We zijn in Gaza. Reis zonder moeilijkheden. Bij Erez was het uitgestorven. Tienersoldaatjes hingen er verveeld bij. Niemand interesseerde zich voor onze koffersw, dus ik hoefde al die fietslampjes niet uit te leggen, en Joes zijn koffer vol medicijnen niet.
Op de flat, weer een andere, wachtte Fatma op ons, met de dienstdoende dochter. (Ze heeft er vijf, dat zijn er meer dan er in de auto kunnen. Als er iets leuks is, zoals nu, de buitenlandse vrienden komen, en er is cola, dan mag er in toerbeurten een dochter mee) Met een mininichtje dat spontaan in tranen uitbarstte toen ze ons zag. En Khaled de man van Fatma. En Sarhan.
Hoe het hier is. Hetzelfde. Mensen gaan ’s avonds zo min mogelijk de straat op, zeker niet op vrijdag, uit angst voor onderlinge gevechten. Als we huisbezoeken gaan doen, doen we dat met veel voorzorgsmaatregelen.
Het is koud op de flat. Januari en geen verwarming. Onze vrienden gaan naar huis. We zitten hier met de drie mensen die eens, bijna tien jaar geleden, met Kifaia begonnen. Eelco, Joes en ik. We halen herinneringen op, we nemen nog een flinke borrel en kruipen er vroeg in.
Morgen komen de teams bij elkaar, ondanks het feit dat het een feestdag is, het Islamitisch Nieuwjaar, en gaan we weer aan het werk.
Khaled zit nog steeds vast in Egypte. Op de tv werd gezegd dat de grens vandaag openging. Maar het was alweer vals alarm.
Lieve Kifaia-maatjes,
Wat verdrietig dat Khaled niet is waar jullie nu zijn…
Hopelijk kunnen jullie ondanks dat plannen voor de nabije toekomst maken. Ik sta al in de startblokken (b.w.v.s.)!
houdt goede moed,liefs voor alle bekenden, Alexandra.