Gisteren was het drie jaar geleden, dat elf mensen omkwamen in de brand in het detentiecentrum in Schiphol Oost. Anneke en ik reden er heen, om bloemen te leggen en bij de mensen te zijn. Zoveel verschillende nationaliteiten in één groep. Mensen van elders, mensen van hier die de vluchtelingen bij staan. Er werd gebeden, gezongen, nabestaanden en overlevenden spraken, in hun nieuwe Nederlands. Er waren tranen en er waren mensen die blij waren elkaar weer te zien. Iemand had dekens meegenomen, tegen de kou. Het leek op een vluchtelingenkamp.
Van al diegenen die verantwoordelijk zijn voor die doden is er maar één bestraft, de man die slordig omging met een sigarettenpeuk. Zelf een ‘illegaal’. Er was dus niet alleen verdriet, maar ook woede en bitterheid bij de kleine groep mensen die in de regen naar Schiphol kwam, om daar bij het hek samen de doden te herdenken: hun familieleden, vrienden, vooral ook een aantal mensen die het zelf overleefden, en die nooit meer los komen van de vraag: waarom hebben zij het niet gered en ik wel. De man die kort daarvoor een cel had geruild, de ander stierf, hij niet. De beelden die ze nooit meer kwijt raken: de twee vrouwen die als katten in het nauw en tevergeefs springen om aan de vlammen te ontkomen, het beeld van die man die in zijn cel al in brand stond toen de anderen nog gered konden worden. Dat wachten, tussen het geschreeuw en de rook, of er iemand op tijd zou komen om je cel open te maken. Met sommige van de overlevenden gaat het goed, met andere niet. Behalve dat een aantal nog steeds in de angst zit om na de steeds opnieuw verlengde verblijfsvergunning van een jaar uitgezet te worden, en opnieuw opgesloten te worden. We worden nog steeds behandeld als criminelen, zei iemand.
Trouw wijdde er een uitgebreid artikel aan: hier.
Terugrijdend in de auto kreeg ik het bericht dat er onenigheid was ontstaan met de politie tijdens de herdenking, er zou geen vergunning zijn aangevraagd voor het plaatsen van een kunstwerk als monument. Ik weet niet hoe dat is afgelopen. Wel denk ik: zelfs als er geen vergunning was, had de politie niet een dagje later kunnen komen, was het echt nodig om al die getraumatiseerde mensen nog eens te confronteren met een politiemacht die hen zelfs niet gunt om hun doden in rust te herdenken? Hoeveel gaat dat toevoegen aan de verbittering die nu al groot is?
Ik was daar pas nadat jij al weg was gegaan, op verzoek van Krista (van Velzen). Zij vroeg mij te gaan kijken wat er nou aan de hand was, nu de marechaussee moeilijk deed over het kunstwerk.
Tegen de tijd dat ik aankwam was de marechaussee zich aan het terugtrekken, omdat de oragnisatie van de bijeenkomst zelf al contact had gezocht met de gemeente. Het kunstwerk kon blijven staan voor de duur van de bijeenkost.
Burgemeester Weterings heeft gezegd dat hij de gang van zaken rondom de herdenking betreurt, maar dat hij ook verrast was door de onaangekondigde plaatsing van het kunstwerk. Hij wil de organisatie en de kunstenaars uitnodigen voor een gesprek, bij voorkeur nog deze week.
Overigens vind ik het zelf erg belangrijk dat het kunstwerk er komt. Daarom zal ik mij ook in de gemeenteraad van Haarlemmermeer hard maken voor de plaatsing van een monument bij het cellencomplex.
Dank je Daan, ik ben blij dat in ieder geval het kunstwerk niet werd weggehaald tijdens de bijeenkomst, ik vond het zo erg voor de mensen die kwamen herdenken. Alsof alweer de politie zo iets belangrijks even komt verhinderen – dat wil je toch niet meemaken, niet met deze mensen die al zoveel hebben meegemaakt.
Goed dat jij er was, en goed dat er nu een gesprek komt in de gemeenteraad (en dank je Krista dat je je meteen hebt ingezet en dit hebt geregeld) – hoe kan een zinnig mens er tegen zijn dat er op die desolate plek, zowat het einde van de wereld, iets moois wordt neergezet ter nagedachtenis van elf zinloze doden.
Niemand is daar tegen Anja. Maar spontaan iets neerzetten, dat kan niet.
Overal moet je een vergunning voor hebben, zo niet dan treedt de politie (hard) op.
Dat is wel zo, Marrigje, en ik hoop dat de organisatoren alsnog toestemming krijgen en dat Daan in de gemeenteraad iets voor elkaar krijgt. Het belangrijkste op dat moment zelf was dat de politie even niet op ging treden tijdens de herdenking.
Geachten,
ik was ook daar en ben ik altijd bij hen en degene die dat nachtmerrie hebben meegemaakt en ik moest ook vandaag(7-03-09)bij het wake zijn, maar het doet mij erg pijn altijd als ik iets hoort over Schipol of iets dat te maken hebt met Schipol. Vandaag moet ik bijwonen het bijeenkoms maar ik was de hele dag en gister nacht aan het denken en kon ik tot ’s ochtends niet slapen ik had weer die beelden en had ik nachtmerrie ik weet niet hoe moet ik alles vergeten het lukt mij Gewoon niet
Babak