Ik heb al zo’n dertig jaar les gegeven. Bijna altijd aan beroepsmensen, hulpverleners en aanstaande hulpverleners. Ook even kort aan de universiteit, maar dat vond ik lang zo spannend niet. Ik hou niet zo van theoretiseren om het theoretiseren. Hulpverleners zijn drukbezette, ongeduldige en praktisch ingestelde mensen. Ze willen weten wat je er aan hebt, wat je er mee kunt doen, wanneer je met een stuk theorie aan komt zetten. Dus dit was altijd de uitdaging: kom maar met iets waar we wat aan hebben. In ruil kreeg ik altijd bakken praktijkervaring van mijn studenten terug. En er zijn nog steeds sudenten die ik me zo voor de geest kan halen omdat ik iets belangrijks van hen heb geleerd.
De SPSO, het laatste instituut waar ik nog les geef is een speciale opleiding, tot sociaal-psychologisch werker. Heel divers. Mensen werken bij Blijf van m’n Lijf, bij het Leger des Heils, of komen zich omscholen. Anders dan op de universiteit waar veel jonge mensen regelrecht van de middelbare school heengaan zijn dit meestal mensen die in hun leven en bocht hebben moeten nemen. Vrouwen die zijn opgehouden met werken en nu weer terug willen, mensen die afgeknapt zijn in het werk dat ze deden, mensen die halverwege hun leven na gaan denken, wat wil ik met de tweede helft doen? Mensen die uit andere landen afkomstig zijn. Kortom, zoals ik het gisteren zei: mensen ‘waar wat mee is’. En dat is lekker werken, want ik haal veel voorbeelden aan uit de praktijk, en dan zitten er altijd een paar te knikken, ja hoor, dat kennen wij ook. Gisteren vroeg ik bijvoorbeeld aan de groep, er zaten zo’n honderdvijftig studenten in de kerkzaal waar we les in geven, hoeveel van hen in een uitkering zaten of er wel eens in gezeten hadden. Eenderde van de groep stak de hand op. Mensen bij wie het niet zomaar aan is komen waaien, maar die toch verder willen. Die vaak weten wat het is om in een crisis te zitten, maar ook wat het is om jezelf op te rapen, op te pakken en opnieuw te beginnen. In principe goede hulpverleners, met hart voor hun cliënten. Daar werk ik graag mee.
Ik geef les over diversiteit, klasse, kleur, sekse, en over hoe je die diversiteit meeneemt in je hulpverlening. Gisteren hadden we het over sekse. Wat maakt het uit, voor de problemen van mensen, dat ze vrouw of man zijn, en wat doe je er dan aan? Dat geeft levendige discussies, want ook al die (toekomstige) hulpverleners zijn óf man, óf vrouw. Ik zal morgen een van de denkoefeningen op mijn weblog zetten. Kan iedereen meedoen.
Cultuurverschillen is ook altijd een onderwerp, want ook op dat punt is de groep studenten heel gemengd. Gisteren kwam er een vrouw naar me toe uit het voormalig Joegoslavië. Die zei: weet je wat mijn familie zegt, die hier in Nederland heeft rondgekeken: “Ik begrijp het niet, dan hebben de mensen hier zulke grote huizen, dan mag de hond wel op de bank maar oma doen ze in het bejaardenhuis.”
Een van de stellingen die ik wel vaker poneer is dat de gemiddelde hulpverlener beter weet hoe de wereld er voor staat dan de gemiddelde politicus. Daar heb ik nog wel eens een wethouder de kast mee opgejaagd, want die vond dat een belediging. Maar ik meen het. Zeker deze hulpverleners, geen hoogopgeleide en dure therapeuten, maar mensen met allerlei functies in de zorg die dagelijks mee maken hoe ouderen, wijkbewoners, vluchtelingen, gehandicapten, migranten, daklozen nog verder in de knel komen. Ze weten er ontzettend veel van uit de praktijk. Maar helaas, het is zo’n bescheiden beroep, ze doen hun werk, maar doen zelden daarbuiten hun mond open. En dit is mijn grote wens, dat hulpverleners meer gaan ‘politiseren’, dat ze middelen zoeken, al zijn het maar ingezonden brieven en brieven aan kamerleden, om de politiek te wijzen op wat er mis gaat aan de onderkant en de achterkant van de samenleving. Gisteren heb ik het ze gevraagd, hou mij als politicus bij de les. Zorg er voor dat politici niet kunnen vluchten achter frases van ‘ eigen verantwoordelijkheid’. Bestook ze, met de realiteit waar zij mede verantwoordelijk voor zijn.
Een heel mooi weblog verhaal Anja; en ik sta helemaal achter de inhoud ervan. Je geeft in elk geval mij het gevoel, dat je mijn inbreng op je weblog waardeert. Ik voldoe namelijk aan een aantal kenmerken, die je opsomde in je verhaal. En als je als politicus deze instelling hebt, dan ben je op de goede weg en zul je je nooit vervreemden van de werkelijkheid.
Dat je absoluut bekwaam en professioneel bent werd mij afgelopen jaar in de zomerschool duidelijk . Ik zou er een grote voorstander van zijn dat je inzichten ,uitzichten en vergezichten in toenemende mate gaat delen binnen de scholings mogelijk heden van de SP
Goede Pasen
Een hele dag luisteren, meedoen en kijken naar iemand die zoveel te vertellen heeft, die zo in haar kracht staat en zich daarbij heel gewoon kwetsbaar durft op te stellen. Dank je wel.
Ik zal je volgend jaar missen!
Marjorie.
Een fijn college, waar ik sinds tijden weer eens tot het einde gebleven ben. Je kunt de dingen krachtig en met de nodige humor verwoorden.