Twee op elkaar aansluitende lezingen van Ran HaCohen. Israeli met een Nederlandse achtergrond. Schrijver van kritische stukken.
De eerste lezing ging over de bezetting. Hij gaat ervan uit, en ik denk heel terecht, dat de meeste mensen, inclusief de Israeli’s niet werkelijk weten wat er gaande is in de bezette gebieden. De tekst is van hem, mijn opmerkingen of aanvullingen zijn tussen haakjes.
Ran HaCohen:
Feiten. Terug naar het verdelingsplan van 1947, toen de joden 55% van de oppervlakte van het mandaatgebied Palestina aangeboden kregen, en de Palestijnen 45%. Terwijl dit de verhouding was tussen de er toen wonende bevolking: joden 38% en Palestijnen 62%. Het is waar dat de Palestijnen, of je moet zeggen de Arabieren, het verdelingsplan afwezen. Maar niemand heeft het er meer over dat de joden in naam ja zeiden tegen het verdelingsplan, terwijl ze feitelijk de helft ervan afwezen. Want de helft ervan bestond uit een Palestijnse staat, die er nooit is gekomen. Meteen ging de joodse kant aan het werk om meer land te veroveren dan ze was aangeboden, en werd de Palestijnse bevolking op de vlucht gedreven. In het Israel van 1949 bestond de bevolking uit 650.000 joden en 100.000 Palestijnen die waren gebleven, minimaal 700.000 Palestijnen waren vluchteling geworden. En dit is duidelijk: HaCohen haalt een citaat aan van een uitspraak die Ben Goerion deed tegen Charles de Gaulle: Israel was van plan om het grondgebied zo snel mogelijk uit te breiden.
Waarom Israel na 1967 de veroverde gebieden, de Westoever en de Gazastrook niet heeft geannexeerd is ook duidelijk: dan zouden ze er twee a drie miljoen Palestijnen bij hebben gekregen die volgens de regels van de democratie staatsburgerschap hadden moeten krijgen. Dit was dus de vraag voor Israel: hoe krijgen we zoveel mogelijk land met zo min mogelijk Palestijnse inwoners erbij.
Het is geen geheim, het liefst had Israel ze allemaal weggejaagd, zoals in 1948. Maar dat werd zonder een oorlog als dekmantel moeilijk: de internationale gemeenschap keek mee en er was inmiddels ook wetgeving die dat zou verhinderen. De verjaging van Palestijnen is wel op kleinere schaal voortgezet, zoals dat tot op de dag van vandaag gebeurt, maar het is niet opnieuw gekomen tot een massale verdrijving. Hoewel dat in Israel wel degelijk openlijke aanhangers heeft, die graag pleiten voor de ‘transfer‘ van Palestijnen, mooi vertaald als ‘vrijwillige verjaging’. Wat neerkomt op mensen het leven zo moeilijk maken dat ze ervoor kiezen te vertrekken. Wegpesten dus.
Wat er nu gebeurt met de Westoever en met Gaza, is niets anders te noemen dan bezetting, al heeft het een heel specifieke vorm. Twee voorbeelden wil HaCohen noemen: Hebron en Gaza.
Hebron, dat ligt op de Westoever, werd in twee delen gesplitst, H2, 20% van de stad, onder toezicht van Israel, en H1, 80% dat zou vallen onder het Palestijnse Gezag. Ook die verdeling klopte van geen kant met de er wonende bevolking: 0,4% joden. Om precies te zijn waren het er toen 500. En 99,6% Palestijnen, 130.000. Hoe de langzame verdrijving van de Palestijnen werkt kun je zien aan de huidige verhoudingen. In het deel onder het Israelische gezag zijn er van 30.000 Palestijnen nog maar een paar duizend over. Weggepest. Etnische zuivering op kleine schaal.
De Gazastrook is een ander geval. Het is een heel klein stukje land, 360 vierkante kilometer (Nederland is 41.500 vierkante kilometer). In Gaza wonen 1,5 miljoen mensen. De bevolkingsdichtheid is ruim tien keer zo groot als in Nederland: 4166 inwoners per vierkante kilometer. Vergelijk Nederland: 400, vergelijk Israel: 300 per vierkante kilometer. De bevolkingsdichtheid van Gaza is voor een groot deel te danken aan de toevlucht van vluchtelingen die driekwart van de bevolking uitmaken.
Alles van enige belang voor de onafhankelijkheid van de Gazastrook was en blijft in handen van Israel, tot en met het bevolkingsregister. Israel bepaalt wie de legitieme inwoners van Gaza zijn, daar heeft het Palestijnse gezag niets over te zeggen. Zo kan het gebeuren dat iemand van de Westoever die in Gaza is gaan wonen niet als inwoner wordt erkend. Dat heeft vergaande gevolgen. Eens werden Gaza en de Westoever als één gebied gezien, en na 1967 was het een tijd lang mogelijk om vrij van het ene naar het andere gebied te reizen. Mensen bezochten familie aan de andere kant, bleven daar wonen, trouwden er, vonden er werk. Maar iemand die verhuisd is naar Gaza en door Israel niet erkend is als inwoner kan Gaza niet meer uit zonder gearresteerd te worden vanwege het niet hebben van de juiste papieren, of kan nooit meer terug Gaza in. (Ik ken persoonlijk mensen in Gaza die hun familie in Syrië nooit meer op zullen kunnen zoeken, uitnodigingen in het buitenland niet aan kunnen nemen, geen medische behandeling kunnen krijgen in het buitenland, nooit naar Jeruzalem zullen kunnen om daar met de feestdagen te bidden)
Dit wordt vaak over het hoofd gezien wanneer mensen denken dat Gaza is ‘ontruimd’, zegt HaCohen: Gaza heeft geen eigen haven, geen eigen vliegveld. Die waren er wel, maar zijn verwoest. Het luchtruim, de kust, alle grenzen blijven in handen van Israel. De toegang tot Gaza blijft in handen van Israel. Erez, de toegang voor buitenlanders sowieso, maar ook bij de toegang voor Palestijnen, bij Rafah, die formeel in handen is van de Palestijnen in samenwerking met Egypte en onder Europees toezicht, kan elk moment door Israel worden gesloten.
Het toezicht op het goederenverkeer is in handen van Israel, de douane ook, en de in- en uitvoerbelasting wordt door Israel geïnd, en wel of ook niet teruggegeven aan de Palestijnen. (Op dit moment wordt dat Palestijnse geld gebruikt als ‘beloning’ voor Abbas, uiteraard krijgt de Hamas regering in Gaza daar helemaal niets van terug) Gaza is dus niet vrijgegeven, het is bezet gebied met daarbinnen een gedeeltelijke autonomie. (Ik herinner me Hanan Ashrawi die zei: autonomie, dat is als je in de gevangenis je eigen potje mag koken)
Israel heeft dus twee oplossingen voor het vraagstuk hoe ze zoveel mogelijk land kunnen krijgen met zo min mogelijk Palestijnen er op: etnische zuivering op kleine schaal, en omsingeling van de bevolking op een zo klein mogelijk gebied. Beide ‘oplossingen’ worden toegepast op de Westoever. Stelselmatig werden daar de nederzettingen gebouwd, om te beginnen op de plaatsen met het beste water. Hoe bereikte Israel dat er joodse Israeli’s bereid waren om de nederzettingen te bevolken? Met economische voordelen. Goedkope huizen, gunstige hypotheken, een uitstekende en gloednieuwe infrastructuur. Toch is het nog niet gelukt om het streefgetal van een miljoen kolonisten te halen. (Kolonisten klinkt vreemd voor de mensen die in de nederzettingen wonen. De ideologische kolonisten die actief bezig zijn met het verder veroveren van land en het terugdrijven van de Palestijnen, zijn een heel andere groep dan de jonge echtparen die met hun gezin in een van de nederzettingen gaan wonen en nauwelijks beseffen dat ze daarmee deel uit maken van een illegale bezettingsmacht.)
Die bezettingsmacht bestaat uit een systeem, van nederzettingen, wegen alleen voor joden, checkpoints, en de muur. Iedereen in Israel heeft wel eens van de checkpoints gehoord of ze op de tv gezien. Maar wat veel minder bekend is, is dat dat gepaard gaat aan een uitgebreid vergunningensysteem. HaCohen projecteert een lijst met soorten vergunningen die een Palestijn nodig heeft om door een checkpoint te komen, van ID bewijs, werkvergunning, vergunning om medische verzorging te krijgen, tot een vergunning om het eigen landbouwland te mogen bezoeken. De lijst is lang. (HaCohen zal die nog aan me opsturen). De lijst van wegen die Palestijnen niet mogen gebruiken is lang. De lijst van verboden, dat Palestijnen uit Gaza niet mogen verblijven op de Westoever, dat ze niet naar Oost Jeruzalem mogen, dat ze niet door Erez Gaza mogen verlaten, is eveneens lang.
Het systeem van permanente verboden en de uitzonderingen van vergunningen die moeten worden aangevraagd, hebben een neveneffect. Israel heeft een uitgebreid netwerk van collaborateurs opgebouwd. Dat zijn onder andere mensen die voor de keuze werden gesteld: wil je je oude moeder bezoeken? Dan ga je ons eerst helpen met informatie. (Het systeem van collaborateurs wordt onder andere gebruikt om informatie te krijgen waar de mensen zitten die Israel wil vermoorden).
Iemand in de zaal kan een voorbeeld geven, van een kostschool op de Westoever. Nadat de muur ook daar de school had afgesplitst van een deel van de leerlingen, was de vraag of de ouders hun kinderen toch naar die school konden sturen, of ze geen vergunning zouden krijgen om af en toe hun ouders te bezoeken aan de andere kant. Het antwoord: de kinderen krijgen permissie om hun ouders aan de andere kant één maal per jaar te bezoeken. De meeste van die kinderen worden nu dus thuisgehouden en krijgen geen onderwijs meer.
Dit is een bewuste poging om het Palestijnse volk als volk te vernietigen, zegt HaCohen. De mensen blijven bestaan, maar als Palestijns volk worden ze gefragmenteerd, opgesplitst in steeds kleinere groepen, elk met hun eigen belangen, met weer andere rechten of voorrechten, tot er geen enkele eenheid meer is. (Aan tafel later zegt hij: dat noemde Baruch Kimmerling in zijn boek ‘politicide‘, de vernietiging van een volk als volk.) De situatie nu is daar ook een uitvloeisel van: Abbas krijgt een aantal voorrechten op voorwaarde dat hij niet met Hamas gaat praten en zich laat gebruiken om Hamas te bestrijden.
Hoe kan dit allemaal kan gebeuren in een land dat een democratie heet te zijn, waarin de Israeli’s naar de stembus kunnen, en de meerderheid, het blijkt uit de onderzoeken, in principe zeker bereid zou zijn om de bezetting van de gebieden op te geven als ze daarvoor vrede krijgen? Eén antwoord daarop is de rol van het leger, dat zich grotendeels aan de democratische controle onttrekt. Het IDF heeft het monopolie op informatie, en mag zelf beslissen welke informatie ze al of niet doorgeeft aan de regering of het parlement. Zij maken de prognoses en de analyses. Neemt de regering een beslissing die het leger betreft, dan is het maar de vraag of ze die uitvoeren. Zo is er wel eens besloten om een aantal checkpoints door het leger te laten ontruimen. Twee jaar later zijn ze er nog steeds. Het leger weigert eenvoudig zwijgend om zulke beslissingen uit te voeren.
Nu is het niet zo dat de regering en het leger per definitie verschillende organisaties zijn. De meeste politici, Barak, Sharon, Ben Eliezer, Rabin, kwamen uit het leger. Zij hebben er geen moeite mee dat het het IDF is dat grotendeels bepaalt wat er in de bezette gebieden gebeurt.
Of Israeli’s dat niet weten? Ze kunnen het toch weten? Tja. Israeli’s kunnen redelijk eenvoudig de andere kant opkijken. Wie vanuit Israel naar een nederzetting rijdt, op een weg alleen voor joden, kan de Palestijnse dorpen in de verte makkelijk negeren. Sinds 1993 is het aantal Palestijnen dat nog in Israel mag werken drastisch verminderd tot bijna nul. Hun werk wordt nu gedaan door buitenlandse gastarbeiders. Ook de Palestijnen binnen Israel zelf worden steeds verder buiten de joodse gebieden gesloten. Er zijn vrijwel geen plekken meer waarin een Israelische jood nog een Palestijn tegenkomt. Sinds Barak minister is van Defensie is het aantal Palestijnse slachtoffers sterk gestegen. Maar in Israel zelf zijn er maar weinig mensen die dat weten, of die het kan schelen.
Of er sprake is van hoop, op enige beweging van binnenuit? HaCohen aarzelt. Denkt. En zegt dan: nee, als u van mij optimistische geluiden verwacht dan moet ik u teleurstellen. Er is niet veel hoop.
We praten in het café na, met een paar mensen. Jaap Hamburger, van Een Ander Joods Geluid zegt: stel je voor dat het Israel gewoon lukt wat ze willen, stel je voor dat het ze gewoon gaat lukken, onder onze ogen, om de Palestijnen nog verder te verdrijven, om ze als Palestijnen te laten verdwijnen uit de geschiedenis?
Willen we dit wel weten?
Hoe het kan, over de verhalen die Israel verspreidt, om er zelf in te geloven, om ze ons te laten geloven, dat wat HaCohen de ‘sprookjes’ noemt, hierna zijn tweede lezing. Hier.
Feitelijk is Israël dus een militaire dictatuur. Op je daar nu links of rechts stemt, je krijgt steeds weer dezelfde generalen aan de macht.
Feitelijk verschilt Israël niet veel van pak-hem-beet Egypte of Libië waar het leger ook al decennia regeert. Verschil is dat de poppetjes in Israël eens in de zoveel tijd nog wel eens willen rouleren.
In feite is het erger, Nihad. Bij een openlijke militaire dictatuur weet je dat. Maar hier verbergt de macht van het leger zich achter een democratie, en geeft mensen de illusie dat ze invloed hebben op de belangrijke beslissingen. Dat mantra: ‘wij zijn de enige democratie in het Midden Oosten’ is bovendien een argument voor de EU om daar geen eisen aan te stellen, zoals die wel worden gesteld aan het volk dat onder de Israelische bezetting leeft: de Palestijnen.
Kan deze lezing naar Balkenende en c.s. en het Europese Parlement gestuurd worden?
Zelfde probleem, Corrie. Ze kunnen het allang weten, ze willen het niet weten.
Wat een gekke wereld is het toch, als iets dat zo overduidelijk krom is voor recht wordt aangezien…