Tot hier en niet verder

gazafebr08-160-83.jpg
(Hedy d’Ancona)

Om over na te denken, mogen mensen aan het einde van hun leven besluiten dat het genoeg is geweest? Onder andere Hedy D’Ancona pleit ervoor dat mensen voor wie het leven echt op is hulp krijgen om er een punt achter te zetten. Simpel is dat niet: het betekent ook veel voor de mensen om je heen, en voor de arts die je hulp zou moeten bieden: eisen kun je het in ieder geval niet. Clara Legêne schreef er over op haar weblog, een doordacht en genuanceerd verhaal. Een citaat:

Ik heb in de laatste weken van mijn man ervaren dat het zo inderdaad werkt: omdat hij wist dat hij elk moment mocht aangeven dat hij wilde sterven en de middelen ervoor klaar stonden, verdween zijn onrust. Dat maakte dat hij zich kon richten op het nu, omdat hij gerust was over straks. Daardoor verlegde hij dagelijks zijn eigen grens, en kon hij – hoe vreemd dat ook klinkt bij iemand die doodziek is – de waarde van het leven blijven ervaren en ervan genieten. Ook al was het op het einde nog maar enkele minuten per dag. ‘Het lijden heeft ook een taak’ zeiden we vaak tegen elkaar. Hij kon zich klaarmaken voor het sterven omdat hij mocht sterven. En ik kon de moed opbrengen dichtbij hem te zijn en hem vast te houden, omdat ik hem door dat euthanasieprotocol eigenlijk al had vrijgelaten. Hij bleef omdat hij zelf nog wat wilde blijven. Niet omdat ik hem niet wilde laten gaan. Ik had dat @78 Veronica en haar man ook gegund, want het was ondanks alle ellende intens mooi. En toen hij echt niet meer kon, kreeg hij de hulp die hem was beloofd. Euthanasie is wat anders dan het voorstel dat nu voorligt, maar het effect zal denk ik hetzelfde zijn.

Het hele verhaal: hier.

Het artikel in het NRC, hier.

De website Uit vrije wil, hier

33 gedachten over “Tot hier en niet verder

  1. Ha Anja, wijkt jouw standpunt af van dat van de SP met betrekking tot dit initiatief? Ik heb er nog niemand uit de SP-hoek over gehoord verder.

  2. Je weet mijn standpunt nog niet, Geert, aangezien ik dat zelf nog nauwelijks geformuleerd heb. Ik vind het wel een vraagstuk om over na te denken, en ik verdiep me dus in wat anderen, die ik in principe hoog heb zitten zoals Hedy of Clara daarover zeggen. Ik ben er nog niet klaar mee.

    Verder betekent het feit dat je verder nog niemand uit de SP-hoek hebt gehoord dat er kennelijk geen vastomlijnd SP standpunt is, dan wel dat al die andere SPers even wat anders te doen hebben.

    En verder zijn de enige vastgelegde SP-standpunten die die door de partijraad zijn bediscussieerd en goedgekeurd, bijvoorbeeld voor het verkiezingsprogramma. Het feit dat een SPer ergens iets zegt maakt dat nog niet volautomatisch ‘het’ SP-standpunt. Ook het mijne niet.

    Op dit moment lijkt het me goed om zorgvuldig na te denken, en de argumenten aan te horen.

  3. Ja, dank je wel, Joey, maar als het simpelweg om euthanasie ging dan was daar nu niet een nieuw initiatief voor, want dat is al geregeld.

  4. Ik heb op jonge leeftijd mijn ouders verloren, Verder stierf ook mijn vrouw op jonge leeftijd en mijn oudste zoon is ook jong gestorven. Een lange tijd in mijn leven heb ik, naast mijn reguliere baan,in binnen- en buitenland muziek mogen maken (viool) tot ik getroffen werd door de ziekte van Meniére (doofheid en duizelingsaanvallen) Ik hoor thans muziek als een brei van geluiden. De val van Joegoslavië was een groot verdriet voor mij, evenals datgene wat er nu allemaal in het Midden Oosten (vooral Gaza) gebeurt. Door het e.e.a. zit ik best wel eens in een flinke dip. Toch zijn er ook van die momenten, dat het leven prachtig is en dat je blij bent, dat je er mag zijn. Die vreugde zou echter nog groter zijn als je
    er zeker van zou kunnen zijn, dat je je leven – eventueel met hulp van anderen – op een door jezelf gekozen tijstip zou kunnen beeindigen. Het moment waarop je zal zeggen: “Het is genoeg geweest”. Het zou mij een extra dosis rust geven.
    Belangrijk is echter wel dat je hier over in gesprek blijft met je dierbaren, opdat er wederzijds begrip ontstaat, zodat de rust die je jezelf toewenst, ook bij je nabestaanden en hulpverleners aanwezig is.
    Ik ben 80 jaar geworden, ik heb de petitie getekend.

    Jan.N

  5. Euthanasie is voor mij gelijkwaardig aan menselijkheid. Het verbieden ervan gelijk aan onmenselijkheid. Ik heb van tamelijk dichtbij meegemaakt dat euthanasie genade was, en het onthouden ervan een drama, en een trauma voor de nabestaanden. Maar dat ging over het verkorten van de lijdensweg die onherroepelijk naar de dood leidde.

    Maar het is een glijdende schaal, lijkt me, met aan de ene kant deze onmiskenbaar duidelijke gevallen, ergens daartussen de mensen die klaar zijn met leven en die echt onherstelbaar levensmoe zijn, en aan de andere kant eenzame mensen die de hoop opgegeven hebben dat ze het ooit nog beter krijgen. Er zijn verschrikkelijke verplegingstehuizen waar je liefst maar zo snel mogelijk dood gevonden wilt worden, want dan ben je tenminste uit je lijden verlost. Er is moordende eenzaamheid die niet eens zozeer het gevolg is van het overlijden van naasten, alswel van onverschilligheid en bureaucratie. Moeten we mensen ook uit dat lijden verlossen? Is het menselijk om mensen te verlossen uit dergelijke onmenselijke omstandigheden? Of is het onze taak om daar eerst eens wat aan te doen?

    En waar leg je de grens? Hoe schrijf je een wet die dat onderscheid goed maakt?

  6. Jan, jij geeft precies het voorbeeld waar het om gaat, niet maar een mening, zoals iedereen er wel een paar heeft, maar doorleefd denken. Iedereen maakt verlies mee, maar voor jou het verlies van je muziek, dat heeft wel iets heel groots uit je leven weggenomen.
    En wat jij laat zien is dat het niet een kwestie is van een opwelling, of een moment dat je nog in diepe rouw bent en denkt er nooit overheen te kunnen komen, maar juist aan de andere kant ervan, niet jong meer, gelouterd, en jij zegt: het zou me rust geven als ik wist dat het mocht. Dat hoor ik vaker, dat het juist die rust is die maakt dat mensen het nog wel een tijd willen, soms ook vanwege hun naasten. Want dit is ook iets wat je in wijsheid zegt: dat je ook bedenkt wat het betekent voor je dierbaren.

    Ik heb een paar keer in mijn leven meegemaakt dat iemand er een punt achter zette, en de nabijen in volkomen ontreddering achter lieten. Mensen in schuldgevoel: had ik iets kunnen of moeten doen. Partners en kinderen met voor de rest van hun leven een flinke deuk: was ik dan niet de moeite waard om voor te blijven leven? Zo moet het liever niet, als het maar enigszins te vermijden is. Hoe het ook niet moet is dat mensen in het zwartste van een depressie er tussen uit knijpen, als er wel hulp mogelijk zou zijn geweest. En wat ook niet moet is dat mensen het niet meer zien zitten omdat ze niet voldoende zorg kunnen krijgen die ze de ruimte geeft om met klein plezier en grote waardigheid, en nog steeds meesters over hun eigen leven een goede levensavond door te maken.

    Daar moeten we in ieder geval voor zorgen, dat we er alles aan doen om mensen die psychische problemen hebben te helpen, en iedereen een omgeving te gunnen waarin het goed oud worden is. Maar dan nog blijven er mensen voor wie het op een gegeven ogenblik echt genoeg is geweest. Ik weet niet of ik daar zelf ooit bij zal horen, zoals ik mezelf nu ken, ‘nog maar’ vijf en zestig, stel ik me voor dat ik heel lang door kan gaan met de zin van leven te ervaren. Maar ik heb ook mensen heel ongelukkig dement zien worden, ik zie ook wat het kan betekenen als je lichaam het begeeft, en ik heb een paar mensen gekend die dat laatste stukje ellende niet af hebben willen wachten. Ik heb dat met respect gevolgd en gezien dat het goed was, ook voor de mensen om hen heen.

    Ook denk ik, ik ben gelovig maar ik geloof niet dat dat daarvoor nodig is, dat leven kostbaar goed is. Dat je het niet zomaar wegdoet. En dat er toch een punt kan komen dat het genoeg is geweest.

    Zo heb ik ook nooit lichtvaardig over abortus gedacht. Het blijft hoe dan ook een beslissing waarmee je mogelijk leven afsnijdt. Nee, dat vind ik geen ‘moord’, maar wel een beslissing om het begin van leven niet verder te laten gaan. Toch ben ik tegelijkertijd ook voor de legalisering van abortus geweest, omdat kinderen het recht hebben om gewenst geboren te worden, en je ze de kansen van een goed begin gunt.

    Het blijft altijd afwegen, en als het een kwestie is waar we het moeiijk mee hebben, dan is daar een goede reden voor. Over leven en dood horen we niet al te simpel te oordelen.

    Die twee kanten: dat er mensen zijn die je het gunt om die laatste beslissing zelf te nemen, en je tegelijk wilt vermijden dat mensen niet meer willen omdat ze liever dood gaan dan in een vreselijk verpleeghuis te zitten, ik weet niet of die in een goede wet te vatten is. Inderdaad: waar leg je de grens. Maar ik wil er met de mensen van het initiatief, zoals Hedy die ik vertrouw, graag over doorpraten of dat zou kunnen.

  7. Wat mij niet geheel duidelijk is hoe men deze hulp bij zelfdoding vorm wil geven. Ik lees vaag iets over verpleegkundigen die de dodelijke injectie zouden moeten kunnen geven( maar misschien heb ik dit verkeerd begrepen). Ik ben zelf verpleegkundige en ik zou nooit en te nimmer een dergelijke injectie willen geven. In het verleden heb ik wel meegeholpen om het einde voor een patiënt dragelijk te maken, met behulp van pijnstilling. Dat is echter een heel ander verhaal. Ik vraag me af of met dit voorstel het recht van de een, ineens de plicht van de ander wordt, zonder dat die ander hier mee instemt.
    In mijn loopbaan heb ik heel wat mensen zien sterven, soms langzaam soms snel. Nooit heb ik iemand gezien die lijden niet kon dragen. “Een mens lijdt vaak het meest door het lijden dat hij vreest ,maar wat nooit op komt dagen”. Een hele oude wijsheid ,maar nog steeds heel erg waar. Bij elke stap in het stervensproces raak je verder op je weg en kun je dat ook weer aan. Het is vaak de familie die het niet aan kan zien .

  8. @ Jan Noort (5):

    Jan Noort, wat heb je het te verduren gehad. Ik kan je verhaal helemaal navoelen.
    Ik hoop, dat je de muziek -waar we het elders over hebben gehad, weet je nog?- nog in je hoofd en hart meedraagt.

    Onlangs las ik in een krant een interview met een man, wiens vader, na goed overleg met zijn nabestaanden, uit eigen vrije wil had gekozen voor de dood. De zoon kon het aanvaarden toen zijn vader hem uitlegde wat het voor hem zelf betekende, om langzaamaan steeds dementer te worden: hij beschreef dat als achteruit een trap aflopen, zonder te weten waar die trap eindigt…..

    Ook ik heb de petitie getekend.

  9. Citaat uit Clara’s stuk:

    “Ik heb daarom al eens voorgesteld om het ‘niet meer verder willen leven’ evenals vele andere ziekten een Latijnse naam te geven. Zodat het de gewenste status krijgt van een wetenschappelijk benoemde, onderzochte en voor het grote publiek herkenbare en gerespecteerde ziekte.”

    Hierbij heb ik grote vraagtekens. (Ik ben er dus nog niet uit). Gaat het werkelijk om een “ziekte”? Die dan ook nog “wetenschappelijk benoemd en onderzocht” is? Is een Latijnse, “dure” naam nodig om gerespecteerd te worden door “het grote publiek”? En moet dit laatste respect wel perse?

    Ik vermoed dat geen enkele medische basis kan (en overigens ook niet hoeft) te worden gevonden voor het gevoel van iemand die niet meer verder wil leven, omdat hij daarin geen enkele zin meer ziet en ook geen zin meer heeft daarin. Voor mij hoeft er dan ook geen sprake te zijn van “ziekte”. De levensdrift van de mens is in het algemeen zo groot dat er heel wat aan vooraf gaat (maar dus niet perse ziekte) voordat hij zo ver komt. Een mens gaat zeker in dit geval niet over één nacht ijs.
    Natuurlijk, alle mogelijkheden moeten worden bezien of er toch nog alternatieven zijn te vinden voor een mens met zo ’n doodswens, en ook moet erop worden gelet of er wellicht sprake is van een tijdelijke, oplosbare depressiviteit o.i.d. Dus contact en overleg is essentieel. Maar als het duidelijk is dat iemand, die over zijn verstandelijke vermogens beschikt, voortdurend de wens heeft te gaan, zal hem die mogelijkheid moeten kunnen worden geboden, om te voorkomen, dat hij zich gedwongen ziet voor een onzekere of mogelijk zelfs gruwelijke dood te kiezen.

  10. Kan het zijn dat jij de dik er bovenop liggende ironie van Clara niet helemaal begrijpt, Olav? Dat we in een land wonen waar gewoon in het Nederlands geformuleerde problemen pas status krijgen (en dus onderzoek en dergelijke) als je ze een gewichtige naam geeft? Claar zelf ooit betrapt op zulke dikdoenerij, Olav?

  11. @Anne-Marie
    Je schrijft: “Er zijn verschrikkelijke verplegingstehuizen waar je liefst maar zo snel mogelijk dood gevonden wilt worden, want dan ben je tenminste uit je lijden verlost.

    Ik vind dat je dit niet zomaar zo kunt en mag stellen. Om drie redenen.

    De eerste is, dat je niet de angst van mensen om – verschrikkelijk vooruitzicht – in een verpleegtehuis te eindigen mag verwarren met de situatie in de verpleegtehuizen zelf.

    De tweede is dat je, door het ‘verschrikkelijke verpleegtehuizen’ te noemen, het personeel in die verpleegtehuizen enorm op de ziel trapt. Zij doen hun vaak letterlijk stinkende best, het hun bewoners zo comfortabel mogelijk te maken. Dat er vele zaken beter kunnen en beter moeten in de verpleegzorg ligt bepaald niet aan het personeel. Zij zijn de eersten om dat te beamen.

    En de derde reden is, dat de discussie over euthanasie voor mensen die geen levensenergie meer hebben m.i. niet in de eerste plaats bepaald wordt door hun omstandigheden, maar door hun onomkeerbare verlies van energie. Je kunt in het mooiste verpleegtehuis ter wereld liggen, omringd door de mooiste liefde en zorg, en toch echt niet meer verder willen. Omdat je je energie verloren hebt.

    Dat is geen excuus om niets aan hun omstandigheden te doen. Dat moet te allen tijde. Maar niemand, echt niemand kan mensen die in dat stadium zijn gekomen dat het voor hen niet meer hoeft (oud en der dagen zat, heette dat vroeger) hun energie teruggeven. Een lekke ballon kun je opblazen wat je wilt, maar hij blijft lek (met excuses voor het oneerbiedige voorbeeld).

    Overigens kunnen mensen wel degelijk zelf nu ook al voor versnelling van het stervensproces zorgen, door de keuze te maken voor versterven. Stoppen met eten en drinken. Sedatie, dus. Gebeurt al vaak. Maar de vraag is dus waarom dat wel door de omgeving wordt toegestaan en begrepen, maar een snellere en humanere oplossing niet.

  12. @Olav

    Je schrijft: “Gaat het werkelijk om een “ziekte”? Die dan ook nog “wetenschappelijk benoemd en onderzocht” is? Is een Latijnse, “dure” naam nodig om gerespecteerd te worden door “het grote publiek”? En moet dit laatste respect wel perse?

    Ik bedoelde dit inderdaad ironisch, maar wel noodzakelijk ironisch. Het is volkomen begrijpelijk dat de samenleving schrikt van de idee dat mensen zouden mogen vragen om er met hulp uit te stappen. Dat gaat dwars tegen alle normen, waarden, geloof in het leven in. En de mensheid als collectief is (biologisch) van nature gericht op beter maken, vooruitgang, voortplanting, instandhouding van de soort. Dat verklaart dus (deels) de grote weerstand tegen dit voorstel.

    Ik ben er, net als Ina, geen voorstander van om de daadwerkelijke hulp in handen van nieuwe specialisten of van verpleegkundigen te leggen. Omdat het, net als bij euthanasie, hoe dan ook om een medische handeling aan het menselijk lichaam gaat. Als je die redenering doortrekt, moet de medische handeling niet alleen gelegitimeerd en juridisch getoetst kunnen worden, maar ook algemeen geaccepteerd worden. En daar gebruikte ik mijn NPU voor. Want zo zitten we als collectief tegenwoordig nou eenmaal in elkaar. Als iets eenmaal een betrouwbaar klinkend medisch etiket heeft gekregen, staat de weg naar behandelwijzen (en geld) open.

    Ter vergelijking: sommige kinderen krijgen het etiket PDD-NOS. Pervasive Developmental Disorder – Not Otherwise Specified. Met andere woorden: ‘een stoornis die niet als een andere stoornis is’. Met andere woorden: een nog onbekende stoornis, waarbij NOS staat voor: we tasten volledig in het duister. Maar toch knikt iedereen heel begrijpend als een kind PDD-NOS heeft. En is er ruimte en geld voor behandeling. En wordt er voortaan rekening mee gehouden. Misschien een krom voorbeeld, maar ik wil aangeven dat de samenleving een legitimatie zoekt en die kennelijk vindt in een gemedicaliseerd etiket.

    Welnu, zo redeneerde ik, geef dan de wens te mogen sterven ook een medisch etiket. Het is niet mijn ironie, het is de samenleving die nou eenmaal zo in elkaar steekt. Want ik vrees dat het etiket dat nu wordt gehanteerd: ‘voltooid leven’, de discussie gaat toespitsen op wat in individuele gevallen ‘voltooid’ mag worden gevonden. In mijn ogen een doodlopende discussie, want het leven is nou eenmaal nooit voltooid. Zelfs de dood is geen voltooiing van het leven. Maar dat is weer een geheel andere discussie.

  13. Ik wil je even bedanken, Clara, dat je zo rustig en gewetensvol deze discussie aangaat. Ik had er nog niet veel over nagedacht, en doe dat nu, en het helpt mij hoe goed je de zaken onderscheidt.

    Ik bedacht bijvoorbeeld ook dat ik in Gaza, bepaald geen leuk land om in te leven, meemaak hoe anders er daar met ouderen omgegaan wordt. Daar hoeft vrijwel niemand het gevoel te hebben onproductief en uitgerangeerd te zijn, daar blijven vaders en moeders als bejaarden het geëerde hoofd van de grote familie. Vrouwen, bijvoorbeeld, stijgen in status als ze ouder worden, kom daar hier maar eens om. Ik herinner me de moeder van Ramadan die als een koningin in haar rijkje zat, zich liet bedienen door de schoondochters, haar hand liet kussen door haar zoons, met de kleinkinderen speelde en ze waste in een plastic bak tussen haar knieen die ze zich liet brengen – als ze daar zin in had. In Gaza is het absoluut heiligschennis om je bejaarde ouders niet met alle eerbied te omringen.

    Maar ook daar heb ik gezien waar jij het over hebt: een oude man, vader van mij man, zijn vrouw gestorven met wie hij als een stel parkieten elke dag op het bankje voor het huis zat als zij de ontbijtboel voor de gehele veertigkoppige familie en maar praten – mijn man zei ik heb geen idee waar ze elke dag over praten maar ze praten uren. Toen ze stierf was er bijna niets meer van hem over. De familie heeft nog overwogen of hij niet opnieuw moest trouwen. Maar met zijn vrouw was er ook aan zijn levensenergie een absoluut einde gekomen. Ondanks alle pogingen om hem op te vrolijken en hem nooit alleen te laten was hij een bijna doorzichtige zwijgende schim. Hij is uit zichzelf tamelijk snel dood gegaan, gewoon op. Daar is het een volstrekt taboe om zelfs maar te denken aan het zelf beëindigen van je leven, maar dit was zo duidelijk: alle levensenergie geweken en niets meer aan te doen.

    Maar dit kon je zien: zelfs de allerbeste zorg, en die kreeg hij, kon die levensenergie niet meer opwekken.

    Ik denk wel eens dat veel ouderen zich in ons rijke westen heel anders zouden voelen als ze niet van alle kanten te merken kregen dat ze eigenlijk overbodig zijn, misschien zelfs hun kinderen tot last. En dan die akelige opgewekte commerciële pogingen om ze nog een leuke derde levensfase aan te smeren, compleet met dure stoelen die je helpen met opstaan. Ik zou wel willen dat we opnieuw leerden beter met ouderen om te gaan. Maar daar kunnen we niet op wachten. En het is echt nog wat anders als iemands levensenergie echt op is. Door de woorden die je daar aan gaf zag ik het ook echt voor me. De mensen voor wie dat ook echt zo was.

  14. Nou, over zo’n sta-op-stoel moet je niet te licht denken, Anja. Ze zitten heerlijk en veel ouderen hebben er een hoop lol van. Ik zou er best graag zelf een willen. Maar verder met je eens.

    Ik kreeg natuurlijk de vraag wat ik bedoel met ‘het leven is nooit voltooid’. Want ieder leven is toch op zeker moment voltooid? Ik moest eigenlijk naar een wereldrecordpoging roeien op de Markt, het davert hier van het carnaval, maar heb mijn best gedaan daar een antwoord op te formuleren. Hier.

  15. Ach en wat een mooi verhaal, over ‘het leven is nooit voltooid’.

    Die stoel gaat mij echt te ver, nu nog wel. Ik ben de horde naar orthopedische schoenen al over, orthopedische schoenen, hoor je dat? Ikke! Or-tho-pe-di-sche schoenen! Ik die altijd op kittige laarsjes met hakken liep (en mijn poten er mee vernielde) Dus aan zo’n stoel wil ik nog NIET denken.

  16. Ik zet mijn handtekening niet onder deze actie. Een belangrijk psychologisch gegeven wordt in de discussie niet, of niet voldoende onder de loep genomen. Vele mensen, die vôôr de pil er kwam, geboren zijn- nu in de 70 of 80 of ouder, waren ONGEWENSTE kinderen. Dat hebben zij vanaf hun diepste jeugd ervaren. Het gevoel ongewenst te zijn is hen in de vezels gegrift. Bij deze mensen is de kans groot dat zij zich eenmaal oud en versleten, nergens meer goed voor, een last voor de omgeving ervarend, aan het ondraaglijk gevoel TE VEEL te zijn zullen willen ontsnappen door zelf het initiatief te nemen zichzelf op te ruimen. Anja heeft gelijk, hadden we in Nederland zoals de mensen in Gaza nog het onwrikbare gevoel dat een mens hoe oud en versleten en de dagen zat die ook is, voor zijn naasten ‘heilig’ is.
    Hoe vaak komt het niet in de beste kringen voor dat toekomstige na-bestaanden heimelijk verlangen naar de dood van een ‘lastig’ oudje ? Het ongewenste kind van weleer, altijd al gewend zich zo klein mogelijk te maken, zo weinig mogelijk te storen, weet haarfijn elk teken van ongeduld op te vangen en wat hem/haar te doen staat wanneer hij/zij opnieuw ONGEWENST voelt: Er zelf een einde aan maken. Dit heb ik met eigen ogen kunnen zien.
    De euthanasie discussie, al tientallen jaren aan de gang, is naar mijn smaak te veel vervuild geweest door tal van niet edele motieven van deze samenleving, voortdurend bezig met bezuinigen op alles en iedereen waar geen winst (meer) uit te halen valt.
    Voor mezelf weet ik nog niet of het een zegen of een vloek zal blijken dat euthanasie een optie geworden is. Ik vind het erg zwaar om te zien hoe snel hoe vanzelfsprekend de vraag opduikt, wel of niet kiezen voor euthanasie, zodra bij iemand een levensbedreigende ziekte vastgesteld is. ‘

  17. Ik herken veel in Clara’s woorden over het leven dat nooit voltooid is.
    Nog een overweging, die voor mij persoonlijk in ieder geval geldt. Door voor euthanasie te kiezen, doe je je zelf te kort. De kans dat de tijd die je nog zou hebben zonder voor euthanasie te kiezen betekenis kan hebben voor jezelf en voor degenen die je dierbaar zijn, laat je jezelf ontglippen.
    Vaak lees je in de verhalen waar een stervensproces wordt beschreven waar uiteindelijk voor euthanasie wordt gekozen dat er angst is,de angst niet in staat te zijn met de werkelijkheid van dat moment te kunnen omgaan. En dat is dan het moment waarop gekozen wordt om het leven te beëindigen. Door te kiezen, om niet die angst het hoofd te bieden ontzeg je jezelf de mogelijkheid om die laatste momenten van innerlijke groei te kunnen meemaken/beleven.

  18. Olav Meijer (11)

    Ook hartelijk dank voor je sympathieke reactie. Ik denk, dat we het wel eens zijn met elkaar. Wat de muziek aangaat, kan ik me dat nog goed herinneren. “Mag/kan je van prachtige muziek houden als de componist gekoketteerd heeft met een afschuwelijk regiem”. ( R. Strauss “Vier letzte lieder) Ik was het eens met je antwoord.
    Sorry voor een wat late reactie.

    Jan.N

  19. @ Anja (13):

    Neen, Clara heb ik nooit betrapt op dikdoenerij. Daarom was ik juist zo verbaasd. Maar kennelijk had ik onvoldoende doorgedacht.

    Clara (15):

    Dank voor je uitleg.
    Toch ben ik geen voorstander van een nieuw “medisch etiket”. Want het is au fond geen medische kwestie. Of “voltooid leven” een gelukkige term is, is weer wat anders. Daar zet ik ook vraagtekens bij. Het gaat tenslotte om “vita non plus desiderata” (VNPD) :).

    Voor mij weegt het zwaarst: het ultieme zelfbeschikkingsrecht van elk individu over zijn leven, een beetje zoals vrouwen ook baas in eigen buik mogen zijn. Waarmee ik niet zeg, dat het niet om heel moeilijke kwesties zou gaan, waarbij zorgvuldige afwegingen moeten worden gemaakt.

    Ik blijf steeds maar denken aan die vergelijking van die oude, beginnend dementerende man die zelf voor de dood koos: hij beschreef zjn situatie als achteruit een trap aflopen, zonder te weten waar die trap eindigt…. (zie nr. 11).
    Ook moet ik denken aan die Engelse TV-presentator, die jaren geleden, toen er nog geen AIDS-remmers waren en AIDS een snellere of langezamere dood betekende, zijn geliefde, die AIDS in een ver stadium had, uit liefde verstikte. Zij hadden dat met elkaar afgesproken. (Aldus die presentator).

  20. De discussie is natuurlijk nog niet afgelopen.

    In Trouw een opiniestuk van Agnes Kant en Renske Leijten, die betogen dat een goede ouderenzorg veel ‘levensmoeheid’ zal wegnemen. hier

    Vandaag in Trouw een antwoord van het NVVE: de SP moet beter luisteren naar de ouderen zelf. Het is niet alsof het probleem niet zou bestaan wanneer we maar iets doen aan de zorg en de eenzaamheid. Het punt is nu juist dat het gaat om mensen die geen zorg ontberen en niet eenzaam zijn en toch vinden dat het tijd is om hun leven af te sluiten, zegt Walburg de Jong.
    Ik zag op de Trouw website nog geen linkje naar de brief.

    Clara stuurde een link:hier

  21. Camille (@19) schrijft:
    Bij deze mensen is de kans groot dat zij zich eenmaal oud en versleten, nergens meer goed voor, een last voor de omgeving ervarend, aan het ondraaglijk gevoel TE VEEL te zijn zullen willen ontsnappen door zelf het initiatief te nemen zichzelf op te ruimen.
    En even verder: “Hoe vaak komt het niet in de beste kringen voor dat toekomstige na-bestaanden heimelijk verlangen naar de dood van een ‘lastig’ oudje ?” en “De euthanasie discussie, al tientallen jaren aan de gang, is naar mijn smaak te veel vervuild geweest door tal van niet edele motieven van deze samenleving, voortdurend bezig met bezuinigen op alles en iedereen waar geen winst (meer) uit te halen valt.

    Camille, het is heel goed denkbaar dat er mensen zullen zijn die om wat voor reden ook vinden dat ze er beter niet meer kunnen zijn. Zoals er ook mensen zullen zijn die in stilte naar de dood van iemand zullen verlangen. Je derde argument, dat de euthanasiediscussie ingegeven zou zijn geweest door de wens onrendabele mensen maar af te maken is grote onzin. Ik heb er geen enkel voorbeeld van gezien of gehoord, destijds.

    Maar je gaat bij al je argumenten kennelijk uit van een situatie waarin iemand zelf, of zijn omgeving, wil dat er hulp bij zelfdoding wordt gegeven en dan hoppa wordt er hulp bij zelfdoding gegeven. Klaar. Opgeruimd staat netjes.

    Dat is nu bij het verzoek tot euthanasie niet het geval en zal het bij het nieuwe voorstel ook niet zijn. De wens te mogen sterven is een eerste stap, waarna (net als bij euthanasie) door meerdere hulpverleners die wens, dat verzoek, wordt getoetst aan zorgvuldige criteria. Als iemand zich ongewenst voelt, komt dat er ongetwijfeld uit. Als familie het niet meer aan kan zien, of er schoon genoeg van heeft, komt dat er ongetwijfeld ook uit. En dat zijn allemaal geen geaccepteerde criteria om tegemoet te komen aan de wens te mogen sterven. Dat is nu niet zo en zal het ook straks niet zijn.

    Ik hoop dat ik je zo een beetje gerust heb kunnen stellen.

  22. Olav (@22) schrijft: “Toch ben ik geen voorstander van een nieuw “medisch etiket”. Want het is au fond geen medische kwestie.

    Olav, het recht op zelfbeschikking is in beginsel inderdaad geen medische, maar een ethische kwestie. Je reactie legt het essentiële dilemma in de discussie bloot.

    Als jij een goed onderbouwde doodswens hebt, een verzoek daartoe uitspreekt, als het verzoek getoetst is en aan alle zorgvuldigheidseisen is voldaan, dan komt dus het moment dat je met hulp van iemand anders mag sterven. Iemand moet het dus doen, of beter gezegd: jou helpen het zelf te doen.

    Daar moeten we goed over nadenken. Iemand helpen zijn leven te beëindigen is nu in de euthanasiewet geregeld en is uitsluitend voorbehouden aan artsen. Omdat het een medische handeling aan het lichaam betreft. Die niet alleen uitgebreid vooraf en achteraf moet kunnen worden getoetst, maar waarbij ook door behandelend arts en apotheker zorgvuldig het voor de betreffende patiënt geschiktste middel wordt gekozen.

    Op het moment dat hulp bij zelfdoding wordt gegeven, maakt het niet meer uit of het om uitzichtloos, ondraaglijk en onomkeerbaar fysiek lijden gaat, of om wat de NVVE ‘voltooid leven’ noemt. Iemand helpt een ander te sterven.

    Ik weet niet hoe het met jou zit, Olav, maar voor mij is het een harde voorwaarde dat een arts degene is die het doet. Niet een verpleegkundige, niet een speciaal daarvoor omgeschoolde hulpverlener met een niet-medische achtergrond. Maar een arts die niet alleen weet wat hij doet, maar ook hoe hij het moet doen. En die bereid is mij te helpen.

    Lijden aan voltooid leven mag dan in eerste instantie niet gevoeld worden als ziekte, iemand helpen te sterven is en blijft een medische handeling. Vergelijk het (sorry) met de doodstraf in USA, waarbij ook artsen degenen zijn die als medisch verantwoordelijken het proces bewaken. En daar zit dus precies de kneep.

    Want de discussie zal dus onherroepelijk moeten gaan over de vraag of de samenleving bereid is de wens te mogen sterven, ook als er geen sprake is van uitzichtloos en ondraaglijk lijden, te zien als ziekte. Vandaar dat ik daar met mijn voorstel een voorschot op nam.

  23. Ina (@20) schrijft: “Door voor euthanasie te kiezen, doe je je zelf te kort.

    Ina, ik begrijp wat je bedoelt. Dat is wat wij noemden: ‘het lijden heeft ook een taak’. Het lijden kan jou (en de mensen eromheen) helpen te accepteren dat de dood onvermijdelijk is. En door dat te accepteren komt er ruimte voor reflectie, afscheid nemen, afhechten.

    Maar ik zou het niet zo absoluut durven formuleren als jij. Voor de een zal inderdaad gelden dat hij zichzelf te kort doet als hij niet het hele (spirituele) padje afloopt. Maar er zijn ook genoeg mensen voor wie het lijden zo onmenselijk wreed is dat ze maar één wens hebben: alsjeblieft, verlos me. Zolang het draaglijk is, kun je dat padje aflopen. Maar dat is niet voor iedereen weggelegd. En daarbij heeft, vermoed ik, ook niet iedereen het vermogen of de behoefte de laatste fase te ondergaan als moment van innerlijke groei.

    Overigens ken ik uit de literatuur en praktijk geen voorbeelden waarbij de angst voor het sterven doorslaggevende reden was iemand euthanasie te gunnen. Jij wel?

  24. Op de webside van de NVVE heb ik laten weten, dat ik het als SPer eens ben met de reactie van Walburg de Jong. Verder dat ik 80 jaar ben en het leven nog niet zat ben.

    Jan.N

  25. @ Clara (25):

    Een wat verlate recatie van mij.

    Op dit moment weet ik het nog niet zo zeker, of het een harde voorwaarde zou moeten zijn, dat een arts de hulp bij zelfdoding zou moeten geven. Een arts kan, net als bij euthanasie het geval is, natuurlijk weigeren mee te werken. Op die manier is de persoon om wie het gaat dus afhankelijk van een professional die wel deskundigheid bezit op het gebied van praktische uitvoering, maar niet qualitate qua op het gebied van de beslissing zelf. De arts kan die beslissing dus saboteren.
    Ook bepaalde categorieën niet-artsen zijn duskundig op het gebied van praktische levensbeëindiging. Een grotere groep dan die van de artsen zou dus de noodzakelijke praktische hulp kunnen bieden. Dat vind ik belangrijk, omdat mensen niet door praktische belemmeringen gedwongen zouden moeten worden hun toevlucht te nemen tot afschuwelijke, andere mensen direct confronterende en beschadigende, of qua effect twijfelachtige vormen van levensbeïindiging.
    Het meest cruciale punt is in mijn ogen: op welke wijze kan een helper bij levensbeëindiging verantwoord de beslissing nemen om die hulp daadwerkelijk te verlenen?

  26. Daar is al antwoord op gegeven, Olav. Zo gauw het gaat om hulp bij zelfdoding kun je er niet omheen dat dat ook een lichamelijke, dus medische handeling is. Dat zou zeker niet moeten mogen zonder medisch toezicht, artsen zijn bovendien door hun opleiding gebonden aan ethisch handelen, dat wil zeggen nooit de handeling bij euthanasie verrichten zonder dat er zorgvuldig is voldaan aan alle voorwaarden, dus ik zou zeggen, laat dat ook in medische handen blijven. Die hebben er tenminste voor doorgeleerd, en hoe paradoxaal dat ook klinkt, ik vertrouw beslissingen over de dood meer toe aan mensen die vooral gericht zijn op het in leven houden van mensen en die daar niet te lichtvaardig over denken.

    Verder is het geen kwestie van ‘saboteren’, er zijn artsen die die handeling niet willen plegen, omdat het tegen hun persoonlijke ethiek is, dan moet je dat ook niet vragen. Je kunt hulp bij zelfdoding namelijk wel verzoeken, maar nooit eisen. Ik ben zelf sinds kort lid van het NVVE, en moet er dus eens met mijn huisarts over praten of ze daarin mee wil, want anders verander ik van arts. Ik zou niet willen dat een arts mij zou moeten helpen die daar zelf niet van harte achter kan staan.

  27. Geen enkele arts is verplicht aan zo’n verzoek mee te werken. Waar Olav ‘saboteren’ zegt, kan trouwens ook heel goed sprake zijn van een verzoek dat niet aan de criteria (voor euthanasie) voldoet, terwijl de arts daartoe in principe wel bereid is.

    Dit precaire onderwerp gaat niet alleen om de persoon die het verzoek wil kunnen doen tot levensbeëindiging. Dit onderwerp gaat in minstens zo belangrijke mate om degene die de gevraagde hulp verleent. Niet alleen in juridische zin (een lichamelijk gezond mens doden is moord), maar ook in medisch-ethische zin.

    Gebruik van woorden als ‘saboteren’ is geredeneerd vanuit (wantrouwen) van de patiënt/consument. Ik vind dat geen goed startpunt voor deze discussie, eerlijk gezegd.

    Anja, ook als jouw huisarts jou nu zegt dat zij je op dat moment niet zou willen helpen – ik neem aan dat je het niet over de ‘gewone’ euthanasie hebt -, kan dat meerdere oorzaken hebben. Ofwel zij heeft er persoonlijk zo grote moeite mee dat ze zoiets gewoon niet wil doen, en in dat geval zal zij zoals gebruikelijk is doorverwijzen naar een arts die het wel wil doen. Ofwel ze zal je dat nu nog niet kunnen zeggen, omdat ze eerst wil weten hoe de discussie afloopt en omdat nu nog niet is te zeggen onder welke omstandigheden jij straks het verzoek doet. Ook voor artsen is deze discussie nieuw.

    In beide gevallen zou het voor mij als patiënt van mijn huisarts nu nog geen reden zijn van arts te veranderen en de vertrouwensband die ik met de mijne heb opgebouwd met iemand anders opnieuw op te moeten gaan bouwen.

    Je werpt overigens een nieuwe vraag op: moet je per se een vertrouwensband hebben met de arts die je daadwerkelijk helpt met sterven? Kan de eigen huisarts mogelijk ook doorverwijzen en toch tot het einde toe betrokken blijven, zoals nu bij euthanasie in enkele gevallen ook gebeurt? Om het kort door de bocht te stellen: als ik geopereerd moet worden hoef ik toch ook niet per se eerst een vertrouwensband op te bouwen met de chirurg van dienst die in mij gaat snijden? Alles wat ik in zo’n geval vraag, is dat ik vertrouwen in zo’n man/vrouw kan hebben.

  28. @ Anja (31) en Clara (32):

    “Saboteren” is inderdaad een ongelukkig gekozen woord, vanwege de negatieve connotatie. Ik bedoelde eigenlijk: feitelijk niet laten doorgaan. Want ik erken uiteraard wel dat een arts zijn medewerking mag weigeren.

    Maar ik ben het er niet zonder meer mee eens bij voorbaat de groep van mogelijke hulpverleners te beperken tot artsen. In de eerste plaats: het loutere feit dat iemand een medicus is geeft qualitate qua geen garantie voor een weloverwogen ethische beslissing in deze. (Zo’n garantie geldt in principe wel wat betreft de zorgvuldigheidseisen bij euthanasie, maar dat is een andere situatie). Nogmaals: het gaat niet om patiënten. Ook anderen kunnen de noodzakelijke medische en farmacologische kennis hebben, én ervaring als geestelijk hulpverlener. Zij mogen onder de huidige regelgeving overigens wel de nodige informatie geven en zelfs aanwezig zijn bij zelfdoding.
    Verder zullen natuurlijk in alle situaties bepaalde zorgvuldigheidseisen van toepassing zijn.

    Het klinkt misschien bizar, maar ik beschouw zelfdoding in een situatie waarin iemand verder leven als zwaar, zinloos en uitzichtsloos ervaart zelfs als een fundamenteel recht, dat niet praktisch uitgehold zou mogen worden door allerlei extern opgelegde medische zorgvuldigheidscriteria zoals “ondraaglijk en uitzichtsloos lijden”, een medisch classificeerbare lichamelijke of geestelijke ziekte, e.d. Deze bevoogding is juist de barrière waar veel mensen tegenaan lopen, als zij een humane dood willen sterven.
    Wat mij betreft moet art. 294 Sr (hulp bij zelfdoding) dus zelfs worden afgeschaft, of althans aangepast. Het individuele zelfbeschikkingsrecht moet voorgaan boven “gemeenschapswaarden”.

    Overigens, om mogelijke misverstanden te voorkomen: ik vind het zeker belangrijk dat mensen die in grote existentiële problemen zijn gekomen alle mogelijke hulp en steun worden geboden om weer zin te kunnen gaan zien in verder leven. Maar de resultaten en gevolgtrekkingen kunnen alleen de betrokkenen zelf goed beoordelen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *