven,
en met u ingaan in het nieuwe jaar.
Wil nog de oude pijn ons hart vernielen,
drukt nog de last van leed dat ons beklemt,
Heer, geef onze opgejaagde zielen
het heil waarvoor Gij zelf ons heeft bestemd.
Hoe hij het kon, op die plek, de dood voor ogen, blijven geloven. Hij schreef: ´Over eergisterennacht – toen hier weer mensen werden geexecuteerd – hoeven we elkaar niets te vertellen. Nooit zal ik het uitzicht door het celraampje vergeten op die angstaanjagende nachtelijke hemel. Vreemd hoe je in zulke uren alleen denkt aan die mensen, die je nooit zou willen missen, terwijl de gedachte aan jezelf helemaal terugtreedt of zelfs verdwijnt. Dan merk je pas hoe sterk jouw leven verbonden is met dat van anderen, dat het centrum van je leven buiten jezelf ligt, hoe weinig je eigenlijk een enkeling bent. De dood van vrienden of een dierbare voelt alsof er een stuk van jezelf is dat sterft. Daardoor weet ik dat de betekenis van het menselijk leven veel verder reikt dan de grenzen van mijn eigen lichamelijk bestaan.´
Voor Jezus van Nazareth was zijn mateloze inzet voor hen die het echt moeilijk hebben ook iets dat de grenzen van zijn eigen lichamelijke bestaan te buiten ging. Niet te stuiten of te stoppen. Beter te sterven dan te sjoemelen. De kracht van die gestorvene staat met Pasen in ons weer op. Want als hij, Jezus van Nazareth, vannacht is opgestaan, dan ook onze moed om ons voor anderen in te zetten. Als hij deze ochtend is opgestaan, dan ook onze wil om zijn idealen van vrede en gerechtigheid echt in daden om te zetten. Want als hij is opgestaan, dan ook ons geloof dat de dood van mensen hun betekenis en de liefde die we met hen hadden nooit kan uitwissen.
De voorbeden. We gedenken de elf die stierven in Schiphol. We bidden tegen vreemdelingenhaat die als een besmettelijke ziekte rondwaart. Voor de uitgeprocedeerden die dreigen te worden uitgezet en de hoop dat de roep om ontferming door zal zetten. En dat wij bij machte zijn om het ergste leed te verzachten. Geef ons nieuw begin en wilskracht en levensmoed.
Alles zal zwichten en verwaaien
wat op het licht niet is geijkt.
Taal zal alleen verwoesting zaaien
en van ons doen geen daad beklijft.
Veelstemmig licht, om aan te horen
zolang ons hart nog slagen geeft.
Liefste der mensen, eerstgeboren,
licht, laatste woord van Hem die leeft.
Bedankt, Anja, voor de woorden die je op deze paasdag op deze website (via Google gevonden) hebt gezet.
Bedankt ook voor jouw reactie op de Tien Geboden in Trouw!
Ze zetten me, mijn tranen inbegrepen, weer op het onmogelijk lijkende spoor dat is uitgezet voor mijn leven.
Ze voorkomen dat ik wegzink in eenzaam niet-meer-verder-kunnen.
Brasa, Christine
Dank je Anja.
Wat ben ik blij met jouw moed.
Dit is het Christendom zoals Jezus het moet hebben bedoeld.
Anja, ik ben bezig met het beloofde verhaal, maar heb nog meer tijd nodig om te lezen. Het komt eraan!
Onderstaand waargebeurd verhaal is misschien te erg om op je site te zetten, ik hoop dat het me vergeven wordt.
Ik was vijftien jaar lang koordirigent in een RK-kerk. Het gebeurde misschien al wel 30 jaar geleden. Wij deden “Licht dat ons aanstoot” natuurlijk ook. Iedereen deed het toen. Vierstemmig, zoals het hoort. Bij de tenorpartij zit een bepaalde passage, het is heel makkelijk maar ze kregen het maar niet onder de knie, mijn mannen, en zongen daar steeds vrolijk met iedereen mee behalve zichzelf. Wat dan wel eens helpt, is zo’n stukje los een paar keer achter elkaar laten zingen, tot het ‘zit’.
Dus ik liet ze vijftien keer achter elkaar zingen: “–dek mij vuur mij aan” “–dek mij vuur mij aan”
Zegt een van die tenoren: “Als ik het nu nog één keer moet zingen, Clara, DOE IK HET!”
Je hebt met palmzondag altijd het lied “Heft op, uw hoofden, poorten wijd, wie is het die hier binnenrijdt?”
Om een of andere reden had mijn koor mega de pest aan dat lied. Ik had als protestant nogal wat protestantse kerkliederen binnen weten te smokkelen – ik denk dat ze dit té protestant vonden. Dus beraamden de mannen een list.
We hebben het lied tijdens de repetitie op de lessenaar. Het koor zit en zingt: “Heft op, uw hoofden, poorten wijd, wie is het die hier binnenrijdt?” Waarop alle heren als één man gaan staan en enthousiast zingen: “’t Is een vreemd’ling zeker, die verdwaald is zeker, ‘k zal hem enzovoorts.”
Actie geslaagd. Ik moest elke keer na ‘binnenrijdt’ zo hard lachen dat we het lied van het programma hebben afgevoerd.
Pasen was en is voor mij het hoogtepunt van het kerkelijk jaar. Vooral de traditie dat ik elk jaar solo onbegeleid zong, op verzoek van de parochie. De essentie van de woorden voelen. “God mijn God, waarom hebt gij mij verlaten.” En later in de week het prachtige lange “Laat juichen” in de paaswake. Het paasgebeuren vereiste logistiek gezien wel meer dan de kerstnachtmis. Brandende kaarsen in het donker, vastgehouden door koorleden, verbood ik nadat tijdens een paaswake iemand haren en kraag van het koorlid voor haar in de hens zette en toen van schrik ook nog de eigen koormap. En ook het vrolijk klaterende vijvertje dat de pastoor eigenhandig had bedacht maakte dat ik steeds zo verschrikkelijk moest plassen, dat hij het uit moest zetten.
Maar een prachtig feest, dat wel.
Hier voor jou een lijdenstijdlied. De tekst is van Toos Lockefeer, een bijzondere, eigenwijze en eigenzinnige vrouw. Ze zat bij mij in het koor en dichtte als Leopold. Dit is een van haar laatste verzen, ze is inmiddels ‘hemelen’, zoals ze dat zelf noemde. De muziek is van mij voor haar.
http://claars-notes.nl/bladmuziek/Psalm%2022%20vers%202.pdf
Zo machteloos te zijn!
Overgeleverd aan de beulen
die met de vijand heulen
en U breken:
onuitspreekb’re pijn
Zo schuldeloos te zijn.
Gekomen om te delen
de vloek, de vloek van velen
Verlorenen
Onuitspreekb’re pijn
Zo verlaten te zijn …
Vreemd aan Uw eigen Wezen
om heel de mensheid te genezen
Mijn God, mijn God
Wil ook mijn Redder zijn
p.s. ik herinner me ook nog levendig dat ik moest invallen voor een andere dirigent en dus de hele goedeweekriedel dubbel moest doen: witte donderdag, goede vrijdag, paaswake, 1e paasdag, 2e paasdag. Ze hadden zo met de kerktijden geschoven dat het net kon. Moest wel van de ene naar de andere kerk racen. Het ging helemaal goed, tot 1e paasdag. Ik versliep me. Schrok wakker, oei, mijn hemel, snel naar de kerk! Daar zaten ze op me te wachten, ik was een minuut of vijf te laat. Zegt de pastoor: “Hartelijk welkom allemaal op deze mooie paasmorgen. We mogen constateren dat de Heer vandaag vroeger is opgestaan dan de koordirigente en dus van haar gewonnen heeft.”
O, en deze: dat was met mijn Jongerenkoor en we zongen in een kerkdienst ter ere van een regionale bijeenkomst van long- en astmapatiënten. Veel mensen dus met zuurstoftanks en slangetjes. Openingslied: “Alles wat adem heeft love de Heer!” Zie dan zo’n jongerenkoor maar eens rustig te houden.
Ja , mooi.
Gisteren ,op bezoek bij m’n moeder, zag ik op tv. nog net het eind van de Mattheus Passion , het koor en daaronder ook de jongens die vol overgave zongen. Ik heb verder niets met jongens , maar wel heb ik zelf ook ooit in dat koor gezongen , dus een beetje liepen de rillingen wel over m’n lijf.
Daarna een gesprek met m’n moeder over geloof. Zij gelooft ongeveer zoals u hierboven beschrijft.Zelf geloof ik al lang niet meer, maar als er op die manier geloofd wordt, lijkt me dat geen punt van discussie, dus goed dat het beschreven en beleefd wordt.
Ondertussen kijk ik soms op het strand naar een leeg en eindeloos heelal en realiseer me dat ik niets heb te verwachten, behalve wat ik zelf van m’n leven weet te maken.
Mijn moeder zegt dan dat de symboliek van het geloof toch heel mooi is en daartegenover stel ik dan dat het mooi vinden van de symboliek dus geen geloof is – geloof is waar en kan niet een beetje symbolisch waar zijn.
Daarnaast : hoe mooi is die symboliek eigenlijk ?
Mooi is misschien dat God afzag van een mensenoffer van Abrahams zoon.
Christendom in de hoogste versnelling laat juist een mensenoffer gebeuren : Jezus, Gods Zoon.
En dat voor ‘onze zonden’.
Hoe ondraaglijk zelfgenoegzaam.
Kijk hem ! Hoe erg ! Hij hangt daar ‘voor ons’.
Onacceptabel toch ? Inderdaad.
Daarom hou ik van Nietzsche en in een andere versie van Hirsi Ali en Rushdie , die dus een iets andere functie hebben dan opkomen voor de zwakkeren.Zij moeten de gangbare waarheden tackelen of ze willen of niet , want dat doen ze al.
Hirsi Ali als ´een iets andere functie dan opkomen voor de zwakkeren´, wat een prachtig eufemisme Cees. Die houden we er in, voor Ephimenco en Ellian ook, zie de column van Plasterk in Buitenhof, allemaal mensen met ´een iets andere functie dan opkomen voor de zwakkeren´. Vind je het goed als ik op mijn beurt dan weer hun gangbare waarheden tackle of mag alleen Hirsi Ali dat?
Je kunt verder constateren dat er verschillende wijzen zijn om de Evangelien te lezen en te interpreteren. Zoals die in de Ekklesia, hierboven. Of de versie dat Jezus stierf voor ´onze zonden´, waar ik nooit wat mee heb gehad. Het had me gevraagd kunnen worden – wil ik dat er iemand de marteldood sterft voor wat ik zou hebben misdaan? Niet bepaald. Ik los het met mijn ´zonden´ zelf wel op.
beste anja, de stoute schoenen maar eens aan getrokken om je te schrijven.
ik volg al ruim een jaar je weblog.
vooral palestine/ israel volg ik, maar ook andere stukken van je vind ik fijn te lezen.
je schrijft vandaag over een vriendin die haar broer verloren heeft deze week.
mijn broer joris nobel is ook zeer onverwachts overleden vorige week dinsdag,gelukkig was ik er bij in het slotervaart ziekenhuis, en mocht hem samen met een verpleegkundige verzorgen nadt hij in geslapen was.
morgen wordt hij begraven in bloemendaal.
dagen met veel verdriet, ongeloof, maar ook heel veel liefde.
ik kreeg van de moeder van mij schoonzusje een briefje met daar op het gedicht van reve.
in juli ga ik met mijn kinderen naar israel, voor 3 weken, mijn dochter is 12 en heeft een ticket naar israel gekregen van hele lieve vrienden van mij, ik wel een dubbel gevoel, ik wil ze de beide kanten van israel laten zien, maar ben wel blij dat ik toch geboekt heb.
anja, ik ben blij dat ik even mijn verhaal kon doen, ik wens je nog een goede ‘zonnige’paasdag.
lieve groeten van valentine
“Het koor zit en zingt: “Heft op, uw hoofden, poorten wijd, wie is het die hier binnenrijdt?” Waarop alle heren als één man gaan staan en enthousiast zingen: “‘t Is een vreemd’ling zeker, die verdwaald is zeker, ‘k zal hem enzovoorts………..”
Clara, ik zie het helemaal voor me, zit nog te grinniken,, prachtig verhaal
een tip, Valentine. Als je in Israel bent, ga naar het Jerusalem Hotel in de Nablus Road. Dat is een heel gezellig hotel met een leuke binnenplaats waar je lekker kunt eten en waar je veel interessante Palestijnse, joodse en buitenlandse mensen aan kunt treffen. Ze hebben daar ook Alernative Tours. Je kunt veilig en met begeleiding mee op een trip naar de muur. Dan zie je ook iets van de andere kant. In ´gewoon´ Israel zijn de scheidslijnen al zo ver doorgevoerd dat je vrijwel niets van de ´andere kant´ te zien krijgt, zelfs nauwelijks van de in Israel zelf levende Palestijnse staatsburgers.
Het zijn hele aardige mensen bij het Jerusalem Hotel (niet verwarren met het joodse Jerusalem Hotel, dit is in Oost Jerusalem, vijf minuten lopen van de Damascus Gate bij de oude stad) Toch veel plezier, ondanks de dubbele gevoelens die ik me voor kan stellen.
O en ik had nog willen zeggen: gecondoleerd met je broer.
Hoi valentine.
heb je inzending gelezen, en wens je veel sterkte. Ik woon in israel, mocht je in Galilea zijn, in de buurt van nazareth of haifa, en je heb wat tijd over, en ook nog zin, kom gerust langs. Via Anja kan je aan mijn email komen.
Ik woon hier in een prachtig arabisch dorp, en kan je eventueel wat dingen laten zien. Als je zin heb. hartelijke groet
Hoopte ik al op, Trees. Valentine, Trees is een lieve vriendin van me, daar getrouwd met een Palestijn, kanjers van dochters. Ze heeft me veel laten zien, wat je anders niet te zien krijgt. Onder andere een niet erkend Arabisch dorp. Als je de gelegenheid hebt: neem de uitnodiging aan. Ik stuur je per gewone email de email van Trees.
@ Clara (3):
Mooie verhalen, Clara.
Héél generaliserend gesproken: ik heb nogal eens moeite gehad met huichelachtigheid van “Roomsen” (b.v.: vriendelijk doen in iemands gezicht, kwaad spreken wanneer die uit het zicht is), maar humor en relativeringsgvermogen hebben zij weer vóór op protestanten (vooral Calvinisten), waartoe ik vroeger officieel heb behoord.
Overigens gaat voor mij geen Pasen voorbij zonder minstens één keer de Matthäus Passion te hebben beluisterd.
Nou doe je het weer!
Alleen maar omdat ik zo heel erg nieuwsgierig ben waar het vandaan komt, een vraag voor Olav. Niet als kritiek op jou, niet omdat ik denk dat jij kritiek op mij hebt, maar gewoon uit belangstellende nieuwsgierigheid:
hoe komt het dat als ik een algemene bijdrage schrijf over denken in vijandsbeelden, jij de lijn in je reactie doortrekt naar fascisme en neo-nazisme (hoewel ik dat nergens bedoelde of zelfs maar suggereerde), en hoe komt het dat als ik een anekdotisch stukkie schrijf over kerkkoren, jij de lijn doortrekt naar jouw last van huichelachtigheid van roomsen en het gebrek aan humor van protestanten – terwijl ik dat weer nergens bedoelde of suggereerde?
Het intrigeert me enorm. Vertel ‘s?
Het antwoord is heel simpel, Clara. Als een stukje van iemand mij aanzet tot (verder) denken, krijg ik ook eigen gedachten. Die helemaal niet door de ander geopperd of zelfs maar gesuggereerd hoeven te zijn. Wat ik dan ook helemaal niet beweer. Ik associeer gewoon verder. Het is toch niet zo, dat je, als je op iemand of beter: naar aanleiding van iemand reageert, je je strikt moet houden aan de grenzen van het stukje van die persoon? Is het niet zo, dat velen hier reageren op of naar aanleiding van stukken van Anja en daarbij hun eigen gedachten verder laten gaan? Doe je dat zelf ook niet? Ik begrijp dus jouw schijnbare verbazing helemaal niet.