Martha Nussbaum over intolerantie


(Martha Nussbaum)

Het heeft altijd iets feestelijks om iemand die je uit de boeken kent, nu eens in het echt mee te maken. Filosofe Martha Nussbaum hield een reeks lezingen in Nederland, en in De Nieuwe Liefde had ze het over haar laatste boek, over de nieuwe intolerantie tegen religie.

Intolerantie tegen ‘andere’ vormen van religie is niet nieuw. Ook in de VS waren er tijden dat bijvoorbeeld katholieken zwaar werden gewantrouwd, want die zouden gehoorzaam zijn aan een vreemde heerser: de paus. Dat was wel over toen Kennedy tot president gekozen werd, katholiek en super-Amerikaan. Maar nu is er in allerlei gedaanten een nieuwe intolerantie ontstaan, die tegen de islam. Er zijn grote verschillen tussen de VS en Europa, zegt Nussbaum. In de VS was iedereen eens een ‘minderheid’ het is een natie van migranten. Maar altijd in tijden van economische onveiligheid neemt de angst toe, zoeken mensen naar een zondebok om de schuld op te schuiven, en na 9/11 was dat, met de angst voor terrorisme, vooral ‘de moslim’.

Kenmerkend in deze tijden is dat mensen zichzelf niet graag zien als intolerant, laat staan discriminerend of racistisch, en vaak wordt de weerstand tegen uitingen van de gevreesde religie verhuld. Op zich zegt Nussbaum niet veel nieuws – wie uit de doppen kijkt heeft ook in Nederland de islamofobie op zien komen, tot een behoorlijk deel van de Nederlandse bevolking ermee besmet is, bij ons vaak vermengd met angst voor de ‘massa-immigratie’, en zich uitbreidend naar een angst voor vluchtelingen en weerstand tegen religie überhaupt. Haar verdienste in deze lezing en in haar boek is dat ze haarfijn de argumenten fileert die gebruikt worden om de religieuze uitingen van met name moslims aan banden te leggen zonder openlijk toe te geven dat het ingegeven is uit angst voor de islam en voor moslims.

Neem de boerka (of de nikab): waarom zou die dracht die alles bedekt maar de ogen vrijlaat, in Nederland gedragen door nog geen honderd vrouwen, zo’n ophef veroorzaken dat er gepleit wordt voor een wet die dat verbiedt? Er zijn vijf argumenten die gehanteerd worden om de boerka te verbieden, die stuk voor stuk geen hout snijden.

De eerste is de veiligheid, je kunt niet zien wie het is. Nu is het in Chicago waar Nussbaum vandaan komt in de winter ijzig koud, en iedereen gaat de straat op met mutsen en dassen hoog opgetrokken om zoveel mogelijk gezicht te bedekken. Niemand komt op het idee om dat te verbieden, hoewel elke schurk zo onherkenbaar een aanslag kan plegen. Ook beroepsgroepen die hun gezicht bedekken zoals tandartsen en chirurgen zijn geen doelwit. ‘Als ik een terrorist was, zou ik nooit zo stom zijn om een boerka aan te trekken en daar de aandacht mee op mezelf vestigen’, zegt Nussbaum. ‘Ik zou me vermommen als Martha Nussbaum, met zo’n enorme tas waar vrouwen die veel winkelen mee lopen, en niemand zou me verdenken. Alleen hele domme terroristen zouden een boerka dragen’. Vanwege de veiligheid is het onzin om de boerka te verbieden. Elke organisatie heeft het recht om bij de ingang mensen te fouilleren en tassen te laten inspecteren, sommige musea doen dat, of ministeries, maar de meeste vinden dat niet eens nodig.

Identificatie dan? Als het moet, daar zijn praktisch alle moslims het over eens, zullen ook vrouwen de gezichtssluier af doen om te laten zien dat ze op hun paspoortfoto lijken. Alleen weten we intussen dat paspoortfoto’s als identificatiemiddel erg tekortschieten, wie lijkt er nou op zijn paspoortfoto, en controle van irissen en vingerafdrukken veel preciezer zijn. Ook al weer geen reden om de boerka te verbieden.

Dan het argument van transparantie en communicatie. Waar communiceren we mee? Met onze ogen, vooral. Maar blinde mensen moeten het doen met stem. Het is geheel legitiem om het prettiger te vinden om iemands gezicht te zien als je met elkaar praat, maar het is onvoldoende reden om de boerka te verbieden.

Veel zichzelf tolerant en verlicht achtende mensen willen de boerka vooral verbieden omdat die symbool zou staan voor mannelijke overheersing. De mensen die dit zeggen hebben over het algemeen heel weinig kennis over de islam, zegt Nussbaum. En oordelen bovendien erg selectief, want ze maken zich niet druk over andere uitingen waarbij vrouwen tot object worden gemaakt, zoals pornografie, of reclame waarbij vrouwen worden afgebeeld als onderling inwisselbare gebruiksvoorwerpen. Wanneer er geen andere pogingen zijn om tegen te gaan dat vrouwen tot object worden gemaakt, behalve het verbieden van boerka’s, weten we dus dat het ergens anders over gaat.

Dit is het punt: we mogen als vrije mensen een oordeel hebben, we mogen de boerka een slecht idee vinden. Maar je kunt niet proberen eenzijdig de boerka te verbieden, zonder te weten wat de vrouwen er zelf over denken. Dan kom je op het terrein van de vrijheid die anderen volgens de wet hebben. En als die boerka nou niet vrijwillig wordt gedragen, maar onder dwang?

Er is veel illegaal geweld in onze samenlevingen, zegt Nussbaum. Dat geweld is al tegen de wet. Het probleem ligt bij de uitvoering van de wet. Van de bevolking heeft meer dan de helft in haar of zijn leven geweld meegemaakt. Er is nog steeds geen aanwijzing dat er in islamitische gezinnen meer geslagen wordt dan in andere. In tegendeel, aangezien bij fysiek geweld vaak sprake is van alcoholmisbruik zou het wel eens minder kunnen zijn onder moslims, maar dat weten we niet. We zouden machtsmisbruik en geweld binnenshuis veel serieuzer moeten nemen, zonder bij voorbaat te besluiten welke bevolkingsgroep daarbij het belangrijkste of zelfs enige doelwit zou moeten zijn. De boerka verbieden lost helemaal niets op.

En de kinderen die worden geïndoctrineerd, en onder dwang van alles wordt bijgebracht? Ook daar is geen grens te trekken, alle kinderen staan onder het gezag van ouderen, die hen dwingen om onder de douche te gaan en hun tanden te poetsen, en er zijn al wetten die machtsmisbruik strafbaar maken. Zo is genitale mutilatie van meisjes al strafbaar, mogen ouders die van de Jehova Getuigen zijn hun kinderen niet bij voorgeschreven vaccinaties weghouden. Er zijn nog wetten die veranderd zouden moeten worden, bijvoorbeeld het recht om kinderen van school weg te houden en thuis te onderwijzen – pas was er een moeder die haar kinderen thuis wilde houden omdat ze niet wilde dat die op school ook leerden over andere groepen dan die van hun eigen etniciteit en religie.

Maar een boerka is geen mutilatie, je kunt die gewoon aan- en uitdoen. Het is ook niet schadelijk voor de gezondheid. Dat zijn schoenen met stilettohakken wel, maar daarover heeft niemand het. In India zijn mensen zo wijs om in de hitte hun huid te bedekken tegen de zon, om geen huidkanker te krijgen. Wat dat betreft is de boerka verstandiger dan een bikini.

Kortom, er blijft geen enkel argument over dan een persoonlijke afkeer, dan wel de behoefte om moslims zo min mogelijk zichtbaar te laten zijn, en ze zoveel mogelijk in te perken in hun ‘anders-zijn’. Dat is geen basis voor een wet. Wat we nodig hebben? Meer nieuwsgierigheid naar de ander.

Er zijn veel misverstanden over wat de scheiding tussen kerk en staat in moet houden, zegt Nussbaum tijdens de discussie. Een waterdichte scheiding kan niet eens, ook kerken betalen belasting, en ook bij moskeeën komt de brandweer uitgerukt als er fik is. Het is vooral een misverstand dat uitingen van religie zoveel mogelijk onzichtbaar zouden moeten zijn in de openbare ruimte. Het zou oneerlijk zijn tegenover mensen met een religie, als alleen de seculieren met hun meningen in de openbaarheid aanwezig mogen zijn, en mensen van wie de levensbeschouwing gebaseerd is op een geloof dat zouden moeten verbergen. Ik heb er dus niets tegen als moslims in het openbaar laten zien dat ze moslims zijn, zegt Nussbaum. Ook seculariteit is een positie.

In het publiek staat een vrouw op: ‘Ik hou nog steeds niet van boerka’s,’ zegt ze, ‘maar ik begrijp na deze lezing dat ik die moet tolereren.’ Zo is dat.

Nu het boek lezen.