(Suaad (9 jaar) en Kader (8 jaar))
Aangifte Catamaran tegen minister Verdonk
Op maandag 6 november 2006 verschenen de kinderen Suaad (9 jaar) en Kadar (8 jaar) niet op school, waarvan door de leerkrachten melding werd gedaan. Er was ook geen ziek- of absentiemelding binnengekomen.
Een klasgenootje vertelde ’s middags aan de groepsleerkracht, dat het hele gezin in aanwezigheid van politie uit huis was gehaald en weggebracht. Navraag bij de woningbouwvereniging of het hier een ontruiming van het wijkinterventieteam betrof werden ontkend. Ook hen was niets bekend.
Na drie dagen en vele telefoontjes werd op donderdag 9 november door een medewerker van het COA bevestigd, dat men het gezin had ontruimd en vervoerd naar Vertrekcentrum Vught, om uiteindelijk gedwongen te worden ons land te verlaten.
Het land van herkomst van de gescheiden moeder is Somalië. Een land dat voor de kinderen totaal vreemd is, met een vreemde taal, maar bovenal een vijandig land, dat beheerst wordt door stammen en krijgsheren.
De twee kinderen hebben hun hele leven in Nederland doorgebracht. Hier zijn zij ook naar school (De Catamaran) gegaan en zijn ze opgegroeid als elk ander Nederlands kind; zij hebben vloeiend Nederlands leren lezen, spreken en schrijven.
De kinderen zijn niet eens in de gelegenheid geweest om afscheid te nemen van vriendjes, vriendinnetjes, klasgenootjes en leerkrachten. Zij hebben ook geen schoolwerkjes kunnen meenemen. Hun geborgenheid, veiligheidsgevoel, sociale contacten en hun onderwijsleerlijn zijn abrupt afgebroken. Een collega moest met pijn in het hart bij een bezoek aan het gezin in Vught constateren dat de kinderen zwijgend, apathisch en terneergeslagen waren.
De gebeurtenissen rond de ontruiming, de dreigende verbanning en de angst voor wat hen nog meer te wachten staat, leggen een grote psychische druk op de kinderen. Voor Suaad dreigt bovendien nog een vrouwenbesnijdenis in Somalië.
Op dinsdag 28 november is er vanuit onze school aangifte gedaan van kindermishandeling, zoals omschreven in artikel 1 sub m van de Wet op de Jeugdzorg:
Wet op de Jeugdzorg art.1.m.
Kindermishandeling: elke vorm van voor een minderjarige bedreigende of gewelddadige interactie van fysieke, psychische of seksuele aard, die de ouders of andere personen ten opzichte van wie de minderjarige in een relatie van afhankelijkheid of van onvrijheid staat, actief of passief opdringen, waardoor ernstige schade wordt berokkend of dreigt te worden berokkend aan de minderjarige in de vorm van fysiek of psychisch letsel.
De aangifte is gericht tegen de eindverantwoordelijke van de IND, te weten minister mevrouw drs. M.C.F. Verdonk.
De gevolgde overheidsprocedure tot uitzetting met zijn uitwerkingen en acties is o.i. pedagogisch, onderwijskundig en psychisch onverantwoord en brengt de kinderen schade toe. De kinderen worden mentaal en feitelijk in een onveilige en bedreigende situatie geplaatst. Zij worden gestraft voor en zijn slachtoffer van een overheidsprocedure tegen hun moeder.
Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind:
Artikel 2.2. De Staten die partij zijn, nemen alle passende maatregelen om te waarborgen dat het kind wordt beschermd tegen alle vormen van discriminatie of bestraffing op grond van de omstandigheden of de activiteiten van, de meningen geuit door of de overtuigingen van de ouders, wettige voogden of familieleden van het kind.
In de overwegingen van de overheid om het gezin uit te zetten is ons inziens bij het desastreuze effect van dat besluit en de daaropvolgende acties t.a.v. de kinderen geen of onvoldoende rekening met hen gehouden.
Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind:
Artikel 3.1. Bij alle maatregelen betreffende kinderen, ongeacht of deze worden genomen door openbare of particuliere instellingen voor maatschappelijk welzijn of door rechterlijke instanties, bestuurlijke autoriteiten of wetgevende lichamen, vormen de belangen van het kind de eerste overweging.
Het bovengenoemde overheidsbesluit tot ontruiming en uitzetting in samenhang met de uitgevoerde acties en het angstaanjagende toekomstperspectief leggen een dermate grote dreiging en psychische druk op de kinderen, die naar onze overtuiging niet verantwoord is en die onder de definitie van kindermishandeling valt.
Wat goed van de mensen van de Catamaran dat ze aangifte hebben gedaan! Op deze manier maken ze zichtbaar wat er met deze kinderen gebeurt, en dat dat aantoonbaar kwalijk is. Hulde aan de Catamaran, en ik hoop van harte dat de uitzetting kan worden teruggedraaid — en dat het generaal pardon op tijd komt!
Weer zo’n schunnige actie onder verantwoordelijkheid van minister Verdonk.
Het is duidelijk dat Nederland in strijd met het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind handelt. Ook b.v. door kinderen gedetineerd te houden. De strafklacht tegen minister Verdonk lijkt mij wel goed als signaal, maar juridisch niet haalbaar. De strafrechtelijke verantwoordelijkheid van de overheid als zodanig is nog steeds niet geregeld. Het is natuurlijk wel schandelijk beleid, maar hiertegen moet de volksvertegenwoordiging een dam opwerpen.
Fantastisch! Of het juridisch haalbaar is niet het belangrijkste. Wat Anne-Marie zegt, er wordt zichtbaar gemaakt wat er gebeurt. En voor iedereen die kinderen heeft – op deze school of elders – komende gevolgen van het schandalige asielbeleid ineens heel dichtbij. “Asielzoekers” is geen abstacte term meer, maar het gaat nu over kinderen die bij hun kind in de klas zitten.
Het is de vraag of Rita Verdonk zich ook maar iets aantrekt van de rechten van het kind, in casu deze kinderen. Echter, de dreiging van meisjesbesnijdenis is al voldoende reden om een verblijfstatus te krijgen. Heeft hun advocaat zijn/haar werk wel gedaan?
De IND moet het beleid uitvoeren, niet de advocaat, dus wijs niet direct naar de advocaat als het beleid misschien verkeerd wordt uitgevoerd. In deze fase heeft men trouwens vaak geen advocaat meer.
Op basis van de beschikbare informatie is het inderdaad vreemd. Er wordt nu niet uitgezet naar Somalie en de dreiging van besnijdenis bij de dochter is voldoende voor een status. Misschien heeft de IND een `veilig` derde land op het oog.
Rita zal er niet wakker van liggen, maar dit soort acties opent misschien de ogen van gewone mensen (kiezers).
De IND staat niet bekend als een perfecte uitvoeringsorganisatie en wat ze moeten doen staat ook niet buiten kritiek. Asielprocedures worden vaak voor de rechter uitgevochten. Ik wil niet muggeziften maar dan kan de inzet van een advocaat toch de doorslag geven, lijkt mij.