te gast: Elma Verhey, eindredactrice van De Tribune. Voorheen werkzaam bij Vrij Nederland.
Beste Anja,
‘Dit weekend had ik een feestje waar ook veel Turken en Irakezen waren,’ schreef Max van Weezel in Vrij Nederland van 10-6-2-6. ‘Zelfs daar werd een glas ouzo geheven op Rita Verdonk. Die had Ayaan Hirsi Ali, die de profeet had belasterd, toch maar over de grens gezet! Het is een merkwaardig monsterverbond dat Verdonk steunt. Aan Rutte nu de taak om ervoor te zorgen dat het vrijzinnige denken binnen de VVD echt niet het loodje legt.’
Eerlijk gezegd had ik de column tot nu toe nog niet gelezen, sinds mijn vertrek bij VN lees ik het blad niet meer zo vaak, maar Heidi Zandbergen wees me erop; het was dan ook haar feestje. En ik, net als Max van Weezel en andere (ex)collega’s van VN, waren uitgenodigd.
Op de eerste plaats waren er NIET ‘veel Turken en Irakezen’, maar slechts één Irakees, nl. het aardige vriendje van Heidi, een Koerd, die kok is in een van de beste specialiteitenwinkels in de Amsterdamse binnenstad, die de salades had gemaakt en die de BBQ bediende. Voorzover er door hem een glas ouzo is geheven op Ayaan/Verdonk (ik heb het niet gezien, wel veel met hem gesproken) dan toch beslist niet omdat Ayaan ‘de profeet had belasterd’. Wellicht wel omdat Ayaan in zijn ogen de dialoog eerder in de weg heeft gestaan dan helpen oplossen. Een mening die naar mijn ervaring door heel wat ‘islamieten’ wordt gedeeld. En die trouwens ook werd gedeeld door het overgrote deel van het gezelschap, allemaal onvervalste Amsterdamse ‘grachtengordelaars’. Maar kennelijk moesten Turken/Marokkanen weer eens als achterlijke godsdienstfanaten worden afgeschilderd. Ik wilde je dit voorbeeld van ‘islam-bashing’ in de zogenaamde kwaliteitspers niet onthouden.
Elma Verhey
Zie voor de column www.vrijnederland, onder opinies
Uiteraard heb ik Max van Weezel om commentaar gevraagd. Dat kwam zojuist binnen: of ik me met de Tribune wilde bezighouden…..
Nou, fijn dat je je ook met de Tribune bezighoudt, Elma. Die is er erg van opgeknapt.
Nog een punt: als die verzonnen Turken en Irakezen echt zulke moslims zouden zijn geweest, dan zouden ze niet de alcoholische ouzo hebben gedronken … en de Turken onder hen zouden volgens Turkse nationalisten ook nog landverraad gepleegd hebben door Griekse ouzo in plaats van Turkse raki te kiezen …
Met andere woorden: Max van Weezel heeft niet eens de moeite genomen om een beetje geloofwaardig te lijken in het liegen.
ummmm Elma, een laag incasseringsvermogen heeft onze vriend. Maar waren het geen moslims die daar last van hadden, aldus onze lieve Rita?
Het is leuk, geinig en interessant als er een beetje op moslims afgegeven wordt, want dat zorgt waarschijnlijk voor meer lezers…. (toch niet bij VN???) maar een antwoord op wat er gezegd wordt moet er “natuurlijk” niet komen, want zo zijn we niet getrouwd, zouden sommige dames en heren van de pers denken…. wij zeggen, jullie incasseren! Lang leve de vrije pers!
VN, HP/De Tijd, Elsevier, allemaal propagandabladen voor het anti-islamkamp. Heb in die tijdschriften zelden goede stukken over islam/moslims aangetroffen. Ik zal de Tribune eens proberen, kende dat blad nog niet.
Sinds we een nieuwe hoofdredacteur hebben is de Tribune veel mooier geworden!
Maar wat de VN betreft, ik had wel wat waardering voor VN, maar dat wordt ook steeds minder… Elsevier heb ik al lang de deur uitgedaan. Ik snap niet waarom ze nou zoiets op moeten schrijven. Wat schieten ze daarmee op?
Als het zo is gegaan als Elma beschrijft – en ik heb geen reden om aan te nemen dat het niet zo is gegaan – dan is dat niet best.
Maar ik wil toch ook aan Farshad zeggen dat het niet ‘ze’ is, maar Max van Weezel die erop aangesproken moet worden.
Van Weezel is columnist en niet de VN in persoon. Zoals Ellian columnist is en niet de NRC in persoon.
Ik ben het met Hendrik Jan ook niet eens. “Propagandabladen voor het anti-islamkamp” vind ik erg zwaar aangezet en bovendien los je er niets mee op, dat zo te stellen.
Toch?
Nee Clara, met zo’n stelling los je niets op, maar je lost überhaupt niets op, ook als je het minder zwaar aanzet.
lieve elma en anja: dit is onze Max van Weezel ten voeten uit. Een tijdje geleden schreef ik over hem: ‘Max was vroeger communist. Wat hij nu is weet niemand, naar alle waarschijnlijkheid hijzelf ook niet. In elk geval is hij zeker geen communist meer. Van Weezel is nog wel pro-Israel. Dat brengt hem als journalist in moeilijkheden, zo bleek in juni 2002, toen Amira Hass, de joods-Israëlische correspondente op de Westbank van de Israelische kwaliteitskrant Haaretz, in de Amsterdamse Balie sprak. De bijeenkomst vond plaats onder voorzitterschap van Max van Weezel, die in Nederland wordt gezien als de deskundige bij uitstek op het gebied van de Israelische politiek. Amira Hass, wier werk door de Israëlische auteur David Grossman is geprezen als ‘een van de zeldzame tekenen van gezond verstand, moed en menselijke waardigheid,’ leeft al jarenlang tussen de Palestijnen in bezet gebied. Dit in tegenstelling tot de Nederlandse correspondenten. De meesten van hen spreken geen Arabisch en gaan zelden of nooit naar de bezette gebieden, met als excuus dat ze zich daar als joodse journalisten niet welkom voelen. Nadat Amira Hass ruim een uur lang voor een volle zaal over de Israëlische terreur tegen de Palestijnse burgerbevolking had verteld, stelde Van Weezel de vraag: ‘Waarom hebben wij in Holland niet enkele van de ontwikkelingen gezien waarover Amira Hass schreef en zag in Gaza en Ramallah? Waarom hebben wij daar nooit over gediscussieerd?’ Een luid gejoel steeg op. Een jonge vrouw in het publiek reageerde met de opmerking: ‘Spreek voor je zelf. Je moest je schamen dat je dit vraagt. Als je het had willen zien dan had je het makkelijk kunnen zien. Veel buitenlandse journalisten hebben daarover geschreven, veel mensen hier zijn in Israël geweest en zagen zelf wat daar gebeurde. Als journalist zou je hebben moeten spreken met de mensen die daarheen gingen en terug kwamen, en verhalen te vertellen hadden,’ daarbij verwijzend naar onder andere joodse Nederlanders in de zaal die spontaan applaudisseerden. Het was de spijker op de kop. Veel Nederlandse journalisten zijn zodra het Arabieren betreft bevooroordeeld, inclusief Van Weezel, de voormalige adjunct hoofdredacteur van Vrij Nederland. Het was hetzelfde Vrij Nederland dat in 2000 een Israëlische aanslag op een Tanziem-leider omschreef als ‘een knappe surgical action,’ zonder te vermelden dat daarbij twee onschuldige voorbijgangers, huisvrouwen van middelbare leeftijd, gedood werden. Kennelijk een te verwaarlozen detail, ‘collateral damage.’ Max dus. Als er een Guinness Book of Records voor het introduceren van absurde begrippen zou bestaan dan zou ik onmiddellijk Van Weezel voordragen. Afgelopen zondag sprak hij als presentator van het Radio I Journaal over ‘Niet Marokkaanse Nederlanders.’ Het moest even inzinken voordat ik de omvang van deze absurditeit volledig kon bevatten. Maar nu begrijp ik het: ik ben sinds afgelopen zondag een ‘niet Marokkaanse Nederlander.’ Herhaalt u luid en duidelijk dit begrip voor uzelf eens honderd keer, proef die woorden op uw tong en ontdek dat het nog lekker bekt ook. ‘Niet Marokkaanse Nederlander.’ De onvermijdelijk vraag is nu of een fatsoenlijke burger zich bij een ‘Niet Marokkaanse Nederlander’ veilig kan voelen? En bij een ‘Marokkaanse Nederlander,’ wat dat dan ook wezen mag? En bij een ‘Niet Nederlandse Nederlander,’ zoals ik me begin te voelen? Bij welke categorie voelt u zich het veiligst? Een tijdje geleden verklaarde Max van Weezel: ‘De belangrijkste levensles die ik heb geleerd gaat over vertrouwen in mensen. Dat kreeg je vroeger mee van je ouders als je net na de Tweede Wereldoorlog werd geboren en joods was. Als ik iemand leer kennen vraag ik me af of ik in tijden van nood bij hem of haar zou durven onderduiken, zou ik me bij deze persoon veilig en geborgen voelen?’ Dat benoemen van iedereen, dat eeuwige kwalificeren. Zou Max er als journalist nooit moe van worden, ik bedoel van die levenslessen die hij als kind kreeg?’
groeten stan