(Dit artikel schreef ik vorig jaar, 16 november 2017, naar aanleiding van een discussie in Pakhuis de Zwijger)
Natuurlijk is het voor een oude feministe fascinerend om mee te maken, de enorme media-aandacht en de ophef over de wijdverbreide hashtag actie, waarbij vrouwen, en ook mannen, persoonlijk laten weten dat ze te maken hebben gehad met seksueel wangedrag en machtsmisbruik, van opdringerige smsjes – ik wil je neuken – en een zogenaamd achteloze hand op je bil, tot verkrachting. Er zijn mensen die het niet kunnen geloven en denken dat er zwaar wordt overdreven, en dat de slachtoffers elkaar op zitten hitsen. Dit is mijn eerste opmerking daarbij: WE WETEN AL ZOWAT EEN HALVE EEUW DAT HET VEEL ERGER IS DAN WE OOIT HADDEN KUNNEN VERZINNEN.
Het ongeloof was ook al alom aanwezig bij de wetenschappelijke onderzoeken van onder andere Rénee Römkens, nu hoogleraar gendergerelateerd geweld aan de UvA, in de jaren tachtig. Zoveel vrouwen slachtoffer van geweld en machtsmisbruik, het kon niet waar wezen. Het was waar, jaar na jaar ook door internationaal onderzoek bevestigd, en het is, zoveel jaar later, terwijl er mensen zijn die beweren dat de emancipatie is voltooid, nog steeds waar. In de jaren tachtig moesten we het doen met zelfgedrukte krantjes, en eigen uitgeverijen, nu hebben we de social media. Maar ook de hashtagactie is niet nieuw. Waarom dan nu opeens zo’n enorme media aandacht? Dat is dit: DAT HET VOOR HET EERST IS DAT MANNEN ER NIET MEER MEE WEGKOMEN. Ook de beroemde en machtige mannen niet. We hebben uit de verte destijds de kwesties gevolgd met Polanski en Woody Allen – die konden gewoon doorgaan met hun carrière. Het kostte hen en andere daders misschien een bom duiten en een onaangename periode met alle berichten in de media, maar kennelijk werd het ze ook weer makkelijk vergeven en konden ze hun leven voortzetten. En dat nu, is afgelopen. De een na de andere man die van zijn positie misbruik heeft gemaakt om vrouwen en mannen te manipuleren en te dwingen hen ter wille te zijn, zich naakt uit te kleden tijdens een repetitie, of hem even te pijpen om die goede rol te krijgen, valt van het voetstuk, om er niet makkelijk meer op te kunnen klimmen. En dat is een bont gezelschap, van Harvey Weinstein, Kevin Spacey, Job Gosschalk tot en met Tariq Ramadan. Die niets anders met elkaar gemeenschappelijk hebben dan dat het mannen zijn, die zich in een positie bevonden waarbij ze mannen en vrouwen konden dwingen te doen wat zij wilden.
Dat die mannen er niet meer zomaar mee wegkomen, dat is nieuw. En daar schrikken mensen ook van, mannen die het onzeker maakt of zij ook nog eens aan de beurt komen, mannen die bang zijn voor mogelijke valse beschuldigingen, en zeggen niet meer te weten ‘wat er nog mag’. Vrouwen die het vooral met die arme mannen te doen hebben die nu plotseling op non-actief zijn gezet. En dan woorden als heksenjacht en hysterie in de mond nemen.
Dit is het punt: het mag dan lijken of dit ‘plotseling’ gebeurt, in feite gaat het om jarenlang achterstallig onderhoud. De grote schoonmaak na jaren van vervuiling en verwaarlozing. De mannen die op non-actief zijn gezet waren stuk voor stuk lieden waarvan feitelijk allang bekend was dat ze hun handjes niet thuis konden houden, en dat ze rare dingen deden met vrouwen en mannen die ze in een afhankelijke positie konden manoeuvreren. Het punt is dat collega’s liever de andere kant op keken, dat leidinggevenden liever deden alsof hun neus bloedde, dat slachtoffers die naar hun baas liepen of naar een vertrouwenspersoon te horen kregen dat die niets konden doen, omdat het niet bewezen kon worden. Dit is wel een feit: er was veel medeplichtigheid in het op hun post houden van regisseurs, acteurs, docenten, en die medeverantwoordelijken hebben de vrouwen die het slachtoffer werden alleen laten staan. Die konden in veel gevallen kiezen: weggaan, een andere baan of opleiding zoeken, of het maar lijdzaam ondergaan en zoveel mogelijk negeren. Als er nu sneu gedaan wordt over de mannen die hun carrière kwijt zijn mag er wel even over gedacht worden wat het de duizenden en duizenden slachtoffers gekost heeft.
Is het echt zo moeilijk voor mannen om te weten waar de grens ligt tussen een misschien niet zo leuke grap, een iets te kleffe omhelzing, een dronken uitnodiging voor een nummertje waar degeen ook gewoon nee dank je tegen kan zeggen, en een situatie waarin er van zoveel dwang sprake is dat het kiezen wordt tussen twee kwaden? Nee, het is helemaal niet zo moeilijk – de eerste eenvoudige methode is: in geval van twijfel, niet doen. De tweede methode is, zou je dat smsje dat zogenaamd een compliment is ook sturen aan de vrouw die je baas is? Zou je bij haar ook even achteloos je hand op haar billen leggen? Nee, hè. En waarom niet? Omdat je dat alleen durft bij een vrouw die zich niet kan verweren, zonder zelf in de moeilijkheden te komen, held.
En dat nu, moet afgelopen zijn. Tijdens de discussie in De Zwijger over de MeToo acties, werden meerdere dingen gezegd die er moeten gebeuren: de jongenscultuur waarin kinderen al leren om lelijk over vrouwen te praten om stoer te doen en indruk te maken op elkaar moet worden doorbroken. Meer voorlichting, vooral ook over seksuele omgangsvormen. Er werd gepraat over de invloed van gewelddadige porno. Over mannelijkheidsbeelden, waarbij mannen altijd het initiatief moeten nemen en het nog steeds tamelijk normaal is dat je daarbij kijkt hoe ver je kunt gaan voordat iemand nee zegt. Aan een rapeculture in het uitgaansleven. Aan slutshaming op scholen. Het gaat, zei Sylvana Simons, om een radicale omwenteling in een patriarchale cultuur. Mijn bijdrage was dat ik hoopte, nu zoveel producers en omroepen zelf schade oplopen omdat hun zich misdragende sterren of regisseurs niet meer te handhaven zijn, dat ze veel eerder in actie komen om er voor te zorgen dat hun bedrijf veilig is voor alle mensen die er werken. En hetzelfde geldt voor opleidingen, en andere instellingen waar mensen voor hun brood afhankelijk zijn van mannen die niet geleerd hebben wat wel en wat niet kan. Wanneer de bedrijven er zelf er voor zorgen dat iedereen weet wat is toegestaan en wat niet, dan hoeft het ook niet zo ver te komen dat het op aangifte en een rechtszaak aankomt. Dan kunnen mannen tegengehouden worden in hun wangedrag voordat het zo ver is opgelopen dat dumpen nog de enige mogelijkheid is. En dat betekent dat we op moeten houden te doen alsof het alleen gaat om een een-op-eentje tussen een potentieel slachtoffer en een potentiele dader. HET MOET ONS ALLEMAAL AANGAAN DAT MANNEN NIET MEER DE KANS KRIJGEN ZO VER OVER DE SCHREEF TE GAAN.