(Rechts Jaap Hamburger, vlak voor hij zijn speech ging houden)
“Het zionisme, de discriminatie, en de bezetting van Palestina, waar Tel Aviv en haar inwoners en activiteiten niet met een kunstgreep uit losgeknipt kunnen worden, staan haaks op de waarden uit het Amsterdamse stadswapen: heldhaftig, vastberaden en barmhartig. De militaire bezetting van Palestina is lafhartig, onverbiddelijk en meedogenloos. De stedenband met Tel Aviv voert ons een wereld binnen die alles ontkent waar Amsterdam zijn faam aan ontleent. Zij bezoedelt onze stad.”
Gisterenavond 18 juni werd in de commissie Algemene Zaken van de Amsterdamse Gemeenteraad in aanwezigheid van burgemeester VdLaan het voorstel voorbesproken een stedenband aan te gaan tussen Amsterdam en Tel Aviv, en Amsterdam en Ramallah. Voor- en tegenstanders kregen twee minuten per persoon om hun commentaar te geven. Er waren vier sprekers, allen tegen. Namens EAJG sprak voorzitter Jaap Hamburger.
Geachte dames en heren, leden van de Cie. Algemene Zaken, ik vertegenwoordig de joodse organisatie Een Ander Joods Geluid, gevestigd in Amsterdam. Mijn organisatie, met honderden sympathisanten, is gekant tegen de voorgenomen stedenband met Tel Aviv. Niet zomaar gekant, maar vanuit diep gevoelde weerstand. Ik memoreer dat, om meteen bij u de indruk weg te nemen dat heel ‘joods Amsterdam’ achter de voorgenomen stedenband zou staan. Niet dus. Dat het voornemen de schijn van evenwichtigheid moet krijgen, door er een koppelverkoop van te maken en tevens de samenwerking met het Palestijnse Ramallah te zoeken, verandert niets aan onze weerstand tegen een stedenband met Tel Aviv. Levertraan met suiker blijft levertraan.
Volgens het Parool van gisteren heeft de burgemeester in de Metro betoogd, ik citeer: “Wij houden doorgaans de inwoners en bestuurders van bevriende steden als Beijing, Mumbai en San Francisco niet verantwoordelijk voor het beleid van China, India en Amerika en dat geldt hier evenmin.”
De burgemeester wil daarmee het verschil benadrukken tussen nationaal en locaal beleid. Hij heeft gelijk, maar alleen op het eerste gezicht.
Ter zake van een voorgenomen stedenband met Tel Aviv negeert hij het feit dat het Israëlisch-Palestijns conflict de gemoederen in de stad aanzienlijk meer beroert dan welk ander internationaal conflict ook, of wij dat nu leuk vinden of niet. Van een stedenband gaat onmiskenbaar het signaal uit dat het bestuur van deze stad hecht aan vriendschappelijke betrekkingen en samenwerking met de partij die internationaal gezien wordt als verantwoordelijk voor het uitblijven van een redelijke en rechtvaardige oplossing van bedoeld conflict. Israël lijkt slechts gebrand op het doorzetten van de eigen politieke agenda, samen te vatten als: annexatie van grote delen van Palestina, versnippering van het overblijvende gebied en blijvende ondergeschiktheid van de Palestijnse bevolking. Een stedenband verhevigt zo de tegenstellingen die rond dit conflict in de stad al bestaan, tegenstellingen waar niet alleen de burgemeester bezorgd over is, maar wij van Een Ander Joods Geluid en diverse Marokkaanse en Turkse organisaties niet minder. Er is in Amsterdam geen behoefte aan olie op het vuur, maar aan olie op de golven.
De burgemeester negeert ook dat China, India en Amerika tot de grootste landen van de wereld behoren, met een grote variatie aan tradities, interne veelvormigheid en beleidsverschillen, ook al kennen die landen soms grote problemen met ‘minderheden’. Bij alle ook in Israël aanwezige verschillen en tegenstellingen, heerst er op nationaal, regionaal en locaal niveau al decennia één dominante politieke ideologie, het zionisme. Het spijt mij als jood te moeten vaststellen dat het hedendaags zionisme in Israël op alle bestuurlijke niveaus en in alle lagen van de bevolking een politiek voorstaat die Palestijnen in hun rechten en vrijheden beknot, ook als zij inwoners van Israël zijn. Er zijn in Israël zelf meer dan vijftig wettelijke regelingen en voorschriften met discriminerende werking ten aanzien van Palestijnen. De belangrijkste daarvan betreffen stedelijke uitbreidingsplannen, het recht op grondbezit, immigratie, mogelijkheden een partner te kiezen onder Palestijnen buiten Israël in samenhang met woon- en vestigingsrechten. Die discriminerende wetten en regelingen houden geen halt voor de stadsgrenzen van Tel Aviv, meneer van der Laan.
Tenslotte negeert de burgemeester met zijn woorden dat Israël een geoliede PR-machine heeft waarvan als het zo uitkomt de knoppen op nationaal niveau worden bediend; niet voor niets heeft de Israëlische ambassadeur herhaalde malen er op aangedrongen dat de burgemeester Tel Aviv bezoekt; Amsterdam zal straks ontdekken dat Israël die stedenband met de belangrijkste stad van Nederland gebruikt om mee te geuren en om Israël te presenteren als een heel gewoon land, alsof er geen bezetting bestaat. Uitdragen dat er niets bijzonders aan de hand is, doen alsof je neus bloedt, ‘normalisatie van de bezetting’, dat is al jaren het beleid dat Israël praktiseert en een stedenband van Amsterdam met Tel Aviv is voor dat beleid een geschenk uit de hemel.
Dat brengt mij tot de terreinen waarop de stedenband zich zou moeten richten.
LHBT-rechten. Kennen de leden van de Cie. in dit verband de term ‘pinkwashing’? De in het oog springende inspanning van Israël zich als een oase van tolerantie, als het LHBT-paradijs bij uitstek in de regio te profileren, en zo de bezetting en beknotting van Palestijnen te verdonkeremanen? Tel Aviv met zijn gay parade speelt daarin een sleutelrol.
Economie en start-ups. Realiseren de Cie. leden zich hoe nauw start-ups en ICT technologie in Israël verbonden zijn met de defensie-industrie en de diverse geheime diensten, en met de bezetting en met bewaking, beveiliging en vooral ook met monitoring tot achter de voordeur van burgers, in het bijzonder van Palestijnen? Geen regio zo actief op dit gebied als ‘Silicon Wadi’ in en rond ‘groot Tel Aviv’.
De burgemeester heeft beloofd dat er geen zaken worden gedaan met bedrijven die profiteren van de bezetting. Hij stelt ons zogezegd ‘koosjere partners’in het vooruitzicht. Het stadhuis mag 100 extra FTE’s aannemen om daarop controle uit te oefenen; bijna geen land als Israël zo bekwaam in het maskeren of op verontwaardigde toon negeren van gemaakte afspraken. In het bewustzijn van teveel Israëli’s is, in wat ik zie als een vorm van collectieve zinsbegoocheling, het onderscheid tussen Israël en Palestina achterhaald; zij beschouwen dat onderscheid als een anachronisme van naïeve Europeanen: voor hen is alles ‘Israël’, ook als het aankomt op zakendoen.
Op onderwijsgebied zouden Amsterdam en Tel Aviv van elkaar kunnen leren. Oh ja? Wat kan Amsterdam leren daar? Hoe het merendeel der joodse kinderen vanaf de crèche tot en met hun diensttijd grootgebracht worden in een leer-en opvoedingssysteem dat joodse traditie en ‘joodse waarden’ bijbrengt en kinderen opvoedt tot nationalistische om niet te zeggen chauvinistische burgers, voor wie Palestijnen bij uitstek ‘de bedreigende ander’ zijn, indringers eigenlijk, wier bestaan en geschiedenis er niet toe doen? Weten de leden van de Cie. wel dat het stelsel onderzocht en beschreven is door de met de Sacharovprijs van het Europarlement onderscheiden hoogleraar literatuurwetenschap Nurit Peled-Elhanan, die er hardere woorden aan wijdt dan ik nu? God verhoede dat ook maar één element uit dat systeem van indoctrinatie geïntroduceerd wordt in ons Amsterdam.
(Jaap Hamburger houdt zijn speech op het stadhuis, foto van Mo)
En tenslotte bovenop al deze gotspes de grootste van allemaal: Amsterdam zou iets op kunnen steken van de manier waarop het samenleven van verschillende bevolkingsgroepen in Tel Aviv wordt gemanaged. Ik weet gewoon niet hoe ik mijn verontwaardiging over deze drogreden onder woorden moet brengen.
Weten de leden van de Cie. eigenlijk hoe dat samenleven ooit is begonnen, in 1948? Ik citeer de voormalige Nederlandse ambassadeur Erik Ader, partijgenoot van de burgemeester, over hoe dat er toen aan toeging: “…mortieren van Etzel, -een van de toenmalige Joodse ondergrondse terreurorganisaties- bombarderen meedogenloos het centrum van de stad Jaffa bij Tel Aviv, en bewerkstelligden de massale vlucht van de Arabische bevolking.”
“Deze tekst’, vertelt Ader, “staat in het Engels op een muur in een museum, gelegen tussen Jaffa en Tel Aviv: Israëlische terreurdaden tegen een weerloze burgerbevolking om etnische zuivering op grote schaal te bereiken, open en bloot bezongen voor ieder die het horen wil, de schaamte ver voorbij.”
“Twintig ton explosieven regende die dag, 25 april 1948, neer op Jaffa. De 80.000 Palestijnse inwoners vluchtte naar het zuidwesten, naar Gaza. Bij het beëindigen van de vijandelijk-heden mochten zij, in strijd met het internationaal recht, van Israël niet terug naar hun huizen en zij strandden in de inderhaast opgezette vluchtelingenkampen.”
Wie, geachte commissieleden, heeft de perverse gedachte verzonnen, dat de voorgenomen stedenband ons hier iets kan leren over het samenleven van bevolkingsgroepen, waar bij de aanvang een van deze groepen zo goed als geheel verdreven is? Gaan we ook naar de Republica Srpska, om te bestuderen hoe Serviërs en moslims samenleven?
De burgemeester heeft in de Metro nog verklaard: “Dat laat overigens onverlet dat mensenrechten altijd op de agenda staan tijdens dit soort bezoeken”. De stedenband als forum voor moeilijke gesprekken? Ik wens de burgemeester sterkte toe. Als in EU verband met Israël halfjaarlijks over mensenrechten gesproken werd, bepaalde Israël de agenda. Het gesprek werd van een dag teruggebracht naar en halve dag, en tachtig procent van de resterende tijd ging op aan een discussie, niet over de mensenrechten van Palestijnen, maar over die van de Roma in Roemenië en Hongarije, waarvoor de EU-functionarissen verantwoording af moesten leggen. Voor de bespreking van de mensenrechtensituatie van de Palestijnse bevolking schoot dan een half uur over, waarin de EU mocht vernemen dat daarmee inderdaad van alles mis is, door toedoen van de Palestijnen zelf, wel te verstaan. Militaire bezetting? Nooit van gehoord! Israël is immers een normaal land!
Dames en heren, het aaien en paaien van Israël, het tonen van begrip, jarenlange consideratie, banden aangaan, het heeft ons nog nooit een stap dichter bij een oplossing van het Israëlisch-Palestijnse conflict gebracht.
Het zionisme, de discriminatie, en de bezetting van Palestina, waar Tel Aviv en haar inwoners en activiteiten niet met een kunstgreep uit losgeknipt kunnen worden, staan haaks op de waarden uit het Amsterdamse stadswapen: heldhaftig, vastberaden en barmhartig. De militaire bezetting van Palestina is lafhartig, onverbiddelijk en meedogenloos. De stedenband met Tel Aviv voert ons een wereld binnen die alles ontkent waar Amsterdam zijn faam aan ontleent. Zij bezoedelt onze stad.
Op ons voormalig stadhuis torst Atlas de wereld; die stedenband, het wordt een nog zwaardere bal die op Amsterdam zal drukken. Niet doen! Nu niet, straks niet. In het belang van Amsterdam, in het belang van Tel Aviv, in het belang van Israël. En mocht dat land ooit ten volle terugkeren van zijn dwaalwegen, zal ik de eerste zijn om hier ten overstaan van u te pleiten voor een eeuwigdurende band tussen Mokum en elke stad, elk dorp, elk gehucht in Israël dat zich daartoe aandient.