Eerste Kamer

1ekamer2008.jpg

Dinsdag: begonnen met een onvolledige fractie, onder voorzitterschap van Tineke (Slagter), want Tiny (Kox) en Tuur (Elzinga) zitten in Straatsburg, in de Raad van Europa, nadat Tiny op factfinding mission is geweest naar Rusland, Georgië en Zuid-Ossetië. (Zijn verhalen: hier. en hier.) Daarentegen hadden we Eric (Smaling) weer terug, die voor de OVSE moest vergaderen in Toronto en Washington, en daar de Minister Buitenlandse zaken van Georgië ontmoette, een jonge vrouw.


Ik neem dus vandaag de commissie Sociale Zaken over voor Tuur, en aangezien ik (waarschijnlijk) de volgende week buitenslands verkeer sprak ik vandaag de vragen door met Sineke, over het Groenboek Migratie en Onderwijs, voor Europa, die zij volgende week namens mij kan indienen. We zijn ondertussen erg op elkaar ingespeeld, als iemand er dinsdags vanwege een buitenland niet kan zijn weet iedereen exact wie het overneemt – dat is nu makkelijker dan in de vorige periode toen we met vier mensen in de kamer zaten in plaats van elf.

Tineke deed vandaag in de plenaire het beleidsdebat over de AWBZ, en Nanneke (Quik) had een stevige inbreng in het debat over het opleggen van ’tijdelijk huisverbod bij ernstige dreiging van huiselijk geweld’, met andere woorden: niet de vrouw die met de kinderen het huis uit moet vluchten, maar de man die maar even op moet hoepelen, alleen, zei Nanneke, moet er dan wel meer hulpverlening en opvang voor die man zijn en daar mankeert het nogal aan. Was ik het van harte mee eens.

Binnenkort doe ik de WABO, en ik las de Memorie van Antwoord door over de Inburgeringswet, waar ik de minister namens de SP fractie een reeks van vragen over had gesteld. Mmmm, daar zitten nog wel wat zaken in waar we het niet over eens worden, anders dan in het debat over de huurderswet, waarbij ik eigenlijk nogal op een lijn zat met minister Vogelaar. In de fractie bespreken we ook de wetten die nu in de commissies worden besproken, of we het een hamerstuk vinden of dat we die in de plenaire willen behandelen. Geert (Reuten) moest wat zeggen over de ‘warmtewet’, want die valt onder financiën. Nou, zei hij, het doel is dus ‘gegarandeerde warmte tegen een redelijke prijs’ en een vriendin van me zei dat ze dat ook wel wilde. Geert is als econoom van de fractie trouwens toch extra populair want hij mag de financieel-ongeletterden onder ons waar ik er een van ben – ik snap niks van geld – uitleggen hoe dat nou zit met de crisis.

Nog even met Jasper van Dijk van de overkant gepraat of we ons druk moeten gaan maken over de Paus die geen homo-ambassadeurs in Vaticaanstad wil – gaan we ons niet druk over maken. En met Harry van Bommel over buitenland en nog wat zaken.

Vorige week deed ik de plenaire over de huurderswet, met ene klein gezelschap, en met minister Vogelaar, die voor de eerste keer een wet moest verdedigen in de EK. Dat was geen vervelende klus. De wet regelt beter overleg tussen huurders en verhuurders, en daar was dus ook de SP voor, en alleen de VVD was voorspelbaar tegen. Margriet (Meindertsma) nam het woord voor de PvdA fractie, Margriet is een erg onafhankelijk mens, en we zijn het wel vaker met elkaar eens – zij pleitte bij de minister vooral voor meer participatie, beter geregelde participatie van bewoners, en ik had het vooral over het feit dat ik bij mijn bezoeken aan buurten nogal had gezien: dat het nog niet goed genoeg gaat met de inbreng van buurtbewoners in het geval van sloop en renovatie. Daar was Vogelaar het in principe geheel over met me eens: het gebeurt nogal eens dat woningbouwcorporaties eerst de plannen maken, en dan de betrokken huurders bij elkaar roept als de maquette al klaar is – en daarmee roep je je eigen weerstanden op. Veel beter is het om vanaf het allereerste begin van de plannen de huurdersverenigingen bij sloop en renovatieplannen te betrekken.

Ik was blij dat ik de afgelopen tijd was wezen Buurten in de buurt, zodat ik niet alleen theoretisch beslagen ten ijs kwam, maar veel praktijkvoorbeelden had. We moeten het ook nog hebben over de sociale woningbouw, VVD vindt natuurlijk dat daar te veel van is, wij natuurlijk niet. In het voorjaar komt er een beleidsdebat met de minister over haar wijken-aanpak, en ik bereid me zachtjes voor en verzamel daar de spullen voor.

De EK heeft trouwens een website, waar altijd op te vinden is wat we hebben gedaan en wat we volgende week gaan doen, plus wie iedereen is. Hier.

Hieronder, voor de liefhebber, mijn tekst over de huurderswet.

Behandeling Wet op het overleg huurders verhuurder, 30856
Anja Meulenbelt. SP fractie

Voorzitter,

Het zal de minister en mijn collega’s niet verbazen dat mijn fractie een voorstander is van deze wet, waarbij weer een kleine stap vooruit is gezet in de regeling van het overleg tussen huurders en verhuurder. Een kleine stap, maar voor een grote groep burgers. Mijn partij is van kleins af opgekomen voor de belangen van de huurders en die verbondenheid is niet kleiner geworden nu we groot gegroeid zijn. Zeven miljoen mensen wonen in een huurhuis, van beginnende jonge stelletjes tot ouderen. Niet dat in deze tijd van financiele crisis onze aandacht niet tevens uitgaat naar mensen in een koophuis wiens toekomst bedreigd wordt door mondiaal gegok met geld, maar daarover hebben we het een andere keer. Vandaag kijken we hoe we de verhouding tussen huurders en verhuurders kunnen verbeteren, en zoals gezegd, dit wetsvoorstel staat ons wel aan.

Het onderscheid tussen de huurders bij de woningbouwcorporaties (samen verreweg de grootste huisbaas: ze verhuren 35% van de totale woningvoorraad) en die bij particuliere verhuurders wordt met deze wet grotendeels opgeheven, en ook verbreedt de wet de reikwijdte van waar het overleg over dient te gaan.

Maar het zal de minister ook niet verbazen dat mijn fractie nog wensen heeft, en een daarvan heb ik in het voorlopig verslag al genoemd: de positie van huurders als het gaat om sloop en renovatie. De minister heeft daarop gereageerd in de memorie van antwoord, maar mijn fractie is daarvan nog niet gelukkiger geworden.

En hoewel we afgesproken hebben in het voorjaar een debat te houden over de stand van zaken bij de nieuwe aanpak van wonen wijken en integratie, en we daar meer dan nu de gelegenheid hebben om de deelaspecten van de wijkenaanpak in een groter verband te beschouwen, wil ik toch in het kort schetsen waarom mijn fractie teleurgesteld is dat er niet meer in deze wet is geregeld aan inbreng van huurders bij sloop en renovatieplannen.

Bij mijn recente werkbezoeken aan een aantal buurten vielen mij een aantal zaken op. In de Amsterdamse Dapperbuurt, waar het met de renovatie en de bewonersparticipatie eigenlijk niet slecht gaat, het is een bloeiende buurt, werd toch duidelijk dat de renovatieplannen voor een aanzienlijk deel van de oudere sociaal niet draagkrachtige bewoners betekenden dat ze uit de wijk moesten verdwijnen, omdat ze de huur na renovatie, ondanks tegemoetkomingen van diverse aard, niet meer op zouden kunnen brengen. Een dergelijk proces zag ik ook met een deel van de winkels en onderneminkjes, die nu net op de grens zaten van wat ze op konden brengen, en na renovatie net niet meer. Dat betekent dus, naast een verrijking van de buurt, meer middenklasse, meer koopwoningen, een mooie opgeknapte buurt, met dankzij de acties van de bewonersverenigingen meer groen in plaats van het asfalt en de parkeerplaatsen die waren gepland, maar tegelijkertijd een verarming door het verdwijnen van buurtbewoners die er wel graag hadden willen blijven, en die doorgeschoven worden naar elders, en een fikse groei aan MacDonalds en Lidls ten koste van de kleine buurtondernemingen. Die vervolgens weer met erg veel moeite teruggelokt moeten worden. Nu begrijpt de minister ook wel dat ik het helemaal niet met haar oneens ben dat zij onlangs een buurt-“Appie” heeft geopend in een wijk in Den Haag, maar wij mogen toch hopen dat dit niet altijd ten koste zal gaan van de kleinere ondernemingen die zo belangrijk zijn voor de leefbaarheid in de buurt.

Ik ga er van uit dat de minister het met me eens is dat de sociale cohesie in stadswijken van groot belang is, en dat die al sterk is teruggelopen, onder andere door het verdwijnen van het traditionele verenigingsleven, en door de sterke vermindering van club- en buurthuiswerk en opbouwwerk. In de Dapperbuurt kon ik horen dat het door het vertrek van veel oudere bewoners het ook moeilijker werd om de bewoners nog te motiveren om voor hun belangen en hun buurt op te komen. Het feit dat wij daar wel een mooie structuur voor hebben, maar dat het niet zo gemakkelijk is om bewoners nog actief te krijgen heeft mevrouw Meindertsma van de PvdA ook al benadrukt. Dat de inbreng van huurders bij sloop en renovatie meer nadruk zou moeten krijgen, is dus niet alleen in het belang van die individuele huurders, maar voor de cohesie in de hele buurt, die, en ook daar zal de minister het niet met mij oneens zijn, heel moeilijk terug te winnen is als die eenmaal sterk is afgekalfd. Nog afgezien van wat de minister zelf het ‘waterbedeffect’ noemt, wanneer de minder draagkrachtigen het elders ook weer moeilijk krijgen.

Naast goede voorbeelden van woningbouwcorporaties die in samenspraak met de bewoners sociale plannen hadden opgesteld, kwam ik in andere wijken voorbeelden tegen waar het echt mis was gegaan. De corporatie bleek te hebben gezegd dat er voldoende inspraak en instemming over de sloopplannen waren geweest, maar toen de bewonersvereniging dat naging bleek dat niet waar te zijn. De overgrote meerderheid was tegen sloop en voor renovatie, en liet zelf nieuw onderzoek doen waaruit bleek dat een groot deel van de woningen niet gesloopt hoefde te worden. Het punt bij dit verhaal is dat er te weinig controle blijkt op de plannen van sommige corporaties, die de bewoners soms meer behandelen als lastige tegenspelers dan als partners, en dat het wel eens zo zou kunnen zijn dat sommige stadsbestuurders zo blij zijn met renoverende corporaties dat er te weinig wordt gelet op het nakomen van afspraken. Datzelfde geldt ook bij het opleveren van gerenoveerde woningen en bedrijfspanden, die soms zo lang duren dat de bewoners, en zeker de winkeliers die een deel van hun inkomsten kwijt zijn, het opgeven. Vandaar, voorzitter, dat ik bij de minister aandring op meer helderheid over wat zij denkt te doen aan de verbetering van de positie van huurders bij sloop en renovatie. De minister heeft aangegeven een sociaal plan op het verzoek van de huurdersorganisatie wel op zijn plaats te vinden, maar toch niet mee te hebben willen gaan in het amendement Depla/Ortega Martijn, omdat dat te ruim was geformuleerd. Maar wat dan wel, kan de minister daar haar licht over laten schijnen?

De minister wijst er op dat huurders op basis van de Algemene wet bestuursrecht het recht hebben om bij de gemeente bezwaren in te dienen bij sloopplannen, de praktijk wijst uit dat die huurders enorme kennis en vaardigheden moeten hebben, geduld, vasthoudendheid, stressbestendigheid wat betreft de bureaucratie waar zij in terecht komen, om dat voor elkaar te krijgen. Het ene moment kunnen zij worden weggestuurd omdat de plannen nog niet rond zouden zijn, en op een ander moment omdat de plannen nu in een te vergevorderd stadium zouden zijn. Zodat we nu meemaken dat buurtbewoners maar liever hun toevlucht nemen tot gewone ouderwetse aktie – gelukkig zijn ze daarvoor bij mijn partij nog steeds aan het goede adres – dan om te proberen de slopende weg te bewandelen om onnodige sloop tegen te gaan. De vraag van onze fractie is dus wat de minister denkt te gaan verbeteren op het vlak van inbreng van huurders bij sloop en renovatie, zodat er minder uit protest gekraakt hoeft te worden en er in de toekomst minder ministers in schijndebatten verantwoording af hoeven te leggen over eens gezette handtekeningen.

De minister heeft in de memorie van antwoord gezegd dat zij er naar zou streven voor de zomer met een wetsvoorstel te komen voor de verhuiskostenvergoeding, zodat die ook zal kunnen gelden voor huurders van particuliere verhuurders. Mijn fractie wil graag horen wanneer we dat wetsvoorstel kunnen verwachten.

Mijn fractie wacht met grote belangstelling de reactie van de minister af.

5 gedachten over “Eerste Kamer

  1. Anja, neem gelijk mee dat huurders voor het overgrote deel NIET mogen deelnemen aan de jaarlijkse prestatie afspraken tussen gemeenten en corporaties. En dus gaan die voor en over de huurder, maar altijd ZONDER de inbreng van de huurder. Neem gelijk ook mee dat corporaties hun wettelijke verplichtingen weigeren na te komen. B.v. met ongestoord woongenot beschermen voor huurders die te lijden hebben onder veel overlast van buren. Verder moet je maar eens informeren bij Newstart Adviesburo in Gouda. newstart@wxs.nl of r.zijtsel.planet.nl Hij is een van de mede-oprichters van De Woonbond geweest en heeft jarenlang in Huurcommissies gezeten, maar ook in huurdersverenigingen en in corporatie commissies. Als IEMAND je veel kan vertellen, is hij het wel.

  2. Hoi Anja, mooie website van de EK.
    Wat mij trof, als ouwe feminste: als heren worden geciteerd, heten ze ‘senator’, als dames worden geciteerd, heten ze “slechts” mevrouw…

  3. Goede punten Anja.

    Wat me een verbaast is dat Vogelaar het eens is met de kritiek dat bewoners vanaf het begin betrokken moeten worden bij de plannen. Zij heeft zelf met gemeentebesturen en corporaties de plannen voor ‘haar’ veertig wijken uitgedacht. Die plannen voorzien in veel extra slopen en verkopen. De bewoners in de betreffende projecten weten vaak niet eens dat die plannen er liggen, laat staan dat ze inspraak hadden. Het is een regeling tussen de corporaties, de gemeente en de minister.

    Het is dan ook, en ik druk met voorzichtig uit, ironisch dat zij nu beweert dat corporaties inderdaad nog wel eens plannen maken zonder bewoners want dat heeft zij dus ook gedaan en op heel grote schaal.

    groet
    Justus

  4. Het is heel goed mogelijk dat er goede redenen zijn om kritischer te zijn op wat ze zegt, Justus. Dit was een ‘klein’ debatje, over een wet waar we het mee eens waren – ik nam al vast een voorschot op een groter debat dat nog moet komen. Het viel mij op dat ze het, in ieder geval nu, met mij eens was, en zelf met voorbeelden kwam waar het volgens haar mis was gegaan in de procedure om wijkbewoners te betrekken.

    In het debat dat nog komt zal ik er voor zorgen dat ik met meer gegevens bewapend ben. Ik hou me dus aanbevolen, en wil graag voor die tijd bij jou informatie en advies inwinnen.

    Bedankt dus.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *