Te gast: Clara Legêne;
Omdat het vakantie is en het me een lekker regenachtige-namiddag-klus leek, heb ik (een poging tot) een case study gemaakt van vier kranten die afgelopen week hebben bericht over de uitruil van Libanese, Palestijnse en Israëlische gevangenen. Hoe berichten die kranten erover, welk vertelperspectief kiezen ze, hoe verhouden zich de feiten tot de eigen observaties, duidingen of interpretaties en wie citeren de verslaggevers?
De artikelen die ik heb genomen kwamen uit de Volkskrant, Trouw, de NRC en BN/DeStem.
Omdat je een referentiepunt moet hebben, heb ik het ANP-bericht van 16 juli genomen waarop alle verslaggevers zich hebben gebaseerd.
In dat ANP-bericht staan 14 feiten opgesomd. Ik heb eerst gekeken of en hoe die feiten door de vier kranten zijn overgenomen (A). Dan weet je eigenlijk al een heleboel.
Vervolgens heb ik alle citaten uit de artikelen gehaald en met een kleur aangegeven of een Israëli werd geciteerd, of een Libanees/Palestijn (B).
Daarna heb ik uit alle artikelen de passages, zinnen of zinsdelen op een rij gezet die of over een feit gingen dat niet in het ANP-bericht stond, of een observatie of interpretatie van de verslaggever zijn. Ik noemde dat ‘duiding’. Alle dingen dus die je als lezer op gezag van de verslaggever moet aannemen (C).
Met name die laatste rubriek riep bij mij een zooi kritische vragen op en die heb ik onder elkaar gezet (D). Hier en daar onderbouwd met eigen bronnenonderzoek.
En ten slotte heb ik van elk artikel de passages, zinnen of zinsdelen die een feit waren, een citaat of een duiding bij elkaar gezet en de woorden geteld. Dat liet zich weer keurig vertalen in percentages en daar heb ik weer een diagram van gemaakt. Het is een aardige oefening om eerst de artikelen te lezen en zelf te schatten, hoeveel informatie een feit of citaat is en hoeveel informatie de opinie of duiding van de verslaggever is.
Ik was nog van plan, te toetsen vanuit welk vertelperspectief de verslaggevers schreven. Maar die moeite kon ik me besparen: ze schrijven allemaal vanuit het perspectief van Israël. Daarover gaan dan ook enkele van mijn vragen. Je zou dat zelfs nog kunnen uitsplitsen naar jouw paradigma’s, maar ik vond het wel mooi zo. Het is voor het grootste deel paradigma 2 en een zinniger vraag is of verslaggevers dat zelf beseffen. Er hangt natuurlijk een hele discussie aan. Paradigma 2 heeft ook trekken van hoor- en wederhoor en beide kanten belichten (waar twee vechten hebben twee schuld). De verslaggevers berichten ook wel over beide kanten – die van BN/DeStem is zelfs de hele dag in Libanon geweest en bericht uitsluitend over wat hij daar meemaakte. Maar.. nou ja, kijk zelf maar.
Ik heb van het geheel een digitaal bladerboekje gemaakt dat je hier kunt lezen. Bovenin het menu zit een knop ‘full screen’ voor betere leesbaarheid. Je komt er weer uit met ‘escape’. Zijn de letters nog te klein, dan kun je de pagina’s in full screen ook nog vergroten.
Wie het als pdf wil lezen: klik hier
Wie het als word-document wil lezen: klik hier.
Het plaatje op de voorkant komt van AlJazeera en dat op de achterkant is van Dan Wasserman.
Wat absoluut fantastisch, Claar!
Dat gezegd zijnde heb ik nog een onbescheiden vraag, na al dat werk in zo korte tijd (volgens mij doen normale mensen daar minstens een maand over) – en dat is of je jouw (subjectieve) mening wilt geven over wat deze (objectieve) feiten zeggen. Of ben je nu helemaal gevloerd?
Het was vooral een kwestie van een dagje knippen, plakken en op die manier zichtbaar maken.
En natuurlijk heb ik wel conclusies, maar ik dacht dat het aardiger was ze naast de conclusies van anderen te leggen en die dus eerst af te wachten.
De wereld heeft in deze uitruilzaak weer eens het gruwelijke gezicht gezicht van de lieden waar Israel mee te maken heeft. Dat dit bij een aantal mensen begrip oplevert ten aanzien van de hardheid van het Israelische optreden is evident.
Tijd dus voor damage control, hetgeen hier de laatste dagen gebeurt. Doorzichtig, dat wel.
Willemsen heeft blijkbaar de vorige weblogs van Anja niet gelezen of niet tot zich door laten dringen. Lees “De etnische zuivering van Palestina” van Ilan Pappe eens zou ik zeggen. Dan kan hij of zij lezen waar de Palestijnen mee te maken hebben gehad en nog te maken hebben.En vraag je dan eens af “Hoe zou ik gereageerd hebben” Maar dat zal wel te veel gevraagd zijn.
Vertaling van de reactie van willemsen, als je die probeert te zien als reactie op mijn onderzoek:
1. de manier waarop de kranten berichten over de kwestie sluit naadloos aan bij wat willemsen zelf ook vindt, vindt willemsen.
2. zo’n onderzoek is dus voor willemsen overbodig.
3. willemsen ziet het onderzoek als een manier om “de lieden waar Israel mee te maken heeft” te verdedigen.
Over dat laatste het volgende: het onderzoek is nadrukkelijk niet bedoeld om zelf wie of wat dan ook te verdedigen. Juist niet. Het gaat om de technische onderzoeksvraag of in de wijze van berichtgeving aantoonbaar zichtbaar is, vanuit welk perspectief het nieuws tot de lezer komt. Met andere woorden: wie of wat de verslaggever van dienst verdedigt.
In de NRC loopt dezelfde discussie. Kijk hier. Joop reageert daar als volgt:
“@ clara legêne: Hierin ben ik het van harte met je oneens. Als het NRC Handelsblad de nadruk gaat leggen op het perspectief van “degenen die bezet zijn”, dan houdt het op met objectieve en betrouwbare verslaglegging. Een goede krant brengt eerst de feiten en laat het dan aan de lezer over om te besluiten waar die voor kiest. Bovendien kun je naast het perspectief van “degenen die bezet zijn” plaatsen het perspectief van “de nabestaanden van de slachtoffers van terrorisme”. Zijn er niet aan beide zijden slachtoffers die ons mededogen verdienen?“
Clara, ik wist niet dat je Rooms bent, want dit is toch Monnikenwerk. Moet het allemaal nog eens laten bezinken, maar alvast een opmerking vers van de lever. Olmert (Vk) zegt: ” … en het stelt ons in staat omringd door vijanden en terreurbewegingen te overleven.” Ik meen me te herinneren dat Duitsland van 1939 tot 1945 in soortgelijke omstandigheden verkeerde, vijanden rondom, in de veroverde gebieden en daarbuiten. Tot vijanden gemaakt als gevolg van agressie en onderdrukking. En verzetstrijders, dat zijn toch terroristen?
Ben zelf aan het proberen iets over de mediaweergave van deze gebeurtenissen ‘op papier’ te zetten, tbv Trouw of Volkskrant; heb daarom de analyse van Clara expres nog niet gelezen, want dan kan ik mijn eigen gedachtengang moeilijker vasthouden….
Maar Clara’s opzet ziet er interessant en gedegen uit.
Jaap Hamburger EAJG
@6 Kees, ik ben Nederlands-hervormd opgevoed. Die zijn heel erg van het woord en de letter, hahhhahahhaa. En kunnen goed knippen en plakken.
Wat betreft je opmerking: het onderwerp van mijn onderzoek is nadrukkelijk niet of de mensen die geciteerd worden in de onderzochte artikelen gelijk hebben of niet; het onderzoek gaat over wie in de artikelen aan het woord worden gelaten en welk gewicht en duiding de journalist in kwestie eraan geeft. Het onderwerp, de gevangenenruil, is dus middel, geen doel in deze discussie.
@Jaap: ik ben erg benieuwd naar jouw bevindingen.
Een hele grote pluim Clara!
Indrukwekkend!
Beste Clara,
Ik zou jouw werk, uiteraard onder bronvermelding, graag weergeven op mijn VK-weblog. Op dit weblog plaats ik met grote regelmaat berichten over Israel en alles wat dit land mag doen, terwijl het westen de ogen dicht knijpt.
Kun je me vertellen of dat mogelijk is?
groet,
Lublin
Lublin, je vindt hier onder ‘share’ als het goed is de link naar het onderzoekje en ook een ‘embed’ code. Dan wordt het direct als boekje zichtbaar op je log. Ik vind het prima als je doorplaatst.
Het commentaar van de Volkskrant van 17/7 jl van op de uitruil had als titel ‘Een nieuwe wond’.
Ik heb daar de volgende twee reacties op geschreven:
Robert van Waning schreef op 17-07-2008 11:18 :
‘Het vijandige Iran’. Ja hoor, daar gaan we weer. De oorlogshetze tegen Iran (daar wonen heel gewone aardige mensen, hoor!) móet. Iedere dag weer. Vandaag is het een anoniem lid van de Commentaargroep die kennelijk Iran-corvée heeft. Gisteren las er die kop over ‘het razende Iran’ en vandaag dus een hoofdredactioneel commentaar over het ‘vijandige Iran’.
Wij lezen in deze krant nooit over het ‘vijandige Israël’, terwijl dat land toch heus veel meer militaire en civiele agressie en gewelddadige onderdrukking op zijn geweten heeft dan Iran. Israël is ook meer dan Iran genegen om tot een onuitgelokte aanvalsoorlog over te gaan. Het wachten is alleen op het groene licht van ‘partnerland’ Amerika, maar de Israëlische bommenwerpers zijn al druk aan het oefenen. Na die blamage van de ‘grootscheepse inzet van de oppermachtig gewaande strijdkrachten’ in Libanon (1.200 doden, merendeels onschuldige burgers) heeft Israël behoefte om de bedrukte natie weer wat zelfvertrouwen te geven.
Wie schrijft nu zoiets namens de Volkskrant? Het moet helaas bij een vermoeden blijven. Zonder Wet Openbaarheid Media komt persvrijheid immers neer op het recht om redactionele deuren gesloten te houden voor burgers die willen weten wat zich daarachter afspeelt. Zo komen geruchten en complottheorieën in de wereld.
Hoe komt het publiek te weten of de Volkskrant ondertussen niet bezet is, gegijzeld of geannexeerd en gekoloniseerd door een sekte die zo haar eigen belangen beter wil kunnen behartigen? Van de pers moeten wij niet veel verwachten op dit gebied.
Zelfs de simpele vraag hoe een zo toegewijde krant zich onafhankelijk kan blijven noemen, blijft het raadsel van (voorheen) de Wibautstraat.
Robert van Waning schreef op 19-07-2008 13:54 :
Het is zo pijnlijk duidelijk dat de sympathie van de Volkskrant geheel aan de kant van Israël ligt, en dat terwijl verreweg de meeste doden, gewonden, verdrevenen, onderdrukten en uitzichtlozen zich toch heus bevinden in de vluchtelingenkampen, in de door Israël al ruim veertig jaar bezette gebieden en in het herhaaldelijk door Israël bestookte Libanon. Het is wel veel gevraagd van de goedgevige God van Israël om al die wandaden ook nog eens met onbezorgdheid te zegenen.
“Ondanks een grootscheepse inzet van de oppermachtig gewaande strijdkrachten lukte het Israël niet om Hezbollah een vernietigende slag toe te brengen,” schrijft de Volkskrant met onverholen teleurstelling. Tsja, soms zit ondanks alle goede bedoelingen toch tegen. Kijk maar naar de aanvalsoorlog tegen Irak, waar deze commentator destijds ongetwijfeld ook zo’n voorstander van was. Trouwens, in de meeste commentaren over de massale vernietiging van Libanese mensenlevens, stadswijken staat wel ergens het woord ‘disproportioneel’, maar zelfs dát nog tamelijk eufemistische oordeel ontbreekt geheel in dit vooringenomen commentaar.
Terwijl de Volkskrant vol afschuw schrijft over “het onsmakelijke triomfantalisme waarmee Hezbollah zijn ‘overwinning’ vierde”, kan men elders lezen lezen hoe “er een Messiaanse emotie door het Israëlische volk ging” in de glorieuze junidagen van 1967. De grootte van Israëls zege werd destijds beschouwd “als een hernieuwing van het verbond van God met zijn volk”. “De terugkeer naar de historische wortels van het joodse volk werd door velen ervaren als een vingerwijzing Gods.” (Salomon Bouman, ‘Israël achter de schermen. Zionisme op een dwaalspoor’, 2004, pag. 86 ev.)
@F.Brandts,
Vindt u het ook van auteurs als Salomon Bouman (en vele anderen) “‘gevaarlijk en onjuist [om] termen als zionist, Jood en Israel in dezelfde context te gebruiken”? Israël is onmiskenbaar een Zionistische cq Joodse staat die sinds zijn oprichting structureel volken-, oorlogs-, mensen- en burgerrechten schendt in het monomane streven om die Joodse identiteit te kunnen behouden, zulks met morele en financiële, politieke, militaire en journalistieke steun van Joden en christelijke zionisten in de gehele wereld. Wie zou dat willen en kunnen verhullen, en waarom?
Ik zal proberen een link te plaatsen:
Een nieuwe wond
Clara,ik ben erg onder de indruk. Dank voor je inspanning.
Sinds ik het filmpje van Alison Weir heb gezien, zou ik eigenlijk willen dat er een onderzoek hier in Nederland plaats vindt zoals zij heeft gedaan in de VS. Jou onderzoek doet er al aandenken. Is het mogelijk dat er hier in Nederland een onderzoek wordt gedaan á la Alison Weir. Misschien studenten van de opleiding journalistiek?
Heeft iemand een idee hoe hier in Nederland een dergelijk onderzoek opgezet kan worden.
Dit is ook een “very good job”, Clara, in de geest van Alison Weir.
Het is een uitstekende zaak als publicaties in de media op zo’n manier kritisch worden geanalyseerd, en aan de hand van feitelijke gegevens als de selectie van de gebeurtenissen, de kwantitatief toegemeten ruimte, de kwalitatieve aanduidingen enz. wordt aangetoond met welk beleid en vanuit welke visie de media/journalisten op een bepaald gebied -in dit geval dus Palestina en Israël- werken.
Het is wel arbeidsintensief, “a hell of a job” dus, maar loont zeker de moeite.
Een van de dingen, die mij meteen het meest zijn opgevallen, is: de 199 Libanese en Palestijnse doden, die in de media hooguit als een soort voetnoot worden vermeld.
Er wordt wel onderzoek gedaan in Nederland, Ina, maar ja ….dat haalt de kranten zelden. Jacqueline de Bruijn deed voor de tweede keer onderzoek naar de beeldvorming over het MO in de Nederlandse media, voor de Dick Scherpenzeel Stichting (Ik zat toen in het buitenland anders was ik er bij geweest en had er zeker over geschreven). Hier de link naar het verslag over de laatste bijeenkomst: hier.
Klein detail uit het verslag: Stephan Sanders interviewde Jacqueline, en vroeg of ze wel onbevooroordeeld was, aangezien ze ook voor Een Ander Joods Geluid werkt. Dit is dus de trend die ik maar al te goed ken: vestig aandacht op de Palestijnen en je heet al gauw ‘eenzijdig’ of ‘niet objectief’, maar als je volautomatisch vanuit het Israelische perspectief je berichten maakt zul je dat niet gauw horen.
Hieronder een fragment van de column die Mohamed Benzakour op die bijeenkomst uitsprak, en die er nog voor waarschuwde, dat het moslim publiek in Nederland, die veel kritischer kijkt naar Israel dan de gemiddelde autochtoon, en die veel beter op de hoogte zijn van de Palestijnse kant, de Nederlandse media links laten liggen omdat ze de berichtgeving eenzijdig vinden. Lees de hele column op de website, hier.
En dan hebben we nog Stan van Houcke die op zijn eigen eigenwijze wijze af en toe de vloer doet met een journalist – blader terug, zijn ‘conversatie’ met Salomon Bouman, vroeger de MO verslaggever voor het NRC liegt er ook niet om. Hier zijn website. Maar ook voor hem geldt: hij kan als journalist dan buitengewoon kundig zijn in het naar boven halen van feiten – en ze in een context plaatsen, wat veel journalisten nalaten, hij geldt als veel te scherp en ‘partijdig’ om in de mainstream journalistiek een plaats te krijgen. Dus schrijft hij zijn eigen website, en binnenkort kunnen we een boek van hem verwachten.
Kortom: kritische stemmen en onderzoek zijn er ondertussen – het boek van Joris Luyendijk maakte ook veel los – maar niet verrassend komt daar maar weinig van door in de media – behalve lieveling Luyendijk dan. Het zou kunnen zijn dat redactie’s en journalisten ook maar mensen zijn en niet graag kritiek op henzelf plaatsen.
Hier het fragment van Benzakour:
Een vraagje: kunt u zich voorstellen dat een grote landelijke krant een Palestijnse journalist in dienst neemt die vroeger tevens voorzitter was van de Nederlandse PLO-tak en waarvan de dochter werkzaam is bij de gewapende tak van Hamas? Toch is de MO-correspondent van het Algemeen Dagblad (alsmede Evangelische Omroep) de voormalige voorzitter van de Nederlandse Zionisten Bond en bekleedt zijn dochter een woordvoerderfunctie binnen het Israëlische leger.
Nog een vraag: zou een kwaliteitskrant een Palestijnse correspondent in dienst nemen die regelmatig bijklust voor een binnenlandse organisatie die rechtsreeks gefinancierd wordt door de Palestijnse Autoriteit? Toch is de verslaggever van de Volkskrant kind aan huis bij Cidi-bijeenkomsten en neemt hij zelfs deel als reisleider aan Cidi-reisjes naar Jeruzalem. Hetzelfde geldt voor de banden tussen medewerkers van NOS Radio 1, Vrij Nederland en het Cidi (waarvan een bestuurslid directe bedrijfsbelangen heeft bij de bouw van de Muur). Natuurlijk, kranten publiceren af en toe (nu meer dan vroeger) ingezonden stukken waarin de Israëlische politiek wordt aangevochten, maar het is gemakkelijk aantoonbaar dat de heersende opinie duidelijk doorslaat ten gunste van Israël. Waar is bijv. de Nederlandse commentator van de statuur van Robert Fisk of Patrick Seale? Komt er iemand ook maar in de buurt komt van Israëlische criticasters als Amira Hass, Akiva Eldar, Gideon Levy en Bradley Burston? Die kennen wij niet.
Bij nieuwsrubrieken, waaronder ook uitdrukkelijk de drie Teleteksten (NOS, RTL en VRT) – wordt Hamas altijd vergezeld van een woordtoevoeging: ‘moslimfundamentalistisch’, ’terroristisch’ of ‘extremistisch’. Zij werken al bijna afstompend. Voor deze kwalificaties zijn misschien best goede argumenten aan te dragen. Maar evenzeer zijn goede argumenten aan te dragen om Israël te vergezellen met ‘staatsterroristisch’ of ‘apartheidsregime’. Of ’theocratisch’, of ‘bezettende mogendheid’, ‘het internationale recht schendende’, ‘de racistische’ etc.
Maar dat lees je nooit.
Voorts kwam na turven van enkele grote dagbladen en omroepen het volgende cijfer. De verhouding Palestinagezinde columnisten/commentatoren (al dan niet met Arabische achtergrond) versus Israëlgezinde columnisten/commentatoren is ongeveer 3 – 21.
Het gaat er niet om of pro-Palestijnse opiniemakers altijd gelijk hebben of dat pro-Israëlische commentatoren altijd ongelijk; het punt is dat een pro-Palestijns geluid nauwelijks kans krijgt; een onevenwichtigheid die raakt aan de essentie van kwaliteitsjournalistiek.
We kunnen ons niet voorstellen dat de komende 30 jaar de NOS haar verslaggeving overlaat aan een Palestijnse correspondent die kantoor mag houden in Ramallah en met familie op The Westbank. Toch was dat spiegelbeeldig het geval bij de NOS de afgelopen 30 jaar met een joodse correspondent woonachtig in Joods-Jeruzalem.
Dat dit journalistiek deficit niet eeuwig houdbaar is, moge allereerst blijken uit de invloed die het heeft op de groep die al zo lang inzet is van nationaal debat: de moslimpopulatie.
Waar ik wel benieuwd naar ben, Clara, is of je dit onderzoek ook naar de redacties van de genoemde kranten hebt gestuurd. Ik zou heel graag hun reacties lezen! Vooral je taartpunt-grafiekjes met een verdeling in feiten, duiding en citaten vind ik erg verhelderend, en het geeft me een goed handvat om in het vervolg zelf ook krantenartikelen beter te doorzien. Veel dank hiervoor!
Bij Stan vond ik – naast een aantal bevindingen die ik zelf ook deed – nog een constatering die ik zelf over het hoofd had gezien:
“Dat leidde tot een oorlog tussen Israël en Libanon. Er sneuvelden ruim duizend Libanezen en tientallen Israëliërs, maar Regev en Goldwasser werden niet mee teruggebracht.” (citaat NRC).
Hoezo sneuvelen, zegt Stan. Waren het allemaal zwaar bewapende Libanezen die gedood werden? Nee! Sterker nog, door het Israelisch geweld werden 1191 Libanese burgers gedood en raakten 4409 burgers gewond, van wie velen zwaar. Slechts 46 gewapende verzetsstrijders sneuvelden. Hoewel Guus Valk met het begrip ‘sneuvelen’ suggereert dat het hier militairen betreft is dit dus een aperte leugen.
Waarvan akte.
Nog een opmerking over het feit dat de vrijgelaten Samir Qantar in het artikel van de NRC het predicaat ‘het monster’ meekrijgt. Iemand vraagt me waarom ik daarover geen vraag heb aan de NRC in mijn onderzoek en het registreer als ‘niet door het ANP genoemd feit’.
Ik heb de bewering dat Qantar in de publieke opinie ‘het monster’ wordt genoemd gecheckt en heb verschillende bronnen in Israëlische kranten gevonden en zeer vele op weblogs. Hier een voorbeeld. Vandaar dat het gegeven is geregistreerd als feit.
Ook kreeg ik een vraag over kritische Libanese commentaren en waar je die kunt vinden. Bijvoorbeeld hier.
Anne-Marie, ik heb in een parallelle discussie in de NRC in mijn reactie daar met links verwezen naar mijn onderzoek. Je mag in reacties op de NRC-site doorlinken en mijn reactie was niet off-topic. De reactie werd niet toegelaten. Op een vraag daarover aan de redactie heb ik (nog) geen antwoord gekregen.
Ik heb opnieuw een reactie ingestuurd en vermeld dat het onderzoek ook op de site van Anja Meulenbelt staat. Reactie: daar ga je natuurlijk niet kijken, want …
Ik zie dat er op vele plaatsen al wordt doorgelinkt naar mijn noeste huisvlijt. Ook elders klonken en klinken al protesten tegen het feit dat kranten hun publiek relevante informatie onthouden. We gaan zien of het helpt.
@Clara,
In je verhelderende overzicht miste ik alleen de hoofdredactionele commentaren van diezelfde kranten op die uitruil. Wat mij betreft horen die bij de ‘duiding’. Zo schreef de (anonieme) commentator van de Volkskrant: “Ondanks een grootscheepse inzet van de oppermachtig gewaande strijdkrachten lukte het Israël niet om Hezbollah een vernietigende slag toe te brengen.” Hij had het ook over “het onsmakelijke triomfantalisme waarmee Hezbollah zijn ‘overwinning’ vierde”. Die opmerkingen ‘weerspiegelen de geest van de krant’..
PS
‘Trol’ en ‘querulant’ zijn wat mij betreft geuzennamen geworden voor mensen die de journalistiek kritisch volgen en waar nodig weerwerk en tegenspraak bieden. Dit werk vormt een onmisbaar onderdeel van de ‘checks and balances’ die een mediacratie zo evenwichtig, transparant, rechtvaardig en gezond mogelijk moeten houden.
11:47
Geachte mevrouw Legêne,
Hartelijk dank voor uw reactie. Ik heb zojuist geïnformeerd en het blijkt dat uw reactie drie uur nadat u de mail hebt gestuurd is geplaatst. Klopt. Er wordt niet continu gemodereerd en het kan, met name in de weekenden, een paar uur duren eer uw reactie wordt geplaatst. Ook ontvangt u geen bericht als uw reactie geweigerd is. Klopt ook.
Ik hoop u bij deze voldoende van dienst te kunnen zijn geweest.
Met vriendelijke groet,
Namens de redactie Internet en Media
Roel Roscam Abbing
@19
Op de site van Anja Meulenbelt ga je natuurlijk niet kijken, want..
“De site van Anja Meulenbelt beschouw ik niet als bron van neutrale verslaggeving, gezien haar haat jegens Israel en haar communistische verleden.”
Ja ja.
@Robert
Het onderzoekje heeft zich beperkt tot vier redactionele artikelen gebaseerd op hetzelfde ANP-bericht. Alles wat een krant er verder hoofdredactioneel over opmerkt valt zoals je zegt onder duiding. Ik was niet geïnteresseerd in de inhoud van de duiding als zodanig – die bevestigt bovendien vermoedelijk het perspectief, ik heb de hoofdredactionele commentaren niet gecheckt – maar in de verhoudingen in een gewoon redactioneel bericht.
Wil je alles wat over een onderwerp in een krant verschijnt in kaart brengen, be my guest, dan red je dat niet op een achternamiddag en moet je bovendien een andere referentie zoeken dan een ANP-bericht, wat moeilijk is en onmiddellijk vragen zal oproepen. Maar mijn vermoeden is dat zo’n groot onderzoek aan het kleine exemplarische onderzoek van mij weinig nieuwe gegevens toevoegt.
Robert: fijn dat je even de spelregels hebt gelezen. Ik zet die om de zoveel tijd weer bovenaan, als ik het idee heb dat er weer misverstanden zijn – ongeduldige mensen die hun bericht er tien keer op pleuren of meteen veel misbaar beginnen te maken over ‘censuur’ enzo.
Ik heb dit ‘format’ van de SP, het systeem heb ik niet bedacht en ik kan het ook niet veranderen, ik kan dus buiten de inhoud om ook geen mededelingen op andere plaatsen zetten.
Verder, ik zeg het dus maar even, ga ik niet op mijn weblog in discussie over hoe ik het hier doe. Dus als je het te frusterend vindt om te wachten, tja… Sorry. Niks aan te doen. Ik zit niet de hele dag achter mijn PC.