Voordat ik alweer naar BelgiĆ« ga – ik kan daar wel gaan wonen geloof ik – nog even een achterstallig bericht. Over Vrouwendag in Antwerpen, dat eigenwijs tegen de rest van de wereld in niet op 8 maart maar op 11 november plaats vindt. Het was een prachtige dag – met Philomena Essed als keynote speaker, met een keuze tussen geweld tegen vrouwen en werk als centrale thema’s, met een inspirerende reeks kleine Tedjes over het F-woord. En een paar wanklanken – ach, dat kan ook gebeuren.
Altijd blij om Philomena weer te zien en te horen, ik ken haar van zo lang geleden. Ze hield een indrukwekkend verhaal over feminisme, racisme en vrouwenlichamen, met akelige maar noodzakelijke beelden over hoe het vrouwenlichaam tot object wordt gemaakt, en speciaal het zwarte vrouwenlichaam. Ze zocht naar de goede vertaling voor de term entitlement racist, in de zin van: dat komt ons toe. Het recht om racistisch te zijn, in naam van de vrijheid van meningsuiting, eerst tegen moslim migranten waarover alles gezegd en beweerd mag worden, en vervolgens tevens opgeschoven naar de mensen met een Afrikaanse afkomst. En zo vaak specifiek over het vrouwenlichaam: hoe bedekt of hoe naakt dat hoort te zijn. De beelden die ze toonde waren walgelijk – ze deed het met excuses – een enorme chocoladetaart in de vorm van een zwarte vrouw, met het levende, zwart geschminkte hoofd van de kunstenaar zelf, en de minister, die met een groot mes de geslachtsdelen van de vrouw in stukken mocht snijden, waarbij het hoofd steeds een ijselijke gil slaakte. Het schokkende is dat die vrouwelijke minister dit deed, en dat de omstanders er ook allemaal vrolijk grijnzend omheen stonden. Wat dit is: pure dehumanisering die acceptabel wordt gemaakt door het als kunst te verpakken, of als humor, als vrijheid van meningsuiting. Hier gaat het om, zegt Philimena: er zijn mensen gestorven voor die vrijheid van meningsuiting – moeten we het nu accepteren dat het misbruikt wordt voor het recht op kwetsen en ontmenselijken?
Ik was bij het tribunaal tegen geweld tegen vrouwen, creatief in elkaar gezet met verschillende ‘getuigenissen’. Na afloop, bij de discussie met de zaal ging er wel wat mis, toen daar een paar ernstig reactionaire geluiden opstegen. Zo was er een mevrouw die nog eens uitlegde dat het de schuld van vrouwen zelf was als ze de verkeerde man kozen. En toen een ander begon over de religie als bron van al het kwaad ging ik maar even koffie drinken. En praatte daarna met een groep Belgische moslima’s die er niet gelukkig over waren. Je verwacht toch dat Vrouwendag een veilige omgeving biedt, en dan wordt je ook hier geconfronteerd met islamofobie. Aan de organisatie lag het niet, de vrouwen van Furia, voorheen het VOK, hadden nu juist zorgvuldig een inclusief en intersectioneel programma opgesteld, niet voor niets was Philomena Essed uitgenodigd als keynote speaker. Maar kennelijk is er nog werk aan de winkel, zelfs, ook, onder de vrouwen die naar Vrouwendag komen.
Ik had veel plezier met de rij kleine Tedjes. Het was allemaal teveel om op te noemen, maar achteraf gezien staan me de performance van de lesbische moslima bij, en de tweespraak tussen de vrouwen over al dat gedoe met menstruatie, voorbehoedmiddelen, het blijft gemodder. Kirsten van den Hul was leuk, met een tirade van wat je als vrouw allemaal naar je hoofd kunt krijgen, Petra de Sutter was goed over reproductieve rechten, Shamisa Debroey tekende de cartoons bij alle verhalen, Jens van Tricht als enige man eindigde zijn Ted met een uitspraak om te onthouden: Het feminisme heeft mannen nodig voor een rechtvaardige wereld, en mannen hebben feminisme nodig voor een beter leven.
Bij elkaar was ik heel tevreden dat ik er was geweest, ook om weer een paar oude vriendinnen te zien.