Ik ben helemaal in mijn element, als ik een boek aan het schrijven ben. Ik kom nauwelijks het huis uit, af en toe ga ik naar Appie om de voorraad voedsel en drank aan te vullen, en ik zie, zorgvuldig aan het eind van de middag om de flow niet te storen, af en toe mijn vrienden die ook al weten dat ik weer vroeg naar bed moet en veelvuldig wazig voor mij uit kijk om dan wat op een papiertje te krabbelen.
Er schijnen schrijvers te zijn die rustig kantooruren aanhouden, maar ja, die doen misschien jaren over een boek, en ik had besloten in anderhalve maand een manuscript af te maken. Toegegeven, er lagen al allerlei fragmenten klaar, maar toch, dat is topsport en je moet er net zo monomaan voor zijn.
Ik ben omringd door stapels papier, boeken met uitstekende plakkertjes in allerlei kleuren tussen de pagina’s, artikelen die er nog op wachten verwerkt te worden, artikelen die al verwerkt zijn maar nog opgenomen moeten worden op de literatuurlijst, en artikelen waarvan ik nog niet weet of ik ze nodig heb. De helft van mijn boekenkast ligt nu op de grond. Dagelijks ben ik zo’n drie keer bezig om er weer orde in aan te brengen, want dat is het probleem met papier: het is plat, en stil – geen antwoord als je roept, en het kost uren om een artikel dat ergens op de verkeerde stapel terecht is gekomen – waar de f*** zat dat citaat over bezetting met afstandsbediening ook weer – terug te vinden.
Als ik nu een paar dagen wat anders ging doen dan was ik alles kwijt, want mijn geheugen heeft een korte spanningsboog. Dan snapte ik mijn eigen aantekeningen niet meer: “doe Einstein in hoofdstuk 6”, “1967 verplaatsen!”, “opzoeken: Rodinson!” (De oplettende lezer weet nu waar mijn boek over gaat. Lag wel een beetje voor de hand, niet?) Dus moet alles NU, voordat ik het weer kwijt ben.
Ik worstel al een dag of drie met hoofdstuk 4 dat maar niet in de vorm wil, als een kapotte stofzuiger die je uit elkaar hebt gehaald blijf ik steeds maar met een paar losse onderdelen zitten als ik die in elkaar ga zetten. Maar ik heb weer een nieuw idee en vandaag gaat het lukken. Dan moet hoofdstuk 5 nog in de vorm, en dan moet ik ernstig gaan werken aan 6 waarin de conclusies die wel in mijn hoofd zitten maar nog niet op papier. Wijs geworden door veel ervaring heb ik onderweg de literatuurlijst bijgehouden, want het is een illusie dat ik aan het eind van de rit nog weet uit welk boek een citaat kwam dat ik in hoofdstuk 1 heb opgenomen. Hoofdstuk 1 lijkt bij 4 aangekomen een ver land.
Nu kan ik me niet meer voorstellen hoe het ooit was om een boek te schrijven zonder computer. Gewoon op de schrijfmachine en de cut and paste was nog letterlijk een kwestie van schaar en prit-stift. Nu gooi ik moeiteloos een heel hoofdstuk vier keer helemaal om, en moet alleen goed opletten dat ik niks delete. Maar ook dat heb ik door schade en schande bijgeleerd: altijd een back-up (dank je Kind) en nooit werken in het origineel. En dan printen en er mee op de bank en opnieuw lezen met frisse ogen alsof ik niet de schrijfster ben maar iemand die het voor het eerst in de handen houdt – dit moet anders, dit is te lang, dit is te kort door de bocht, en deze zin van een kilometer moet in drie stukken. Het idee dat je met een computer papier uitspaart is een dure mythe.
Dan lees ik alles natuurlijk nog enige keren grondig door. Erger me aan sommige stukken: zeg hee, kan die plank wat dunner? En die bocht wat ruimer? En ben, al zeg ik het zelf, soms erg tevreden. Als ik dit boek niet zelf had geschreven dan had ik het graag willen lezen – en dat is al jaren mijn leidraad – zou ik dit boek kopen?
En als dan alles is ingeleverd vind ik ergens dat ene citaat waar ik al weken naar op zoek was tussen de stapel met verwaarloosde post of zo.
Wat spannend! Leuk, ik ben heel benieuwd. Wanneer kunnen we je uitnodigen voor een boekpresentatie?
Ik zal het je laten weten, Anne-Marie
Dag Anja,
Hahaha, ik moet erg om je lachen. Het is allemaal heel herkenbaar. Schrijven is een leuk, maar pijnlijk proces. En noten en een literatuurlijst bijhouden is een crime! De kantooruren zijn ook niet aan mij besteed. Ik schrijf het liefst in het donker met binnen handbereik een pot thee, omringd door honderden artikelen en boeken. Heel frustrerend als een hoofdstuk niet wil passen, maar wat een geluk als een zin briljant loopt….
Heel veel sterkte nog en ik ben erg benieuwd naar je boek.
Groeten, Nadia
Ps. ik lees nu De schaamte voorbij..smullen!!