Zondag met Mark (de filmmaker) in Eye wezen kijken naar The Gatekeepers. Een hele bijzondere Israelische film, die ook genomineerd was voor een Oscar, maar die (net als 5 Broken Cameras) niet heeft gekregen. De zaal was afgeladen – wat speciaal is. Zo vaak krijg je geen zaal vol voor het al zo eindeloos lang durende ‘Palestijns-Israelische conflict’.
Wat een indrukwekkende film! De maker ervan, Dror Moreh is het gelukt om zes voormalige chefs van de Shin Bet aan het praten te krijgen. Dat is meer dan bijzonder, want de Shin Bet is de geheime veiligheidsdienst in Israel, waarvan behalve de naam van de directeur iedereen incognito blijft. De baas legt verantwoordelijkheid af aan de premier, maar de Knesset heeft niets te zeggen over de activiteiten van de Shin Bet – en het is dus een enorme organisatie die zich onttrekt aan elke democratische controle – allemaal, dat moeten we begrijpen, vanwege de ‘veiligheid’ van Israel.
Het is maar een detail, en bepaald niet de meest belanghebbende, maar ook wij (van Stichting Kifaia) hebben met de Shin Bet te maken, omdat zij beslissen of wij Gaza in mogen. Het heeft nogal geduurd voordat we dat doorhadden, want voorheen vroegen we toestemming bij het leger. Dan belden we voor de duizendste keer hoe het er mee stond, en kregen te horen ‘it is still under procedure’. Tot een hooggeplaatst militair ons eens uitlegde wat er aan de hand was: onze aanvraag werd doorgesluisd naar de geheime dienst, en dan kwam er op een gegeven ogenblik antwoord: ja of nee. Wie die beslissing neemt, en op grond van welke criteria krijg je dus nooit te weten, en je kunt tegen een nee dus ook niet in beroep. Vanwege de veiligheid zullen ze je nooit vertellen waarom je de ene keer wordt geweigerd en de andere keer wordt doorgelaten.
Zo kennen de Palestijnen de Shin Bet, als een anonieme macht, die beslist wie er Gaza of de Westoever in en uit mogen, die een fantastisch netwerk hebben opgebouwd aan collaborateurs en informateurs in de bezette gebieden, die de ’targetted killings’ uitvoeren – executies zonder proces dus.
In de film wordt dat ook niet ontkend. De mannen kunnen met enige trots vertellen over ‘elegante’ moordaanslagen, waar het is gelukt om één man uit te schakelen met een minibom in zijn mobieltje, en de knoeipartijen waarbij er te veel familieleden en omstanders mee zijn vermoord. In de film, die knap is doorsneden met historische beelden, zodat je gaandeweg ook de geschiedenis te zien krijgt van de bezetting vanaf 1967, wordt ook niet ontkend dat er nogal eens reeds gevangen en onschadelijk gemaakte Palestijnen zijn doodgeslagen. Als dat bekend wordt, is dat een misser. Niet omdat die Palestijnen zijn vermoord, maar omdat het niet de bedoeling is dat dat in de media verschijnt.
Tegelijk, en dat maakt de film nog verdraaglijk, zijn alle zes mannen van mening dat het fout gaat met Israel. Een van hen noemt de wrede bezetting vergelijkbaar met wat de Duitsers deden tijdens de Tweede wereldoorlog. Een ander was oorspronkelijk een voorstander van een Palestijnse staat. Maar toen de eerste gewelddadige verzetsdaden kwamen van Palestijnse zijde, was dat hele idee van de baan. Daarna was onze taak alleen nog om het terrorisme te bestrijden, zegt hij, over de Palestijnse zaak had niemand het meer. Geen enkele van de elkaar opvolgende Israelische premiers nam de Palestijnen, anders dan terroristen die bestreden moesten worden serieus.
Het gaat niet goed, zeggen de mannen, want het is duidelijk dat je dit ‘conflict’ niet met militaire middelen kunt winnen. ‘Je wint elke slag, maar je verliest de oorlog’. Een erg indrukwekkend moment vond ik toen de filmmaker/interviewer een van de mannen confronteerde met een citaat van Yeshayahu Leibowitz,een buitengewoon kritische orthodoxe jood die voorspelde dat het mis zou gaan met de bezetting – je kunt niet een miljoen mensen overheersen zonder dat je jezelf bezondigt aan het bouwen van strafkampen en het werven van collaborateurs (ik vertel het citaat nu na in eigen woorden). Leibowitz die gold als profeet en als verrader, stierf als oude man en werd begraven zonder dat er ook maar een van de Israelische leiders bij aanwezig was. En nu zegt een van de chefs van de Shin Bet, geconfronteerd met wat Leibowitz voorspelde: hij had gelijk.
Moreh hoopt met zijn film eindelijk eens werkelijke discussie te krijgen in Israel zelf – ‘als deze film niet tot verandering leidt, is er geen hoop voor Israel’ zei hij (volgens NRC, 23 februari). Ik denk dat hij gelijk heeft, en ik denk dat zijn film niet tot verandering zal leiden.
Er is geen hoop voor Israel.
De officiële trailer van de film hieronder. Ongetwijfeld zal de film binnenkort in Nederland te zien zijn en op DVD verschijnen,