De misdaden van mensen
verduisteren het licht.
Met bloed bevlekt zijn hun handen
leugentaal is op hun lippen
spinnewebben weven ze aaneen
adderen-eieren broeden ze uit –
wij plegen geweld, zaaien verwoesting,
de weg van de vrede kennen wij niet.
Leeggeplunderd hebt gij het land,
met het geroofde goed van de armen
vult gij uw huizen.
Met welk recht vertrapt gij mijn volk?
Wee over hem die huis na huis opkoopt
die akker bij akker trekt
tot er geen grond meer over is.
Wee over hem die goed noemt wat kwaad is.
Enkel door recht te doen
zult gij worden bevrijd.
Jesaja. Een tekst die zo’n 2500 jaar oud is, in tijden van crisis, toen de koninkrijkjes van Juda en Israel ten onder gingen. Akelig actueel, denk ik, terwijl ik luister naar Kees Kok in de Amsterdamse Studenten Ekklesia. Nu, zoveel eeuwen later, wordt in datzelfde gebied een ander volk vertrapt.
(Links Kees Kok)
De schriftuitleg, noem het de preek. Wat kan uitleg anders zijn dan ‘actualisering’, zegt Kees Kok. De tekst moet als een loper worden uitgerold naar ons toe. Dat lukt niet altijd, want het is een moeilijk en soms onbegrijpelijk boek, de bijbel, die bundeling van verschillende teksten die toch met elkaar één groot commentaar vormen op de actuele vragen van de mensheid, één verhaal, van bevrijding en gerechtigheid. En dat daar vertrouwen voor nodig is. Vertrouwen: een ander en beter woord voor geloof, voor de diep gevoelde overtuiging dat het anders kan, dat een nieuwe orde van gerechtigheid mogelijk is, omdat het moet.
NU: de actualiteit van de economische crisis. Het vertrouwen in de economie is verdampt. De oude orde van het neoliberalisme wankelt. Die had het woord ‘vrijheid’ hoog in het vaandel, maar het was de vrijheid voor degenen die konden kopen en verkopen, niet voor degenen die dat niet betalen konden.
De vraag die vandaag in het spoor van de profeten gesteld zou kunnen worden is of niet ons hele economische systeem gebaseerd is op uitbuiting, op roofleningen, op criminele operaties, op verplaatsing van kapitaal – grondstoffen bijvoorbeeld, van de armste naar de rijkste landen. Is dat niet de diepste oorzaak van onze crisis? Moet het hele systeem niet op de schop?
De bijbel zet grote vraagtekens bij die ongeremde vrijheid, de vrijheid van de vrije markt, van we laten ons niet de wet voorschrijven, van alles moet gezegd kunnen worden. De bijbel spreekt liever van de bevrijding die nog moet beginnen. Om jezelf en anderen te bevrijden hebben we gekregen die we kennen, de tien woorden, niet moorden, niet stelen, niet maar pakken wat je pakken kunt. Tien woorden tegen blindheid, blinde begeerte die mensen maar voortdrijft, tegen elkaar op laat bieden, tegen elkaar opzet. De begeerte die leidt tot misdaden en het licht verduistert.
Het is niet genoeg dat wij zelf vrij zijn en onze vrijheid verdedigen, dat is misschien wel ons recht, het is nog geen gerechtigheid. Het gaat ook om de bevrijding van al die anderen, van allen die nog moeten leven in armoe en onderdrukking. Een systeem dat de armoe en onderdrukking in stand houdt en zelfs bevordert, is bijbels gezien ten dode opgeschreven.
Maar behalve een verontrustende maatschappijanalyse biedt de bijbel ook een perspectief, uitzicht op de toekomst. Het is ook een troostboek. Het leert ons de dagen van ons leven te waarderen, het vertelt een verhaal dat van begin tot het eind groot om ons heen staat, waarin je je thuis kunt voelen en beseffen dat je niet alleen bent. En dat overal waar mensen zich in solidariteit met elkaar verbinden elke crisis overwonnen kan worden.
We zingen, een lied naar psalm 1: Goed is dat je niet doet wat slecht is en niet achter oplichters aanloopt. niet met Ploert en Schender heult, niet je schouders ophaalt, ‘ploert en schender, ach zo is de wereld’.
We zingen, het lied bij de dienst van de tafel: Waarom genadeloos vernietigt worden de armsten van de wereld, uw geliefden: waarom wij die met weinigen bezitten wat allen toebehoort, uw woord niet doen., geen wereld maken die in vrede is, een nieuwe orde van gerechtigheid – Gij die ons hebt gezegd wat leven is: te doen wat goed is, recht, elkaar bevrijden.
Dat niet het laatste woord is aan de dood.
Wie de hele tekst wil lezen van de schriftuitleg van Kees Kok, die verschijnt altijd enige tijd na de dienst op de website van de studentenekklesia. Hier.
En morgen is er een avond om de studentenekklesia uit te leggen.
Hier nog even meer over de avond morgen.
Wanneer en hoe is de Ekklesia ontstaan?
Wat is de positie van de Ekklesia ten opzichte van de officiële kerk?
Hoe wordt er de bijbel gelezen?
Welke ideeën zitten er achter de liturgie?
Wat is dat toch voor gemeente die zich niet zonder meer ‘kerk’ laat noemen?
Op 15 oktober a.s bent u tussen 20:00 & 22:00 in de gelegenheid om antwoorden te krijgen op deze en alle andere vragen die onder u leven tijdens de speciale Ekklesia Uitgelegd-bijeenkomst in De Rode Hoed, Keizersgracht 102.
Huub Oosterhuis vertelt over de geschiedenis, Alex van Heusden en Kees Kok lichten toe hoe in de Ekklesia de bijbel wordt gelezen en liturgie gevierd. Alex van Ligten sluit de rij met een persoonlijk verhaal over zijn ervaringen met de Ekklesia.
Geeske Hovingh leidt het gesprek en Emma Breedveld voorziet het geheel van muzikale intermezzi met haar prachtige vioolspel.
U bent van harte uitgenodigd deze bijeenkomst bij te wonen.
Graag opgave vooraf.
Met vriendelijke groet, namens het Liturgisch Team
Geeske Hovingh
hovingh@leerhuisenliturgie.nl
tel. 06-28810898
Een beetje gek dat een socialiste zo begeesterd kan raken van sprookjes. Misschien tijd om verdieping te zoeken in Tolkiens “Lord Of The Rings”. Ook die boeken kan je zien als een commentaar op onze huidige wereld. Een stuk verteerbaarder ook dan die 2500-jaar oude tekst.
En spannender…
Wat een oliekoekendomme opmerking, Ki. Als je iets snapt van socialisme en iets begrijpt wat hierboven staat, dan hoeft niemand jou verder nog uit te leggen waarom ik erg veel liever in mijn linkse kerk zit dan sprookjes te lezen.
En lees jij vooral wat jij spannend vindt en schrijf mij niet voor wat ik vinden moet.
Ach, Anja, ik snap wel iets van het socialisme, een klein beetje hoor.
Waar ik echter weinig van snap, is waarom mensen toch die behoefte hebben om “antwoorden”, “oplossingen”, of “zingeving” te zoeken in hele oude teksten. Die teksten zijn toch echt in de context van die tijd geschreven.
Daarbij blijf ik het gek vinden, dat socialisten blijkbaar iets uit die teksten halen.
En dan blijkt, als je niet van gisteren bent, dat die oude teksten heel erg veel kunnen zeggen over nu, en dan blijkt, dat er erg veel mensen zijn die uit oude teksten zingeving kunnen halen. Dat noemen we ook wel onze cultuur, Ki, de behoefte aan zingeving, en de gedachte dat er ook vroeger mensen waren waar je wat van kan leren. Dat jij dat gek vind is erg jammer voor jou, want je mist er wel het een en ander mee, maar dat is verder niet echt interessant. Dus het beste verder.
Er is ook niets mis met het lezen van sprookjes. Ik heb in mijn kerk jarenlang met veel plezier twee keer in de maand op de zondagochtend aan de kinderen sprookjes en andere verhalen vertelt (niet voorgelezen). Mijn kinderen waren toen ook nog jong. Ik heb zo een verzamelinkje verhalen- en sprookjesboeken opgebouwd.
Doen jullie in jouw kerk niets met het Nieuwe Testament, Anja?
Groet,
Er is ook niets mis met sprookjes, Bert. Veel ervan hebben ook een kern die heel erg ver teruggaat. En er zijn veel geschriften waar mensen hun wijsheid vandaan kunnen halen. Voor sommige van mijn vrienden is dat de koran.
Zeker doen we ook wat met de ‘nieuwere’ verhalen in de Ekklesia, zo hebben Oosterhuis en Alex van Heusden de Lucas opnieuw vertaald, en lezen we die elk jaar met Pasen, elke keer opnieuw even indrukwekkend en ontroerend. De gedachte in de Ekklesia is wel om terug te gaan naar de bronnen, te erkennen, bijvoorbeeld, dat het joodse verhalen zijn, ontstaan in de context van toen, en die te ontdoen van wat er allemaal in de loop der eeuwen is aangekoekt aan kerkelijke rommel. Zo werd het voor mij duidelijk dat Jezus niet de Christus is die we van hem gemaakt hebben, maar een jood uit Nazareth, die zelf nooit ‘christen’ is geworden.
En moet je die verhalen van toen ‘vertalen’ naar nu. Dan is het alsof ik een band heb met de mensen die twee en een half duizend jaar geleden net zo naar hun wereld keken als ik naar de mijne. Het is een fascinerend en glanzend verhaal dat er onder het puin vandaan komt. Voor wie daar open voor staat, uiteraard.
Ik heb geen moeite met mensen die daar niets van snappen of daar niets mee hebben – sommige van mijn beste vrienden zijn niet gelovig – maar ik krijg wel een sik van lui die er niets van snappen en het nodig vinden om mij te komen vertellen dat er met mij iets mis is. Alsof een kleurenblinde mij komt vertellen dat de zonsopgang toch echt alleen maar in zwart-wit te zien valt.
Dus Ki, niet blijven zeuren man.
Wat zei ik nou, Ki. Niet blijven zeuren. Je begrijpt het niet, hindert niet. Dag Ki.
Je beschrijft het precies zoals ik het voel en beleef Anja. Dank daarvoor. Als of je een band hebt met mensen die lang geleden geleefd hebben.
Die oeroude woorden hebben de kracht me te dragen op momenten dat ik het heel erg moeilijk heb. Op andere momenten kunnen ze me inzicht geven, of vind ik ze gewoon mooi, of ontroerend.
Over die vertaling van Lucas heb je, Anja een tijdje terug ook geschreven, was ik even vergeten (net als dat wat Palestina-Israël betreft je geen vierde paradigma hebt, maar een stap vier).
Over Jezus en Christus hebben we het lang geleden ook al eens gehad. Voor mij is het Nieuwe Testament geen joods verhaal en dat niet in de eerste plaats omdat het oorspronkelijk in het Grieks geschreven is. Voor mij zijn Jezus en Christus twee verschillende ‘grootheden’. Jezus was een Jood, valt wat mij betreft niet te ontkennen. Christus, een hoog geestelijk wezen, incarneert met de doop in de Jordaan in het lichaam van Jezus. Voor mij zijn het Nieuwe Testament, maar ook de Thora, de Koran en bijvoorbeeld de Mahabarata, de Surinaamse verhalen over Anansi de spin en ook de oude sprookjes beschrijvingen van een spirituele werkelijkheid, vaak beeldend beschreven, soms in directe bewoordingen. Het tijdsgebondene van de geschriften uit zich bijvoorbeeld in dat wat in die tijd wel of niet algemeen bekend was en dan wel of niet werd opgenomen in het verhaal. Vertalingen kunnen een bepaalde kleur krijgen. Zo waren de Romeinen nogal juridisch ingesteld en zodoende heeft de Latijnse vertaling van het Nieuwe Testament, die vervolgens weer in de West-Europese talen vertaald werd, een juridische kleur gekregen.
Waar ik naar toe wil is dat wij, Anja, van elkaar zullen vinden dat de ander het helemaal bij het verkeerde eind heeft en dat dat ook gezegd mag worden, maar ik neem aan dat je het met mij eens zult zijn dat we in de beelden die we ons van de werkelijkheid maken ook vrij zijn en dat we er dus niet mee omgaan als waren het dogma’s.
Groet,
En nu begrijp ik jou weer niet, Bert, maar dat is al eerder voorgekomen. Wat is je punt? Dat jij vrij bent om je je eigen beeld van de werkelijkheid te maken? Uiteraard. Moeten we met de beelden die we hebben omgaan alsof dat dogma’s zijn? Uiteraard niet. Dus wat?
Persoonlijk denk ik dat het een lastige opgave, zo niet onmogelijke opgave is om een ordening te geven in de deugden die we als samenleving zouden moeten nastreven. Het probleem ligt niet alleen in de contingentie die we ervaren in de terechte kritiek van cultuurrelativisme. Er lijkt geen onafhankelijke toetsteen om onze waarden op te baseren en in een hiërarchie te plaatsen. Toch denk ik dat vrijheid en rechtvaardigheid niet hoeven te concurreren met elkaar. Ik denk zelfs dat ze elkaar veronderstellen. Aristoteles geloofde al dat deugden altijd samen gaan. Je kan niet 1 deugd uitoefenen: een goed, deugdzaam mens, is goefenend in een corpus aan deugden.zo is een vrij mens een rechtvaardig mens en vice versa. Alleen wie rechtvaardig is en zo tot goede, morele oordelen komt, is niet langer gebonden aan louter eigen belang of de dwang van anderen, kortom een vrij mens. Tevens zal een vrij mens altijd erkennen dat zijn vrijheid een noodzakelijke voorwaarde voor zijn handelen is en dat ook rechtvaardigheid altijd al vrijheid veronderstelt. In dat opzicht kan alleen niet de Bijbel in bepaalde opzichten een richtlijn zijn, ook het denken van de grote 18de eeuwse filosoof Immanuel Kant, kan een richtlijn zijn voor politiek verantwoord handelen.
Een hartelijke groet vanuit het diepe Zuiden,
En zo is het, gelukkig maar, dat we allemaal vrj zijn te mogen geloven in waar we ons in verdiept hebben of ons nog steeds verdiepen.
Wat kwam er op ons pad en wat zullen we nog tegenkomen?
Mjn Prof.Rabijn Rees aan de unversiteit van Liverpool werd christen en zag het Nieuwe Testament als een verbeterde uitleg van de Talmoed.
Zolang we met elkaar het goede en de rechtvaardigheid maar nastreven.
Nou, volgens mij hoeven we daar niet zo deftig over te doen en waren we al een stuk verder wanneer we ons allemaal hielden aan het gebod dat in verschillende bewoordingen in alle grote godsdiensten inclusief de sociale seculiere wereldopvattingen centraal staat: wat u niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet.
Zucht. Haha. Ik denk dat je me snapt Anja. En we zijn het gelukkig met elkaar eens. En ik moest van mijn dochter zeggen dat ze het er ook mee eens is.
En wat jij onder 7, tweede alinea zegt is dus gelukkig geen dogma.
Nogmaals groet,
‘Wat u niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet’
Deze gouden regel is een praktisch leefgebod, alleen, mijns inziens is het enigzins te veel op wederkerigheid gericht: alsof ik egoïstische en immoreel handelen zou nalaten, slechts omdat ik niet wil dat anderen mij hetzelfde aandoen.
Wanneer Kant zegt dat je ieder mens als een doel op zichzelf zou moeten behandelen en niet als middel om je eigen belangen te bereiken. En dat je bij de motivatie van je handelen moet afvragen of je die als algemene wet zou willen in de wereld, perfectioneer je die regel. Ook wanneer je niets zou terug krijgen of zelfs weet dat de ander je slecht zou behandelen, dien je, naar mijn mening, zelf altijd moreel te handelen.Het gaat niet om wat je terug krijgt, maar dat je de ander met respect en belangeloos behandelt. Wat denk jij, Anja?
Met vriendelijke groet,
Carl
Wat ik denk staat hier al boven, Carl Karl, en het lijkt mij gewoon Nederlands. Is er nog een discussiepunt? Dat je moreel zou moeten handelen? Staat dat er niet al?
En fijn dat jij nu het gevoel hebt dat we het nu met elkaar eens zijn, Bert. Meestal heb ik geen idee over waar je heen wilt.
Jongens, jongens, de toren van Babel. Vele tongen.
Ik ga maar eens vroeg naar bed.
Natuurlijk staat er al dat we moreel zouden moeten handelen. En ik denk dat weinig mensen een pleidooi voor immoraliteit zouden willen houden. Ieder mens probeert zijn handelen of denken moreel te rechtvaardigen, al dan niet op basis van geldige vooronderstellingen die weer op hun morele kwaliteiten te beoordelen zijn. Echter, dat we moreel moeten handelen laat nog onbepaald wat moreel handelen is. Is dat louter het naleven van de gouden regel (‘Wat u niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet’)of is er een moreel meer vereiste wat we te berde zouden moeten brengen? Wat is de categorie van vrijheid? Hoe verhouden rechten en plichten zich? Wat is überhaupt mijn morele plicht? Is dat louter een individuele intuïtie, of de slotsom van een moreel objectieve redenering. En om terug te keren op de inzet van Anja, wat is de rol van de Bijbel hierin?
Een goede nachtrust gewenst,
Carl ,mijn excuus, de C moet het zijn… 😉
Er staat in de tekst hierboven al heel wat meer dan dat we alleen maar moreel zouden moeten handelen, Carl. Het verwijst ook naar een economische orde waarbij de rijken rijken worden ten koste van de armen. En hoe ik rechtvaardigheid vertaal kun je weten van mijn weblog: dat betekent onder andere dat ik het onverdragelijk vindt hoe Israel een ander volk vertrapt en daar aan wil doen wat ik kan. En dat ik in Nederland opkom voor migranten, voor vrouwen, voor homo’s, dat ik naast ze ga staan als moslims worden aangevallen, dat ik vind dat we vluchtelingen en asielzoekers beter moeten behandelen. Dat ik mijn socialisme praktijk geef door in de SP actief te zijn.
De rol van de bijbel daarin? Voor mij een grote inspiratiebron, omdat het precies dat zegt. Niet alleen ‘wat gij niet wilt dat u geschiedt’ hoewel we al een stuk verder waren als mensen zich daaraan zouden houden, maar ook: je leeft niet voor jezelf alleen, en leef niet ten koste van anderen. Er zijn ook mensen die zich net zo inzetten als ik, zonder de bijbel of de koran als inspiratiebron. Is ook goed.
Het is een complex verhaal, en het is ook niet eenvoudig om dat te ‘vertalen’ naar nu. Vandaar dat ik al vele zondagen in die linkse kerk heb gezeten en me nooit verveel, en nooit denk nu weet ik het wel.
En nee, natuurlijk levert de bijbel geen kant en klaar partijprogramma. Je bent als mens zelf degene die verantwoordelijk is om het woord om te zetten in daden, om die woorden te doen.
Verder stel je een hele reeks van vragen waar ik geen antwoord op geef. Ze zijn me te abstract, het zijn mijn vragen niet. Ik hoef me niet bezig te houden met de vraag of wat ik doe en wat ik vind het gevolg zou zijn van ‘louter een individuele intuïtie’, dan wel ‘slotsom van een moreel objectieve redenering’ – alsof er maar twee mogelijkheden zijn om tot rechtvaardig handelen te komen, trouwens, en alsof ‘intuïtie’ en ‘objectief waarnemen’ elkaar uit zouden sluiten. Ik neem waar hoe Palestijnen in Gaza leven, en vind dat net als iedereen die het met eigen ogen heeft gezien schandelijk en onverdragelijk. Ik neem waar dat er mensen in Nederland zijn die idiote salarissen willen hebben, terwijl er anderen niet rond kunnen komen van hun AOW. Dat is het uitgangspunt: zo hoort dat niet. Het denkwerk gaat dan over hoe je van daaruit kunt handelen richting rechtvaardigheid. Wat moet er gebeuren en hoe kan ik daar aan bij dragen. Wat werkt. Hoe krijg je mensen mee. Dat zijn mijn echte vragen.
Veel dank voor je uitgebreide respons. Ik geloof dat we het wel met elkaar eens zijn. Ik heb filosofie gestudeerd en je reactie maakt maar weer eens pijnlijk duidelijk dat filosofen eerder het leven dromen doordenken, dan dat ze het veranderen. Een terechte kritiek overigens die Marx al eens verwoordde in zijn bespreking van de Duitse filosoof Hegel.
Het tekent zich in Nederland duidelijk af wat onrechtvaardigheid of ongelijkheid is. Daar ontkomt geen mens aan. En uiteindelijk lijken het mij ook klassieke thema’s, zoals die in de Bijbel en in menig mythe terugkeren (Antigone, de eeuwige wet versus de tijdelijke wet), van toepassing wanneer we nadenken over de concrete vragen die jij stelt. Jij zit in de politiek, ik niet. Wellicht is daarom onze vraagstelling anders. Wat me verontrust is eigenlijk dit, als de vragen misschien door de eeuwen heen nagenoeg hetzelfde blijven en wanneer er al vele profeten, critici, verlichte denkers enz.ons gewaarschuwd hebben, terwijl het onrecht niet minder groot wordt, leren we dan niet dat de geschiedenis ons feitelijk niets leert? En hoe zouden we van die pessimistische gedachte toch nog het geloof in vooruitgang kunenn behouden, waarin de schaarse middelen van deze wereld eerlijker verdeeld worden en ook onze houding ten opzichte van de natuur niet alleen uitbuitend meer is, maar coöperatief?
Een middagse groet,
Carl
Absoluut een groot punt, Carl. Waar halen we nog de moed vandaan om te denken dat er vooruitgang mogelijk is? En dat is dus exact waar die kerk van mij me bij helpt: daar beloven we elkaar elke keer bij het delen van brood en wijn dat we vast zullen houden aan het visioen van een betere wereld, en dat we elk klein teken van menselijke goedheid op zullen vatten als het bewijs dat dat mogelijk is. “Hopen met de moed der wanhoop”.
Ander punt is dat ik niet anders kan, als ik mezelf in de spiegel aan wil kunnen kijken.
En ben ik dus bij de SP gegaan, terwijl ik van huis uit geen partijpolitiek dier ben – want we zullen die krachten dus moeten mobiliseren. Voorbeeld geven. Laten zien dat je gezamenlijk wel wat voor elkaar kunt krijgen de goede richting op.
Ik las een tijd geleden John Gray. Een erg pessimistische man. Die zei: als het gaat om wetenschap kunnen we spreken over vooruitgang, want de verzamelde kennis gaat niet zomaar verloren, maar kunnen we ook over vooruitgang spreken op het sociale niveau? Hoe kan het dan dat er midden in de ‘beschaafde wereld’ nog geen eeuw geleden een holocaust heeft plaatsgevonden? Eerlijk gezegd wist ik niet dat ik een aanhanger was van het ‘vooruitgangsgeloof’ tot ik er uit viel – toen in Nederland die akelige golf anti-moslim, anti-migrant begon, en ik dacht: maar dat hadden we toch niet afgesproken, na al die sociale bewegingen waar ik deel van uit maakte, feminisme, homobeweging, anti-racisme, tegen antisemitisme, nu weten we toch dat je niet hele groepen mensen in het verdomhoekje moet schuiven? Moeten we nu echt weer overnieuw beginnen?
Nou dat moeten we dus. De lessen van de geschiedenis moeten steeds opnieuw worden geactualiseerd, tegen de klippen op.
Of de ‘zachte krachten’ het gaan winnen? Geen idee. Of de milieubeweging die weliswaar groeiende is het gaat winnen van de vernielers voor op deze aarde echt het licht uitgaat? Wanneer de westerse mogendheden eindelijk zullen begrijpen dat je met een leger nooit kunt winnen van een opstandige bevolking, en er geen ‘democratie in kunt bombarderen’ – het is nog nooit gelukt. Toch hebben we Afghanistan, Irak, straks Iran. Of het groeiende bewustzijn over het onrecht de Palestijnen aangedaan snel genoeg groeit om hun totale vernietiging tegen te gaan? We weten het niet. Maar mij lukt het in ieder geval niet om dan maar aan de kant te blijven staan. Dit is de bottomline: aan mij zal het niet gelegen hebben.
Dank voor je vlotte reactie. Overnieuw beginnen. De hoop der wanhoop. Eigenlijk rest ons weinig dan ons in te zetten voor een betere wereld en als ik zo bekijk hoe jij daar invulling aan geeft, wel, je zit misschien niet op een compliment van een wildvreemde te wachten, dan is dat in ieder geval een opsteker.
De conclusie dat de geschiedenis ons niets leert, hoeft daarmee niet tot louter pessimisme, of nog kwalijker tot een zelfgenoegzaam cynisch laissez-faire te leiden. Dat lijkt mij bovendien een doodlopend spoor. We hebben als mensen altijd nog de mogelijkheid de geschiedenis onder kritiek te stellen en zo kunnen we proberen lering te trekken uit het verleden, terwijl we ‘moedig voorwaarts’leven. In het streven naar een betere wereld kunnen we niet verhelpen dat er fouten gemaakt worden. Maar, zolang er discussie blijft in een machtsvrije dialoog, is de mogelijkheid niet uitgesloten dat we uiteindelijk vooruitgang bereiken: een evenwichtigere relatie tot de aarde, die meer is dan een bron van grondstoffen, een eerlijkere verdeling van rechten en goederen hier in Nederland, maar even zo goed elders op de wereld. De marktmodellen (of: hoe maak ik mijn hebzucht objectief geloofwaardig)die jaar in jaar uit onomstreden als zoete koek geslikt zijn en waarvan men zelfs dacht dat deze in onderwijs en zorg tot richtlijn moesten worden, zijn teniet gedaan. Het valt te hopen dat dit nu zo’n moment is, waarin de wanhoop daar is, dat we de hoop vatten om een andere redding te zien: waarin we ons anders tot elkaar en de leefwereld verhouden. Ooit las ik een Duits gedicht (van Hölderlin) waarin stond, ‘waar de nood is, is ook de redding’, laten we niet wachten op de redding, maar de redding voor zijn door zelf een ommekeer te denken en te doen. Natuurlijk kan men een systeem alleen van binnenuit veranderen, inderdaad een democratie kun je niet van buitenaf inbombarderen. Zo goed en zo kwaad als het gaat, in alle menselijkheid, zal van binnenuit een systeem moeten ontwikkelen, tegenstellingen overwonnen worden op een ander niveau. En dan valt het te hopen dat de toekomstige geschiedenis zal inzien dat we hebben geprobeerd niet op te gaan in een koor of in de verstomming, maar getracht hebben vanuit kerken en bewegingen een constructieve bijdrage te leveren aan een betere samenleving, hier en overal.
Ik kan vanavond niet bij de uitleg over de Ekklesia zijn, ik wil mijn kinderen dat niet aandoen en ik moet bovendien morgenochtend om zeven uur werken. Ik heb op internet gestruind en las “De wording van het christendom (11). Messiaanse bewegingen en de wording van het christendom” door Alex van Heusden, hier.
Het is mij nu wel een stuk duidelijker geworden, meen ik, hoe jullie in de Ekklesia denken en misschien dom van mij dat ik dat niet eerder begreep. Het gevoel dat ik er bij had is het best te omschrijven met het woord ‘onthutsend’. Het historische gehalte van het stuk zal vast wel kloppen. Natuurlijk was het Christendom er niet in één keer, er is altijd sprake van ontwikkeling. Binnen de Ekklesia leven ongetwijfeld de beste intenties. Maar van het Christendom blijft slechts een seculier (aards, wereldlijk) gedachtegoed over.
Dat wat mij, zeg maar, heilig is, zoals de drie Christusjaren op aarde, de lijdenstijd, kruisiging, afdaling in het dodenrijk, opstanding, hemelvaart, Pinksteren is aangekoekte kerkelijke rommel.
Het is natuurlijk vanzelfsprekend dat het Christendom zich langs verschillende wegen ontwikkelt en wellicht naïef van mij dat ik mij dat niet voldoende realiseer.
Groet,
Dag Anja,
Wellicht confronteer ik je met iets, dat niet direct op deze webside thuishoort. Ik probeer het toch maar.
Gisteren hoorde ik Trijntje Oosterhuis zingen in het programma van Pauw en Witteman. Ze zong een liedje op tekst van haar vader.
Daar ging zoveel – ik zou haast zeggen – spirituele kracht van uit dat ik daar erg van onder de indruk was. Ook was dit goed te merken door de aandacht en het applaus van de mensen, die daar aanwezig waren. De lichaamstaal tijdens het optreden van die twee
mensen was prachtig.
Maar nu komt het. Ik kon de muziek niet horen en de woorden niet verstaan. Ik hoor wel wat, maar geen muziek en tekst. Dat komt omdat ik al 25 jaar lijd aan de ziekte van Ménière. Alleen rustig gesproken woord kan ik via mijn ringleiding redelijk verstaan.
Deze toelichting vond ik nodig vanwege de volgende vraag.
Jij verkeert in kringen van Huub Oosterhuis. Zou het mogelijk zijn om via deze webside mij de tekst van dit liedje te doen toekomen?
Ik dank je bij voorbaat hartelijk.
Jan
Beste Bert, uiteraard zijn er heel veel verschillende invullingen, richtingen, interpretaties ook in het christendom. Dat kan je toch moeilijk zijn ontgaan. Als die van mijn ekklesia, en dan heb je het verhaal gelezen van een van de mensen daarbinnen, jou niet past dan past die jou niet. Verder zie ik het probleem niet zo erg. Je bent daar toch niet van afhankelijk? Je kiest toch zelf wat jij wilt geloven en waar je het dan bij zoekt?
Jan, ik zal kijken wat ik doen kan.
Dag Jan en Anja,
Ik ben zo vrij geweest om de tekst die Trijntje zong hieronder neer te zetten. De tekst is geschreven door HO rond Trijntjes geboorte(, maar wordt niet in de ecclesia gezongen voor zover ik weet.)
KEN JE MIJ? WIE KEN JE DAN?
WEET JIJ MIJ BETER DAN IK?
KEN JE MIJ? WIE BEN IK DAN?
WEET JE MIJ BETER DAN IK?
OGEN DIE DOOR DE ZON HEEN KIJKEN
ZOEKEND NAAR DE PLEK WAAR IK WOON
BEN JIJ BEELDSPRAAK VOOR IEMAND
DIE AARDIG IS, OF ONMETELIJK VER,
DIE NIET STAAT EN NIET VALT
EN NIET VOELT ALS IK,
NIET KOUD EN HOOGHARTIG
HIER IS DE PLEK WAAR IK WOON
EEN STOEL OP HET WATER,
EEN RAAM WAARLANGS HET OPKLAREND
WEER
OF HET VALLENDE DUISTER VOORBIJ
VAART.
HEB JE GEROEPEN? HIER BEN IK
IK ZOU EEN WOORD WILLEN SPREKEN
DAT WAAR EN VAN MIJ IS
DAT DRAAGT WIE IK BEN,
DAT HET HOUDT,
IK ZOU EEN WOORD WILLEN SPREKEN
DAT RECHTOP STAAT ALS MENS DIE MIJ
AANKIJKT EN ZEGT
IK BEN JOUW ZUIVERSTE ZELF,
VREES NIET, VERSTA MIJ, IK BEN, IK BEN
BEN JIJ DE ENIGE VOOR WIENS OGEN
NIET IS VERBORGEN VAN MIJN NAAKTHEID
KAN JIJ HET HEBBEN,
ALS NIEMAND ANDERS,
DAT IK GEEN LICHT GEEF, NIET WARM BEN,
DAT IK NIET MOOI BEN, NIET VEEL
DAT GEEN BRON ONTSPRINGT
IN MIJN DIEPTE
DAT IK ALLEEN DIT GEZICHT HEB,
GEEN ANDER.
BEN IK DOOR JOU, ZONDER SCHAAMTE,
GEZIEN, GENOMEN,
DOOR NIEMAND MINDER?
ZOU DAT NIET VEEL TEVEEL WAAR ZIJN
ZOU DAT NIET VEEL TEVEEL WAAR ZIJN?
KEN JE MIJ ? WIE KEN JE DAN?
WEET JIJ MIJ BETER DAN IK?
KEN JE MIJ? WIE BEN IK DAN?
WEET JE MIJ BETER DAN IK?
Dank je wel, Petra!
Hartelijk dank Petra. Ik ben er erg blij mee.
Jan