Over tolerantie (5)

Volgende bijdrage in de bundel van Bart Top komt van Evelien Gans. Zij onderzoekt de parallelen tussen anti-semitisme en de huidige houding tegenover de moslim minderheid in Nederland. Zij is bijzonder hoogleraar Hedendaags jodendom. Eens was zij zelf een doelwit van Theo van Gogh. In 1994 bekritiseerde ze Theo van Gogh omdat hij anti-semitische, anti-joodse stereotypen hanteerde. De reactie van Van Gogh luidde dat Evelien Gans ‘in haar vochtige droom een beurt kreeg van Mengele’. (Voor de jongere lezer: Mengele was een beruchte nazi, een arts die experimenten deed met de joden in het concentratiekamp) Gans zag af van een proces dat haar jarenlang zou verbinden met Van Gogh.

Van Gogh verlegde zijn doelwit van joden naar moslims, naar Gans vertelt toen er nogal wat mensen hem lieten voelen dat hij te ver was gegaan. Evelien Gans:

Mij deed Van Gogh denken aan het verwende jongetje in de zandbak op het schoolplein dat ongestoord met zand wil blijven gooien. En in combinatie met Ayaan Hirsi Ali, die neem ik aan redelijk precies wist wat ze deed, heeft hij zels met vuur gespeeld

.

Anti-semitisme is niet hetzelfde als kritiek op Israel, stelt Gans. Ook anti-zionisme, het ter discussie stellen van de legitimiteit van de joodse staat is niet per definitie anti-semitisme. Maar het kan er wel in overlopen.

Er zijn twee begrippen die bij de bestudering van het anti-semitisme opvallen: het ene is ‘collectieve aansprakelijkheid’ . Dat is een term die beschrijft hoe als een jood of een paar joden fraude plegen dat wordt overgedragen op de hele groep: dus de joden zijn oplichters. En dat gebeurt nogal makkelijk als het aansluit bij bestaande stereotypen.
Een ander begrip dat naar voren komt is ‘disproportioneel’, wanneer er gezegd wordt: er zitten disproportioneel veel joden in de geldhandel of de journalistiek.

Beide begrippen zijn dus belangrijk wanneer je analyseert hoe een meerderheid kijkt naar een minderheid. Als je dit op moslims betrekt zie je bijvoorbeeld een groep radicale, politieke fundamentalisten, waarvan weer een minderheid gewelddadig is. Er zijn daarnaast fundamentalistische moslims die wel missiedrang vertonen en soms andere mensen met zware druk over willen halen. Maar dat zijn nog steeds niet de politiek-radicale fundamentalisten die de niet-gelovigen willen liquideren. Die laatste groep lijkt tot nu toe een klein percentage van de gehele groep te zijn. Dis is er geen sprake van collectieve verantwoordelijkheid. Je moet het stempel niet op de hele groep drukken, die je daardoor isoleert en van je afstoot. Die voelen zich in een hoek gedreven en ten onrechte beschuldigd. Je kunt je bijvoorbeeld afvragen hoe terecht het was dat islamitische en moslimorganisaties zich openlijk distantieerden van de moord op Theo van Gogh. Daar gaat een idee van collectieve verantwoordelijkheid aan vooraf. Het is natuurlijk wel van belang dat de vertegenwoordigers van de moslims of mensen met een moslimachtergrond – of ze nu seculier zijn, of praktiserend – zich in het debat mengen. Maar dan niet defensief, apologetisch.
Bij het begrip ‘disproportioneel’ zie ik de parallel minder. Het is verbonden met het verschijnsel rancune en nijd. Die verschijnselen zullen pas optreden als de emancipatie in volle gang is. Zover is het dus nog niet.

3 gedachten over “Over tolerantie (5)

  1. Weer veel behartigenswaardige woorden. Dat mechanisme van de “collectieve verantwoordelijkheid” is erg gevaarlijk en heeft me ook enorm gestoord in de discussies over de terroristische aanslagen van jihad-extremisten. Zolang iemand dergelijke acties niet steunt, moet hij geacht worden daarvan geen sympathisant te zijn. Zo eenvoudig is dat. Zo heb ik me ook nooit verplicht gevoeld in het openbaar afstand te noeten nemen van de moord op Pim Fortuyn. Moslims en hun organisaties moeten zich niet in een hoek laten drijven, waar ze niet horen. Dat is nl. een omineuze ontwikkeling, die we al eerder in de geschiedenis hebben gezien.

  2. Over die collectieve verantwoordelijkheid. Een vriendin vertelde me eens hoe zij ten tijde van de RAF en de Baden-Meinhof groep als linkse activiste een hoop had uit te leggen. Volgens haar werd toen heel links als terroristisch gezien. Uiteraard ziet zij nu paralellen. Ik ben zo’n twintig jaar jonger dan zij en kan me hier geen voorstelling bij maken. Wie wel?
    Ook: Ik hoor vaak dat men vergelijkingen maakt, bijvoorbeeld tussen de sfeer nu rond de moslims en die voorafgaand aan de Tweede Wereldoorlog en de jodenvervolging. En dus ook met de RAF. Hoe zinvol is het om te vergelijken? Schieten we iets op met het trekken van paralellen, of juist niet?
    Olav, Claar, Ceylan, Anja en anderen ik hoor graag wat jullie ervan denken.

  3. @ Christine (2):

    Vooraf: de “Baader-Meinhofgruppe”(genoemd naar de leidende figuren Ulrike Meinhof en Andreas Baader) is een door anderen aan de Rote Armee Fraktion (RAF)gegeven naam. Het gaat dus om hetzelfde.

    Wat in de jaren zestig en zeventig “(extreem) links” werd genoemd, bestond in werkelijkheid uit een grote lappendeken van groepen met uiteenlopende activiteiten, belangstelling en accenten. Sommige groepen waren b.v. heel politiek gericht, en andere meer cultureel of op “lifestyle” (zeggen we tegenwoordig) georiënteerd. Natuurlijk hadden conservatieven en rechtse politici toentertijd er ook een handje van om alles over één kam te scheren. Wat nu ook gebeurt door mensen die de progressieve aspecten van de jaren zestig en zeventig afdoen met “linkse kerk”, “geitenwollensokkengedoe” en meer van dergelijke nietszeggende termen. Toch is het in mijn herinnering niet zo dat vroeger heel links als “terroristisch” werd gezien. In Nederland was de reële aanhang van de RAF en de Italiaanse “Brigate Rosse” dan ook heel klein. Wel was het zo, dat bij bepaalde acties en manifestaties één gezamenlijk front werd gevormd, en dan kon de verdeelde linkse beweging één vuist maken (b.v. bij demonstraties tegen de oorlog in Vietnamn).

    Ik denk dat de sfeer die zich nu rond de Islam en moslims ontwikkelt inderdaad enige parallellen vertoont met de situatie in de jaren dertig (niet zozeer zestig en zeventig). Overigens: zonder dat op één lijn daarmee te stellen, maar dit is al griezelig genoeg!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *