(Alex van Ligten)
Zondag. We zingen: ‘dat de groten der aarde zich bekeren tot de armen’. Wat ben ik toch blij met mijn linkse kerk. Er zullen meer kerken zijn waar we nu een portret van Nelson Mandela kunnen zien, maar in hoeveel ervan wordt er ook gebeden tegen het opkomend racisme?
Voorganger voor vandaag: Alex van Ligten, uit Sneek. Een dijk van een preek, bij de dood van Mandela, bij de dood van Bram van der Lek, van de PSP, bij de onzin die er verteld wordt over de jaren zestig. Over de sentimentalisering van het Kerstfeest.
Kerstmis is geen gezellig feest, de vrede op aarde wordt het mensdom van de hemel toegezongen, maar niet als constatering van feiten, ook niet bij wijze van wapenstilstand gedurende de feestdagen: twee kerstdagen lang géén napalm op Noord-Vietnam gooien en zo weer van je christelijkheid overtuigd zijn? De vrede op aarde is een programma, noem het een belofte, maar dan wel een die hier op aarde door de bewoners moet worden gerealiseerd. Het kerstevangelie is realistisch en verlangt het onmogelijke. Het heeft een grimmige, rauwe kant: er komt een mens ter wereld die, als zovelen, niet welkom is. Geboren ergens buiten, niet warm opgenomen in de gemeenschap, maar van meet af aan thuis bij de thuislozen: bij hen die in het veld zijn, herders. In zo’n wereld kwam hij. Dat gedenken we, met schaamte omdat die wereld nog steeds bestaat.
en, over ons in onweer verwarde land:
Een land waarvan de leiders uit angst voor stemmenverlies aan een extreem rechtse onruststoker maatregelen nemen die mensen uitsluiten van de essentiële voorzieningen, een land dat daarmee tegen de verklaring van rechten van de mens ingaat, een land dat meedeint op racistische en xenofobe tendensen en alle aanklachten hypocriet weghoont, een land dat mensen moedwillig door banken laat wurgen en financiële instellingen ongestoord door laat sjoemelen, zo’n land is op weg naar het einde.
en, over Richteren 6:11, over God die een bode zond:
Die komst gaat de bevrijding teweegbrengen. Daar en toen. En soms ook hier en nu. We kunnen het in onze levensdagen meemaken, sterker nog, we hébben het meegemaakt, dat gevangenisdeuren zich openen en dat voor de hele wereld een boodschapper van God verschijnt, die mensen hoop geeft, verzoening tot stand brengt tussen onverzoenlijk geachte tegenstanders. Iemand die bijvoorbeeld zegt: “Niemand wordt geboren met haat tegen iemand vanwege de kleur van zijn huid of zijn achtergrond of zijn godsdienst. Mensen moeten léren haten en als ze kunnen leren haten, dan kan ze ook geleerd worden om lief te hebben, want liefde is natuurlijker voor het menselijk hart dan het tegenovergestelde.”
Zei Nelson Mandela.
Laten we realisten zijn. Laten we het onmogelijke verlangen. Soms zelfs van onszelf.
Amen.
(De complete toespraak is binnenkort te beluisteren of lezen op de website van de Amsterdamse Studentenekklesia, hier. Ga naar prekenarchief voor de tekst, of luister.)