Opgestuurd door Behnam Taebi
Perzische kattenvanger Ellian snapt er niets van
Er zijn veel kritische pijlen afgeschoten op het WRR-rapport over de islam. Furieuze critici, zoals Afshin Ellian, hebben last van oorlogszucht en leunen te veel op ontoereikende persoonlijke getuigenissen, meent Shervin Nekuee.
In het rapport ‘Dynamiek in islamitische activisme. Aanknopingspunten voor mensenrechten en democratie’ constateert de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) dat er verscheidenheid bestaat binnen het islamitische activisme. Bovendien hebben bepaalde stromingen binnen de politieke islam – afhankelijk van omstandigheden – het potentieel om zich tot een democratische beweging te ontwikkelen. Dat is vloeken in de kerk van onze islam-bashers. Hiervan zijn er twee soorten: de één is gedreven door de eigen particuliere dramatische ervaring met de islam en claimt vanuit deze ervaring een deskundigheidspositie op, zoals Ayaan Hirsi Ali. De ander wil meedoen met de neo-conservatieve oorlogsretoriek. Wat beiden wel gemeen hebben – en dat bleek nu weer – is gebrek aan nuance. Elke poging tot verfijning van ons beeld van de islam beschouwen zij als een vorm van politieke lafheid.
Afshin Ellian vertegenwoordigt misschien wel beide stromingen. Wat je ook van zijn lange column vol anekdotische vertellingen (Opinie&Debat, 15 april) mag vinden, slapheid kan je hem niet verwijten. Hij houdt zich – zoals we van hem gewend zijn – stevig vast aan zijn ‘heldere boodschap’: het islamisme deugt niet. Islamitische activisten hebben de mond vol van democratie en mensenrechten maar zodra ze aan de macht zijn laten ze hun ware gezicht zien. Zie hoe Khomeini te werk is gegaan in Iran.
Volgens Ellian is het WRR-rapport niet wetenschappelijk maar politieke charlatanerie. Maar wie de ander op de gevoelige schaal der wetenschap wil leggen, moet eerst zelf de toets kunnen doorstaan. Er is maar één onderwerp dat via het anekdotische gebrul van Ellian, keer op keer, column na column, terugkomt: Iran. Hij gebruikt de methode van inductie: van een eenmalige en particuliere waarneming wil hij algemene conclusies trekken. Hij gebruikt de Islamitische Revolutie in Iran, die hij als jonge tiener heeft meegemaakt, om een oordeel te vellen over een inmiddels wereldwijde aanwezigheid van de islam binnen het publieke domein.
Nu wisten de Oude Grieken al dat een dergelijke vorm van zuivere inductie een zeer twijfelachtige methode is om waarheid te benaderen. Wie ons een witte kat aanwijst om ons mede delen dat alle katten wit zijn is niet goed wijs of denk dat hij ons voor de domme kan houden.
In dit geval is onze Perzische kattenvanger ook nog bijziend. Zijn reconstructie van Iran, zowel toen als nu, doet geen recht aan de feiten. In de jaren van de revolutie werd het politieke activisme in Iran gedreven door anti-democratische gedachten. Dat gold echter, in tegenstelling tot wat Ellian beweert, voor alle politieke stromingenen. Niet alleen waren de islamisten radicaal maar ook de seculieren. Het politieke alternatief voor Islamisme was Stalinisme of Maoïsme. Ik heb me keer op keer door ex-communistische ballingen laten vertellen dat „een overwinning van de seculair linkse beweging in Iran zou hebben kunnen geleid tot Iraanse killing fields.” Of hun hypothetische retrospectief bewaarheid had kunnen worden weten we niet. Wat zeker is, is dat huidige Islamitische Republiek een zeer bloedige geschiedenis kent.
Maar in het Iran van nu zijn juist de moslim-democraten de hardnekkigste concurrenten van de huidige machthebbers. Dat zijn activisten die de islam als een leidraad voor hun politieke handelingen beschouwen maar wars zijn van de huidige islamitische theocratie. Deze moslim-democraten vertonen in hun denken veel overeenkomsten met de christen-democraten. Hun politieke denkwijze is niet eigen aan Iran. Men ziet het opbloeien in Turkije, onder de vlag van huidige regerende AK Partij, en bij het moslimbroederschap in Egypte. De huidige Hamas leiders hebben, gedurende hun bezoek aan Turkije, min of meer laten weten dat de AK partij een voorbeeld voor hen is. Of Hamas werkelijk in staat is om deze verandering door te maken is nog te bezien. Het betekent wel dat er een vorm van islamitische activisme bestaat dat vanuit democratische principes wil opereren. Deze stroming wordt ook wel het ‘post-islamisme’ genoemd. Haar verfijningen van de islam brengen de positie van onze moslim-bashers behoorlijk aan het wankelen. Vandaar hun furieuze reactie op de WRR.
Wie het rapport van de WRR nauwkeurig leest kan niet anders concluderen dat de auteurs uitgebreid en gedegen onderzoek hebben gedaan naar de politieke islam in afgelopen honderd jaar. Met de nodige kritische distantie hebben ze gekeken naar ontwikkelingen in diverse landen binnen de islamitische wereld. Dat is een waardevolle onderneming die mag worden geprezen. Gezien de verwarrende toestand waarin het Westen, sinds 11 september, terecht is gekomen zijn heldere standpunten noodzakelijk om de samenleving weer op koers te krijgen. In tegenstelling tot de persoonlijke anekdotische getuigenissen van Ellian, heeft de WRR een zuiver wetenschappelijk rapport gepubliceerd dat politieke leiders uitdaagt om eens precies te analyseren hoe de islam in elkaar steekt.
Shervin Nekuee is Iraans-Nederlandse socioloog en publicist. Op 8 juni verschijnt van zijn hand ‘De Perzische paradox’ bij uitgeverij de Arbeiderspers.
Het hele probleem is gewoon dat we hier te maken hebben met grotendeels ‘normatieve wetenschap’. Alhoewel ik het nut van dergelijke wetenschap niet geheel wil ontkennen, is het binnen haar kader wel heel erg makkelijk om elkaar er geheel vrijblijvend van te (blijven) beschuldigen het bij het verkeerde eind te hebben.
Een sluitend bewijs voor een dergelijke beschuldiging, verkregen via de weg van de (empirische) wetenschappelijke methode, kan in het algemeen niet gegeven worden. Dit maakt dat een dergelijke beschuldiging, van welke kant dan ook, bij voorbaat niet al te serieus hoeft te worden genomen.
Dit alles roept echter ook de vraag op hoe serieus je überhaupt deze vorm van normatieve wetenschap, zoals bedreven door de WRR (en door Ellian), moet nemen, aangezien zowel het WRR-rapport als iedere kritiek daarop (en kritiek op die kritiek) niet of nauwelijks door waarnemingen te falsificeren is. Men blijft dan toch een beetje steken in het over en weer schieten van losse flodders.
Beste Klef, wetenschappelijk, dat houdt in dat de vraagstelling helder is afgebakend, en vervolgens voldoende onderbouwd met onderzoek en een sluitend betoog, en met een daaruit volgende conclusie. Wat dat betreft valt er op het WRR rapport niets af te dingen.
Verder is het onderzoek expliciet bedoeld om een advies te formuleren, en dat hebben ze ook gedaan. Eveneens: goed onderbouwd. Natuurlijk kun je elk advies dan afdoen als ‘normatief’, maar uiteraard is een advies een advies en geeft dus een richting aan.
De mensen die zeggen dat het WRR rapport niet wetenschappelijk is tonen helemaal niet aan dat het niet wetenschappelijk is. Wat er aan de hand is is dat de vraagstelling ze niet bevalt omdat die niet past in hun vooringenomen stellingname, en dat ook de conclusie van het rapport ze niet bevalt. Maar dat is natuurlijk nogal, jawel, normatief.
Ellian is zelf een schoolvoorbgeeld van hoe hij zijn eigen persoonlijke mening niet van wetenschappelijke methodiek kan scheiden. Een doodzonde voor iemand die zegt wetenschapper te zijn en zich daarop beroept. Onder werkelijke wetenschappers maakt hij zichzelf in ieder geval niet geloofwaardiger. Hij kan zich maar beter houden aan wat hij werkelijk is: een columnist met een uitgesproken eigen mening.
Klefbeer heeft volledig gelijk. Als, zoals u stelt, wetenschap niet méér is dan een haffeltje vormvoorschriften, dan weet ik wel zeker dat het rapport van de WRR niet wetenschappelijk is. Het is dus maar een mening.
Het is het aan elkaar knopen van oorzaken en gevolgen zo als het de onderzoekers uitkomt. De term wetenschappelijk wordt gebruikt om het onderzoek het cachet te geven dat het van nature mist, namelijk dat van een werkelijk wetenschappelijk onderzoek.
Wetenschap wordt wetenschap door het plakken van een stickertje: Dit is wetenschap.
Kijk, als ik een steen uit de raam laat vallen, dan valt die naar beneden. Dat is wetenschappelijk onderbouwd en kan via onderzoek keer op keer ondubbelzinnig worden vastgesteld. Dat kan met de onderzoeken zoals bovenstaand niet en dat maakt het voor discussie vatbaar. En zou het het predikaat “wetenschappelijk” niet moeten hebben.
Henk, even voor de zekerheid: heb je het rapport gelezen?
http://claars-notes.nl/060412%20rapport%20WRR.pdf
Nee Claar, heb het niet gelezen. Jij wél ? Ik moet selecteren en dan is een rapport van 234 pagina’s mij iets te veel. Bovendien wantrouw ik dit soort dikke rapporten. Dat is waarschijnlijk wéér om het rapport enig cachet te geven, want waarschijnlijk zou men met 25 pagina”s ook toekunnen.
Overigens hoef je het ook niet gelezen te hebben om op voorhand te weten dat dit soort sociologisch geneuzel nimmer het predikaat “wetenschappelijk” verdient
Er zijn wel meer mensen die liever columns lezen dan een dik rapport, Henk. Die houden dus ook meestal van grote stappen snel thuis. Ik heb het dus wel gelezen. Als je echt wilt weten waar het over gaat is het niet in een paar oneliners samen te vatten. Of liever, dat kan wel, maar dan zijn er weer allerlei columns-lezers die beweren dat het niet onderbouwd is. En nee, ze konden dus niet met 25 pagina’s af, want het gaat over complexe ontwikkelingen.
Als je het gelezen zou hebben, en iets weet van wetenschap bedrijven, dan wist je ook dat het wel degelijk wetenschappelijk werk is. Jouw opvatting van wat wetenschap is is veel te simplistisch, aangezien mensen en samenlevingen geen stenen zijn. Als je het gelezen had dan wist je ook dat het geen sociologisch geneuzel is. Het is sowieso geen sociologie. Wat jij doet, Henk, en je bent de enige niet, helaas, is de gemakzuchtige weg van oordelen zonder je er in te willen verdiepen. Vandaar dat er met mensen die net als jij weigeren om er enige moeite voor te doen ook nooit een werkelijke discussie ontstaat. Daarvoor moet je namelijk wel weten waar je het over hebt.