Nog 50 dagen te gaan, en dan zijn er weer verkiezingen in Israel. Niemand lijkt zich er erg over op te winden, en daar zijn redenen voor. Zoals Uri Avnery in zijn laatste wekelijkse artikel schrijft onder de titel ‘Zoek de verschillen’ (hier), het maakt erg weinig uit wie het gaat worden: Kadima, Likoed of Arbeidspartij, oftewel Tzipi Livni, Binyamin Netanyahu of Ehud Barak.
De politieke verschillen vallen weg bij wat ze gemeenschappelijk hebben. Bijvoorbeeld dat geen van hen een plan heeft om in het komende jaar een belangrijk stap voorwaarts te maken in het sluiten van vrede met de Palestijnen. Geen van hen zegt hardop wat voor de hand zou liggen: doe een voorstel om een Palestijnse staat te stichten op grond van de grenzen van 1967, met hoogstens wat kleine veranderingen waarbij land voor evenveel land wordt geruild, maak van Jeruzalem de hoofdstad van twee staten en kom een een redelijk voorstel voor de vluchtelingen. Maar er ligt geen enkel plan.
De smoezen die alledrie hebben om daar niet aan te hoeven klinken verschillend, maar komen feitelijk op hetzelfde neer, schrijft Avnery.
Netanyahu zegt dat de tijd nog niet rijp is voor vrede met de Palestijnen. We moeten wachten tot de tijd rijp is, dat wil zeggen, de Palestijnen er rijp voor zijn, want met Israel is er natuurijk niets aan de hand. En wie beslist dat de tijd rijp is? Netanyahu, natuurlijk.
Tzipi Livni lijkt het tegendeel te zeggen. We moeten praten met de Palestijnen, zegt ze. Waarover moeten ze praten? Nou niet over Jeruzalem, natuurlijk. En absoluut ook niet over de vluchtelingen. Waar kun je dan wel over praten? Over het weer. Dit is Livni’s plan: praten en praten tot iedereen sufgeluld is maar vooral nooit komen tot practische voorstellen.
En Ehud Barak is nog nooit teruggekomen op zijn noodlottige uitspraak acht jaar geleden, toen de onderhandelingen in Camp David dankzij hem mislukten: “we hebben geen partner voor vrede”.
Geen plan, alleen holle woorden. Netanyahu, bijvoorbeeld, zegt dat de levensomstandigheden van de Palestijnen moeten verbeteren, die op de Westoever, niet die in Gaza natuurlijk. Maar wat bedoelt hij daarmee? Niks. Hoe kunnen de levensomstandigheden verbeteren onder de voortgaande bezetting, wanneer 600 wegblokkades een gewoon leven onmogelijk maken. Waarbij elke daad van verzet leidt tot collectieve straffen. Waar doodseskaders ’s nachts op weg gaan om “gezochte personen” uit de weg te ruimen. Hoe wil je daar de levensomstandigheden verbeteren, welke gek gaat geld investeren in zo’n toestand?
En alle drie zijn het er over eens dat Hamas uitgeschakeld moet worden. Hoewel geen van hen durft te zeggen dat de Gazastrook weer herbezet moet worden – een idee dat allesbehalve populair is, niet bij het publiek noch bij het leger die dat uit zou moeten voeren. Alle drie zijn ze voor een voortzetting van een strenge blokkade van Gaza, omdat ze nog steeds niet op een ander idee komen dan dat je Hamas op de knieën kan dwingen door er voor te zorgen dat de bewoners geen brood meer hebben en de ziekenhuizen geen medicijnen of brandstof. Maar het tegendeel gebeurt: de bevolking zet Hamas niet af, maar gaat met tienduizenden tegelijk de straat voor ze op. En geen van de drie durft het aan om te zeggen: we moeten met Hamas gaan praten.
Geen van de drie zegt dat ze vrede willen met Syrie in het komende jaar. Ze zouden wel gek zijn: dan heb je ruzie met de kolonisten van de Golan. Een regeringshoofd dat het nog niet aandurft om maar een klein ellendig nederzettinkje op de Westoever te ontruimen begint niet aan de Golan.
Gelukkig hebben alledrie een nooduitgang: ze kunnen zich verschuilen achter de dreiging van de Iraanse bom. In koor roepen ze dat dat de grootste bedreiging is voor het voortbestaan van Israel. Laat die Palestijnen maar zitten, dit is het echte probleem zeggen ze. Als we dat probleem oplossen – hoewel het niet duidelijk is hoe – dan hebben we daarna de handen vrij voor de Palestijnen.
In werkelijkheid is het natuurlijk precies andersom. Teken een vredesaccoord met het Palestijnse volk, en daarmee heb je het kleed onder de voeten van Ahmadinejad getrokken.
Verder durven ze alledrie niet veel. De economische crisis. Moet aan gewerkt worden. Hoe? Weten ze niet. Scheiding van staat en religie? Eindelijk eens het invoeren van een burgerlijk huwelijk, een eind aan de privileges van yeshiva studenten die niet in dienst hoeven? Normaal onderwijs, Engels en rekenen, op religieuze scholen? Beginnen ze niet aan, dan krijgen ze de orthodoxen tegen.
En de Arabische staatsburgers? Ja, die mogen op ze stemmen, dat wel. Maar beloof ze vooral niks. Werkelijke gelijkheid? Alsjeblieft niet. Cutlurele autonomie? Dat al helemaal niet.
Dus maakt het wat uit wie van de drie gaat winnen straks? Het is kiezen tussen kiespijn, migraine, en een zere rug, zegt Avnery. Het verschil tussen slecht, nog beroerder, en helemaal verkeerd.
Nou ja, met een pistool tegen zijn hoofd wil Avnery nog wel zeggen dat Netanyahu de allerslechtste is, want die neemt niet alleen een rechtse ploeg mee, maar ook ultra-rechtse, om niet te zeggen fascistische elementen. In de bijna – en terecht – verslagen Arbeidspartij zit nog tenminste een beetje traditie dat lijkt op sociaal-democratie. En wie weet zou Livni nog een beetje mee kunnen vallen. Een beetje.
De kleine partijtjes gaan het niet worden. Het wordt een van de grote drie. Daar gaat dus niets goeds van komen. De enige vraag is nog: hoe slecht.
Er zou eindelijk eens een nieuwe weg ingeslagen moeten worden, zegt de aartsoptimist Avnery, die deze week vijf en tachtig wordt en nog steeds denkt aan de mogelijkheid voor iets nieuws, een linkse partij die tegemoet komt aan de wensen van het progressieve, democratische, seculiere deel van de natie, een partij die werkelijk met oplossingen durft te komen. Een soort Obama-wonder is wat Israel nodig heeft.
We helpen hem hopen.
(In dit stuk heb ik wat Avnery zegt wat los uit de pols samen gevat. Voor de authentieke tekst: hier.)
Je zult het mogelijk ook vernomen hebben, via het nieuws gisteravond: Tzipi Livni heeft beweerd dat als zij de verkiezingen wint, zij er zorg voor zal dragen dat Hamas wordt uitgeschakelt.
Tenzij ze dan werkelijk wil overgaan tot een totale genocide, en de hele boel laat platbombarderen, in plaats van een langzame poging tot wurging van de gehele bevolking van Gaza, kan ze dat niet en iedereen weet het.
Wat een gitzwart draaiboek voor een kleurloze zwartfilm.
Nu vind ik de ontwikkeling in Isr. erg, maar de onverschilligheid die de westerse wereld ten toon spreidt ten aanzien van het lijden van de Palestijnen is even erg. Als het westen druk op Isr. zou uitoefenen dan zou Isr. wel serieuzer zijn. Nu is Isr. een stok om Ahmadinejad te slaan en Syrië bezig te houden. Een instrument in de “by proxy war” tegen Iran.
In 2009 zal men denken: De Westbank? Was dat niet een filiaal van de Landsbanki?