Het ene racisme is het andere niet (2)

Op dit weblog verscheen een artikel van Anne-Ruth Wertheim, dat ook geplaatst werd in Trouw. Het ene racisme is het andere niet. Hier. Veel reacties natuurlijk, niet alleen hier, maar vooral ook in Trouw, die wat minder selectief is dan ik in wat er geplaatst wordt. Anne-Ruth geeft hierbij antwoorden op de opmerkingen en vragen die gesteld zijn.

Te gast: Anne-Ruth Wertheim:
Op 19 maart 2008 schreef ik in Trouw een stuk over het nieuwe racisme:
‘Het ene racisme is het andere niet’
In Nederland groeit geleidelijk een nieuw racisme. Niet het klassieke van neerzien op anderen, maar een cultureel racisme van wantrouwen en angst. 

Hierop kreeg ik, op de website van Trouw zelf, in persoonlijke mails en op allerlei weblogs veel, vaak heftige reacties. Een deel van de mensen maakte zich met mij zorgen dat de ontwikkelingen van dit moment kunnen uitlopen op geweld. Door het onderscheid tussen die twee soorten racisme en de bijbehorende mechanismen, voelden zij zich gesteund in hun pogingen de ontwikkelingen om te buigen in een vreedzame richting. Een ander deel reageerde verontwaardigd. Maar alles bij elkaar maakte duidelijk dat zo’n krantenartikel van 900 woorden over zo’n ingewikkelde problematiek, ook misverstanden oproept. Daarom maak ik graag gebruik van de gastvrijheid van Anja Meulenbelt om op haar Weblog mijn analyses nader toe te lichten.

In je artikel viel je Harry de Winter bij, die islamofobie vergelijkt met de Holocaust. Dat is toch grote onzin!
Harry de Winter vergelijkt islamofobie met hoe – in de jaren dertig van de vorige eeuw – de geesten rijp gemaakt werden voor de Holocaust. Hoe aanzienlijke percentages van de Europese bevolkingen zich lieten aanpraten dat de maatschappelijke problemen van toen het gevolg waren van de aanwezigheid van hun joodse landgenoten. Ik vind die vergelijking terecht en zal dat in dit stuk verder illustreren.

Racisme gaat over rassen en heeft niets met cultuur te maken!
Uitbuitingsracisme is inderdaad gericht tegen volken of etnische groepen, bijvoorbeeld de oorspronkelijke bewoners van de koloniën en de zwarten in Zuid-Afrika. Cultureel racisme is een heel ander verhaal. Dat was gericht tegen handelsminderheden, de Chinezen in Indonesië en de Indiërs en Pakistani in Oeganda. Ook het Europese antisemitisme kun je zien als een cultureel racisme.
Vooroordelen worden altijd geuit voordat er kennis is gemaakt en gelden voor hele groepen tegelijk. In onze maatschappij wordt hoog opgegeven van het individu en individuele vrijheid. Maar degenen die racistische vooroordelen te verduren krijgen worden tegemoet getreden als leden van ‘’een groep’’ en in één moeite door aansprakelijk gesteld voor al het doen en laten van ‘’hun groepsgenoten’’. Afhankelijk van het soort sociaal/economische problemen en de gevoelens die spelen, kunnen de vooroordelen variëren van helemaal ras/etnisch tot helemaal cultureel, met alles daar tussenin. En vaak komen beide soorten vooroordelen naast elkaar voor, als mengsels.

Kritiek op de islam heeft niets met racisme te maken!
Het gaat niet om kritiek op welke religie dan ook, die moet inderdaad gewoon geleverd kunnen worden. Het gaat erom dat mensen vanwege hun geloof worden bestempeld, afgezonderd, gediscrimineerd en uiteindelijk misschien zelfs met geweld verdreven.

Moslims en niet-westerse immigranten zijn zelf ook racistisch, dus waar klagen ze over?
Racisme komt inderdaad overal voor en moet overal worden geanalyseerd en bestreden. Kwaad met kwaad vergelden is geen oplossing.

Waar slaat dat nou op, soorten racisme?
Met dat onderscheid kun je de mechanismen verhelderen die op dit moment werkzaam zijn in onze maatschappij. Ik vind het belangrijk dat meer mensen die doorzien.
Bij het uitbuitingsracisme profiteren weinig mensen van de werkkracht van veel mensen. Ze laten hen zwaar, smerig en vaak ook nog gevaarlijk werk doen onder beroerde omstandigheden en tegen karige beloning. Om niet te hoeven toegeven dat dit uitbuiting is, verspreiden ze het vooroordeel dat deze mensen zo dom en onderdanig zijn dat ze zelf niet anders willen.
Bij cultureel racisme speelt concurrentie tussen groepen een belangrijke, maar niet de enige rol. Al eeuwenlang en in de meest uiteenlopende gebieden had je economische concurrentie tussen gevestigde bevolkingen en handelsminderheden, die daar zelf trouwens ook al eeuwen woonden. De gevestigde bevolking was jaloers op hun vernuft en uithoudingsvermogen en zocht naar middelen hen als concurrenten kwijt te raken of minstens te verzwakken. Men begon hun ‘’afwijkende’’ cultuur verdacht te maken, inclusief hun religie, vertelde rond hoe sluw ze wel niet waren en hoe gevaarlijk, want dat ze uit waren op ‘’de totale overheersing’’. Tenslotte ging men daar zelf in geloven en periodiek liep die angst zo hoog op dat er massaal geweld uitbrak tegen de minderheden, pogroms genaamd. Ook in het antisemitisme dat in Europa heerste, was concurrentie een factor naast andere, zoals de door christenen geuite beschuldiging dat de joden Jezus hadden vermoord.

Je schreef dat vooroordelen dienen om dingen goed te praten?
Met vooroordelen kunnen onderliggende gevoelens worden gemaskeerd of gerechtvaardigd. Dat was duidelijk bij het uitbuitingsracisme in de koloniën en ook bij het concurrentieracisme tegen de handelsminderheden. Kolonialen die zich ongemakkelijk voelden bij hun rol van uitbuiter, geloofden maar al te graag dat de uitgebuite mensen het zo wel best vonden omdat ze nu eenmaal dom, lui en kinderlijk geboren waren. Bijkomend voordeel was dat ze zich boven hen verheven konden voelen. Degenen die last hadden van de successen van de handelminderheden, konden natuurlijk niet aankomen met dom en lui. Zij grepen naar eigenschappen die mensen ontwikkelen na hun geboorte, hun cultuur. Voor hen was het een uitkomst te kunnen geloven dat de handelslieden zich afwijkend, onbetrouwbaar en angstaanjagend gedroegen en het dus aan zichzelf te wijten hadden dat ze het veld moesten ruimen.

Wat er over moslims gezegd wordt is geen dekmantel, het is gewoon waar.
Ook bij het culturele racisme dat hier in Nederland in opkomst is, kun je je afvragen of en in hoeverre achter de vooroordelen over moslims (en eigenlijk over alle niet-westerse immigranten) andere gevoelens schuilgaan. Onze maatschappij is doordrenkt van concurrentie om geld en goederen, en ook om eer en roem. Dat gaat gepaard met allerlei gevoelens die mensen niet horen te hebben, zoals ons van jongs af aan wordt ingeprent. Je mag niet openlijk jaloers zijn op mensen die omhoog klimmen, je moet tegen je verlies kunnen, je moet een ander ook wat gunnen, enzovoort. Het is dus te begrijpen dat mensen hun sociaal/economische motieven liever voor zich houden. Bijvoorbeeld dat ze ertegen opzien met immigranten te moeten concurreren, jaloers worden als die successen behalen of er moeite mee hebben de openbare ruimte met hen te moeten delen. Het is veel comfortabeler te geloven dat de hele groep eenvoudig niet meetelt, zichzelf buitenspel zet door ‘’gevaarlijk’’ te zijn. Het zou ook niet voor het eerst in de geschiedenis zijn dat het geloof in zo’n gemeenschappelijke vijand voorziet in een behoefte aan eensgezindheid, met name in economisch onzekere tijden zoals we nu doormaken: privatisering, globalisering, marktwerking …

Bedoel je soms ‘’onderbuikgevoelens’’?
Nee, want die term verklaart niets, lost niets op en heeft bovendien iets neerbuigends in zich.
Ik probeer te analyseren hoe mensen ertoe komen in culturele vooroordelen te geloven.

Je schreef dat het culturele racisme in Nederland terrein wint. Maar het is toch ondenkbaar dat hier concurrentie een rol speelt? Daarvoor zijn de achterstanden en problemen van de immigranten toch veel te groot?!
In Nederland zag je in de afgelopen tientallen jaren een verschuiving optreden van het neerzien op de eerste Turkse en Marokkaanse arbeidsmigranten naar steeds meer wantrouwen en angst ten aanzien van de moslims (en eigenlijk alle niet-westerse immigranten), hun kinderen en kleinkinderen. Op dit moment zie je een mengsel van vooroordelen, nog resten van het oude, vertrouwde neerzien naast angst en argwaan. Ik denk inderdaad dat deze verschuiving minstens voor een deel te verklaren is uit het toegenomen vermogen van de immigranten en hun (klein)kinderen om te concurreren en zich dus zal voortzetten. Hun emancipatie is in volle gang en ze zijn bezig in alle sectoren van de maatschappij, ook onder de hoger opgeleiden, hun zelfverdiende plaatsen in te nemen. Dat wordt door iedereen waargenomen en gevoeld, ook al blijven de meeste media halsstarrig inzoomen op hun achterstanden en problemen, die er natuurlijk óók zijn.

Aangeboren of aangeleerd, wat maakt dat nou uit?
Degenen die te lijden hebben van het uitbuitingsracisme en ‘’het niet kunnen helpen dat ze zo zijn’’, kunnen juist daarom soms rekenen op een beetje meegevoel – ook al is het natuurlijk niet prettig om dat te krijgen van degenen die op je neerzien. Maar de mensen tegen wie het culturele racisme gericht is ‘’kunnen er alles aan doen dat ze zo zijn’’. Tijdens hun leven hebben ze in hun diepste wezen, hun identiteit, verderfelijke denkbeelden en gewoonten verinnerlijkt. Ze krijgen de keuze: of zich daarvan ontdoen en hun zelfrespect verliezen, of zich laten uitstoten. Dat maakt dit racisme zo mogelijk nog meedogenlozer dan het uitbuitingsracisme.

Ze moeten gewoon integreren!
Mensen op straffe van uitstoting dwingen hun identiteit op te geven, is geen integreren. Overal op de wereld integreren immigranten in de samenlevingen waarin ze terechtkomen, soms al na één generatie, soms na twee of drie, in eindeloos veel variaties. De joodse Europeanen waren volkomen geïntegreerd, vaak zelfs geassimileerd en dat heeft hen niet behoed voor pogingen tot uitroeiing.

Wat heeft groepsvorming met geweld te maken?
In beide soorten racisme zijn de vooroordelen gericht tegen een groep. Maar voor de uitbuiters maakt het niet zoveel uit of die groep scherp omlijnd is, hoe meer mensen zich voor hen uitsloven hoe beter. Bij het culturele racisme zie je hoe er stap voor stap scherper wordt afgebakend tot er een herkenbare groep is geconstrueerd die in zijn geheel kan worden uitgeschakeld. De handelsminderheden waren herkenbaar aan hun uiterlijk en naam en de joodse Europeanen, bij wie dat lastiger was, werden getekend met een gele ster. Dit afbakenen maakt het mogelijk de groep tot zondebok te maken, sinds jaar en dag een beproefd middel om spanningen binnen een samenleving een uitweg te bieden. En een duidelijk omschreven groep kan er makkelijker van beschuldigd worden onderhevig te zijn aan verre machten, zoals ik in mijn artikel heb beschreven.
Een belangrijk verschil is tenslotte het karakter van het geweld, als het daar uiteindelijk toe komt. Bij uitbuitingsracisme richt het geweld zich in het openbaar tegen enkelingen, om alle anderen ervan te doordringen dat verzet zinloos is. Bij het culturele racisme is het geweld massaal, want bedoeld om alle leden van de gevaarlijk geachte groep lijfelijk uit te schakelen, te doden of te verdrijven.


Je schreef dat het culturele racisme ’vergoelijkend’ islamofobie wordt genoemd !?

Islamofobie duidt alleen de angst aan voor de islam en hoewel ‘’fobie’’ natuurlijk letterlijk een overdreven, ziekelijke en belachelijke angst betekent, is de lading van deze term in een paar jaar tijd – juist onder invloed van de aangewakkerde angst – zodanig afgezwakt dat de mensen het zijn gaan gebruiken als ‘’terechte angst voor de islam’’, waarvoor ze zich nauwelijks nog lijken te generen. Ik wil juist dat de mensen de ernst van de situatie inzien. Dat het onophoudelijk angst en tweedracht zaaien in een bevolking uiteindelijk kan leiden tot massaal geweld. Het is naïef en aanmatigend te denken dat zulk geweld alleen kan uitbreken in verre landen en dat wij in het Westen daar te fatsoenlijk voor zijn. Onze geschiedenis leert trouwens wel anders. Het is ook kortzichtig en misleidend om te doen alsof islamofobie iets heel anders is dan racisme, omdat het zich zou richten tegen een religie en niet tegen een ‘’ras’’ – wat dat ook moge zijn. Zoals ik heb laten zien, heeft het culturele racisme dat in Nederland in opkomst is en vergoelijkend islamofobie genoemd wordt, heel wat kenmerken gemeen met het concurrentieracisme tegen handelsminderheden en met het antisemitisme. Waar het in racisme om gaat is dat een bevolkingsgroep wordt afgezonderd, beladen met vooroordelen over eigenschappen die ofwel aangeboren zijn ofwel aangeleerd, en vervolgens behandeld alsof dat allemaal waar is.

Waarom spreek je niet van ‘discriminatie’, dat klinkt minder erg.
Discriminatie kan deel uitmaken van racisme en doet dat ook heel vaak, maar is niet altijd aantoonbaar. Degenen die achterstellen of buitensluiten kunnen zich erachter verschuilen dat hun keuzes niets met ras of religie te maken hebben, dat daar hele andere redenen voor zijn. Het begrip racisme omvat behalve discriminatie, ook de vooroordelen en ook het mogelijke geweld.

Denk je niet dat je mensen kopschuw maakt als je ze van racisme beschuldigt?
Ik beschuldig niet, ik analyseer en laat zien wat er kan gebeuren. En ik vertrouw erop dat het helpt als meer mensen de mechanismen doorzien. Ik vind wel dat mensen die angst voor een bevolkingsgroep zaaien en aanwakkeren, een zware verantwoordelijkheid op zich laden. Ze vallen aan en zijn dus de aanvallers. Maar door de aangevallenen te etiketteren als angstaanjagend, bereiken ze een uiterst voordelige beeldomkering. In één klap toveren ze zichzelf zo om van aanvallers in aangevallenen. Ze stellen zich op als de slachtoffers van hun zelfgemaakte gevaar en proberen daarin iedereen mee te slepen. Bovendien roepen ze steeds dat de moslims maar tegen een stootje moeten kunnen en zich niet moeten opstellen als slachtoffers. Dan moeten zijzelf ook bereid zijn onder ogen te zien waarmee ze bezig zijn.

Maar vind je het extremistische moslimgeweld dan niet gevaarlijk?
Natuurlijk vind ik dat gevaarlijk en natuurlijk moet dat worden bestreden. Maar niet door in het wilde weg mensen aansprakelijk te stellen omdat ze hetzelfde geloof belijden. Als in de media tegenwoordig de geweldsvraag gesteld wordt, schakelt men automatisch over op het extremistische moslimgeweld. Ik vind dat het daarnaast óók moet gaan over de mogelijkheid dat er binnen onze bevolking geweld uitbreekt tegen de moslims en alle andere herkenbare niet-westerse immigranten. Angst binnen een bevolking is een onvoorstelbaar krachtige drijfveer achter het uitbreken van geweld. De media zouden er beter aan doen die mechanismen bloot te leggen.

Tot zover Anne-Ruth Wertheim.
En dan tot slot een opmerking van uw gastvrouw annex weblogger: uiteraard is er de mogelijkheid te reageren, in discussie te gaan, te vragen om verheldering. Maar we beginnen niet weer helemaal opnieuw. Dus wat niet hoeft: opnieuw dezelfde opmerkingen maken die Wertheim hier al heeft beantwoord. Hou het serieus, hou je aan het onderwerp, ga werkelijk een gesprek aan, luister naar wat ze te zeggen heeft.

7 gedachten over “Het ene racisme is het andere niet (2)

  1. Geachte mevrouw Wertheim,

    U gebruikt het begrip “extremistische moslimgeweld”. Is het niet zo dat mensen altijd denken en handelen vanuit een mens- en wereldbeeld? Joris Luyendijk schrijft in zijn boek “Het zijn net mensen” (blz. 102 e.v.) dat Osama Bin Laden en Al-Qaida zich zich verzetten tegen de westerse steun aan Arabische dictators. Bin Laden noemt zijn acties ‘zelfverdediging’. En Bin Laden is moslim, dus kleurt de islam zijn mens- en wereldbeeld, maar dat maakt zijn geweld toch niet typisch moslimgeweld? Ik vermoed dat veel moslims zullen zeggen dat de Taliban de islam misbruiken voor hun wellicht fascistoïde ideeën. Is het begrip “extremistische moslimgeweld” niet in zich discriminerend?

    U schrijft over “mensen die angst voor een bevolkingsgroep zaaien en aanwakkeren”. “Ze stellen zich op als de slachtoffers van hun zelfgemaakte gevaar en proberen daarin iedereen mee te slepen.” Op de opiniepagina in de Trouw van 4 april schrijft de politicoloog Andre Krouwel naar aanleiding van het ‘fitna’-debat in de Tweede Kamer dat Wilders gesteund wordt en representant is van neoconservatieven. Deze neoconservatieven maken van Huntington’s ‘Clash of Civilisation’ een self-fulfilling prophecy. “De minachting die Wilders liet zien in het debat komt voort … uit een diepe overtuiging dat progressieve politici onze kernwaarden verkwanselen. Het lukte de gevestigde partijen dan ook niet om Wilders ook maar één moment aan het wankelen te brengen.” Wilders is niet bang, want een politicus die ergens in gelooft. Het zal erg moeilijk zijn, vrees ik, om bij Wilders c.s. de bereidheid los te weken om “onder ogen te zien waarmee ze bezig zijn.” Hoe ziet u dat?

    In de dienstverlenende sector (zoals onderwijs en zorg) klinkt wel dat het wantrouwen en de controle-drift van de overheid door die overheid geïnstitutionaliseerd zijn (en tot een bureaucratische moloch zijn verworden). Zijn er hier geen raakvlakken met de angsten en behoeften om te beheersen die ten grondslag liggen aan het cultureel racisme?
    De parlementaire onderzoekscommissie Dijsselbloem heeft geconstateerd dat de politiek de kwaliteit van het onderwijs ernstig heeft geschaad. Tegelijkertijd doet de commissie aanbevelingen hoe de politiek die kwaliteit kan opvijzelen. Dat voor dat laatste de politiek verantwoordelijk is, ondanks het falen van de politiek, wordt, voorzover ik dat heb kunnen peilen, kamerbreed gedeeld. Het onderwijs wordt niet aan ouders en onderwijsgevenden teruggegeven. Ook in de zorg wordt de vrijheid van therapiekeuze steeds verder aan banden gelegd. Leeft in onze politieke instituties niet zo wie zo het “vooroordeel dat deze mensen (de burgers, B.E.) zo dom en onderdanig zijn dat ze zelf niet anders willen”?

    Is er niet steeds sprake van angst voor het vrije, niet beheersbare individu? De angst dat het andere vrije individu mij zal benadelen?

    Groet,

  2. Goedendag, omdat ik geen antwoord zie op mijn kritiek (die ik Anne-Ruth en Trouw heb gemaild) herhaal ik die hierbij nog even.

    “Je opmerking over het vraagstuk van de loyaliteit van immigranten is wat oppervlakkig. Twijfelen aan de loyaliteit van immigranten zou racistisch zijn, en de beschuldiging van onderhorigheid aan verre machten stel je gelijk aan het gelaster over de Wijzen van Zion.

    Het is inderdaad niet nodig om te twijfelen aan de loyaliteit van Marokkanen aan het Nederlands Koninghuis en aan het Marokkaans Koninghuis, en dat gaat best samen. Maar de loyaliteit aan de beginselen van vrijheid en gelijkheid is
    een andere zaak. Anti-racistische solidariteit zie ik bij de Marokkaanse gemeenschap vooral als zij in de rol van slachtoffer zitten. Het Marokkaans racisme, en de slachtoffers van het Marokkaans racisme blijven daarmee buiten beeld.

    Vorige week zijn voor de vierde keer de onderhandelingen over de Westelijke Sahara op niets uitgelopen. De Westelijke Sahara is de nalatenschap van Franco aan Koning Hassan II. De anti-racistische strijd voor de bevrijding van West Sahara ging gelijk op met de strijd tegen de Apartheid. Als dank heeft Zuid-Afrika inmiddels de Saharaanse Republiek erkend. (Nederland niet.)
    De Verenigde Naties roept op tot het houden van een referendum waartoe is besloten in het kader van een vredesregeling. Maar Marokko lapt de internationale rechtsorde ongestraft aan de laars. Tienduizenden vluchtelingen bivakkeren nu al meer dan twintig jaar in de Algerijnse woestijn. Zij zijn gevlucht voor Marokkaanse racisten, en zijn vergeten in Nederland. En de Marokkaanse gemeenschap in Nederland? Die verzwijgt de
    vluchtelingen en slachtoffers van het Marokkaanse racisme in het bezette deel van West Sahara. Saharanen noemen dit “het schuldige zwijgen”.
    Dus inderdaad: ‘het ene racisme is het andere niet’. ”

    Dat schreef ik 23 maart.
    Inmiddels is in Nederland amper bekend geworden dat Nederland fregatten aan Marokko gaat leveren voor een slordige 800 miljoen euro.
    Ook is amper bekend dat Van Walsum als “vredesbemiddelaar” voor de UN tussen Marokko en Frente Polisario heeft verklaard dat een onafhankelijk West Sahara geen realistische optie is; dit tot verbijstering van de Zuid Afrikaanse diplomatie die tegenwoordig het voorzitterschap van de Veiligheidsraad verzorgt. Maar dat haalt de kolommen van Trouw allemaal niet..!

  3. Omdat een reactie van Anne-Ruth Wertheim op zich laat wachten, wil ik toch graag al reageren op Frank Willems. Frank, je lijkt te vergeten dat je het hebt over mensen, je reduceert een groep individuele mensen tot “de Marokkaanse gemeenschap”.
    Hajo Meyer van Een Ander Joods Geluid zegt in een interview, uitgezonden in ‘De andere wereld’ van De IKON zondag 23 maart, hier en hier:
    “Alles wat je doet om een mens van z’n individualiteit te beroven en hem gewoon alleen maar ziet als lid van een bepaalde groep waar heel veel mensen iets of sommige mensen iets tegen hebben dat is al dehumaniseren.”
    Vrij geciteerd: Als je Mohamed bin Ali heet en je solliciteert en al heb je drie doctoraalexamens en een promotie achter de rug dan moet je die baan toch maar niet krijgen, omdat je je niet hebt uitgesproken tegen de Marokkaanse annexatie van West Sahara? “Dat was met de joden (in de jaren dertig in Duitsland B.E.) net zo”, zegt Meyer.

    Groet,

  4. Antwoord op Frank Willems’ reactie: “Je opmerking over het vraagstuk van de loyaliteit van immigranten is wat oppervlakkig. Twijfelen aan de loyaliteit van immigranten zou racistisch zijn, en de beschuldiging van onderhorigheid aan verre machten stel je gelijk aan het gelaster over de Wijzen van Zion.’’

    Toen vorig voorjaar Ahmed Aboutaleb, Nebahat Albayrak en Khadija Arib hoge posities hadden bereikt, werd opeens twijfel geuit aan hun loyaliteit. Van deze mensen kon onmogelijk meer gezegd worden dat ze nog moesten integreren of een achterstand hadden in te halen en dus werd er iets nieuws in stelling gebracht: hun dubbele paspoort. In mijn stuk in Trouw beschreef ik hoe overal waar zich cultureel racisme tegen handelsminderheden voordeed, werd gesuggereerd dat deze mensen dansten naar de pijpen van een of andere angstaanjagende macht ergens ver weg en dat dit bijdroeg aan het heersende vooroordeel dat zij niet te vertrouwen waren. Dit verschijnsel deed zich ook voor bij het antisemitisme in Europa en daar waren het inderdaad die zogenaamde Wijzen van Zion. Maar ik noemde niet voor niets ook het voorbeeld van China bij de Chinese handelsminderheid in Indonesië.

    Antwoord 1. op Bert Erends’ reactie: In plaats van ‘’het extremistische moslimgeweld’’ had ik inderdaad moeten schrijven ‘’geweld van extremisten die zich beroepen op de islam’’. Dat was natuurlijk wat ik bedoelde, zoals naar ik hoop blijkt uit de hele strekking van mijn stuk.

    Bert Erends: Op de opiniepagina in de Trouw van 4 april schrijft de politicoloog André Krouwel naar aanleiding van het ‘fitna’-debat in de Tweede Kamer …. “De minachting die Wilders liet zien in het debat komt voort … uit een diepe overtuiging dat progressieve politici onze kernwaarden verkwanselen. Het lukte de gevestigde partijen dan ook niet om Wilders ook maar één moment aan het wankelen te brengen.” Wilders is niet bang, want een politicus die ergens in gelooft. Het zal erg moeilijk zijn, vrees ik, om bij Wilders c.s. de bereidheid los te weken om “onder ogen te zien waarmee ze bezig zijn.” Hoe ziet u dat?

    Antwoord 2. op Bert Erends: Ik vind dat tegenwoordig in de media een bepaald type vragen griezelig veel aandacht krijgt. Of politici nu bang zijn of juist niet, of ze bij hun openbare optreden wel of niet zichtbaar aan het wankelen worden gebracht en of je daaraan wel of niet kunt zien in hoeverre ze wel of niet ergens van overtuigd zijn, enzovoort. Daargelaten dat in veel van die vragen de misvatting besloten ligt dat twijfelen verkeerd zou zijn, voel ik in dit soort media-aandacht ook iets obsesssiefs, iets van een beginnende hang naar een Sterke Leider. Al die aandacht neemt ruimte en tijd in beslag die beter gebruikt zou kunnen worden om in te gaan op inhouden, achtergronden, complexiteit van vraagstukken, onderzoek naar werkzame mechanismen. Ik heb een groot vertrouwen in de menselijke rede, niet van iedereen natuurlijk, maar wel van de overgrote meerderheid. Als veel mensen, of het nu politici zijn of niet, doorzien wat er werkelijk aan het gebeuren is, zullen ze uiteindelijk opkomen voor wat in het belang is van de hele samenleving en dus ook van henzelf.

  5. Hallo Anne-Ruth,

    Racisme is een vorm van discriminatie.
    Discriminatie is irrationeel omdat we allemaal mensen zijn.
    Maar als je wilt blijven bazen over mensen dan blijkt discriminatie een heel rationeel gebruikt instrument te zijn door de ene groep op de andere voor te trekken waardoor je de een meer kunt uitbuiten dan de ander,verdeel en heers.
    Discriminatie kun je dus van bovenaf mensen aanleren.
    Cultuurstrijd gaat daarom ook over discriminatie.

  6. Amerikanen zijn we cultureel aan het discrimineren.
    Zij zijn op de maan geweest. (jaloersheid) en bevrijden ons van Duitsers.
    En nu mogen ze naar de “maan”

  7. En waar maak je uit op dat ‘we’ Amerikanen aan het discrimineren zijn, mevrouwmeneer jserie? Kan het een beetje serieuzer? Dit is niet zon weblog waar je er maar wat uit kunt flappen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *