Okee, na Hedy (hier) doe ik de test om mijn mate van ‘fundamentalisme’ te meten. (Als je zelf de test wilt doen: hier.) Dat is nog niet zo eenvoudig, omdat ik veel vragen niet goed kan antwoorden en ik veel liever ‘dat hangt er van af’ zou hebben gezegd. Maar behalve dat je die keuze meestal niet krijgt – het is bijna altijd of-of – zou dat een vreemde score hebben gegeven: in dat geval was ik een typische relativist, in de test gezien als het tegendeel van een fundamentalist, en als relativist zie ik mezelf bepaald niet. Of liever gezegd: dat hangt er nogal van af. Waar het over gaat, bijvoorbeeld.
En dit is een probleempje met zo’n test: het test in feite hoe stellig je bent over een aantal principes, en of je nog makkelijk te beïnvloeden bent, zonder dat het gaat om de inhoud van die principes. En zoals gezegd: dat hangt er nogal van af. Er zijn zaken, neem de oordelen over moslims en migranten, over Palestijnen en Israël, waarbij mij mijn opvattingen niet zomaar aan zijn komen waaien, maar waar jarenlange ervaring, observatie en kennisvergaring achter zit. Mooie jongen die mij daar nog van af krijgt, want die moet met feiten komen – die er niet zijn. Maar er zijn andere zaken waarbij ik veel meer aarzel tussen verschillende waarden. Bijvoorbeeld als het gaat om de vrijheid van meningsuiting, dat een groot goed is, en mijn mening dat die niet absoluut is als het gaat om het verspreiden van een vijandbeeld – over moslims en migranten bijvoorbeeld. Wat zou je moeten verbieden, wat ik toch al niet graag zou doen, en wat niet? Waar gaat het de grens over? Dat zal voor mij eeuwig een twijfelgebied blijven, juist omdat het daarbij gaat om twéé waarden die ik alletwee belangrijk vind. En mijn tolerantie voor mensen met een ander geloof dan het mijne, of met geen geloof, is heel groot, en daar begint het pas te wrikken wanneer het geloof (of ongeloof) wordt misbruikt om andere mensen hun vrijheid of hun rechten te ontnemen.
Kortom: zou de mate van ‘fundamentalisme’ (of stelligheid versus onverschilligheid, want is dat niet eerder wat er gemeten wordt?) niet enige relatie kunnen hebben met de mate waarin je je hebt verdiept, en de urgentie van een zaak, in plaats alleen maar gedefinieerd te worden als een persoonlijke karaktereigenschap?
Net als bij de vraag naar de wetsovertreding. Zou ik voor mijn principes de wet willen overtreden? Nou, liever niet. Maar soms wel, en d’Ancona geeft er goede voorbeelden van. Met haar overtreding van de wet tegen abortus liep ze vooruit op de ontwikkelingen: ze heeft zich er voor ingezet om die wetten te veranderen en is daarin geslaagd. Als ik in Israël woonde, waar de etnisch-religieuze ongelijkheid in de wet is opgenomen zou ik zeker de wet overtreden. Ik zou me nooit laten zeggen dat ik geen contact met ‘de vijand’ zou mogen hebben, en onder zo’n systeem van repressie wordt het ontduiken van wetten net zo’n deugd als het was onder de Zuid-Afrikaanse apartheid.
Zo’n vraag: “we zijn sterker overtuigd van ons eigen gelijk dan we in eerste instantie denken. Legt u anderen ook deze denkwijzen op, of staat u open voor nieuwe visies?”
Tja daar gaan we weer: het hangt er maar van af. Eerst mag dat ‘als we in eerste instantie denken’ er af, want het suggereert dat ik niet zou weten over welke zaken ik zeer overtuigd ben van mijn eigen gelijk. En vervolgens zou het moeten gaan over welk gelijk. Er zijn zaken waar ik helemaal niet zoveel mening over heb, soms omdat ik vind dat ik er te weinig van af weet, soms omdat ik het geen zaak vind om me over op te winden, soms omdat ik dat nou typisch een zaak vind van ‘de waarheid ligt in het midden’ – wat altijd mooi tolerant en relativerend klinkt, maar in sommige gevallen eenvoudig niet toepasbaar is. Op de kwestie Palestina/Israël bijvoorbeeld, ligt wat mij betreft de waarheid in het geheel niet in het midden. (Voor wie ik dat nog een keer uit moet leggen: zie de paradigmastrijd, hier.)
En dan de vraag of ik anderen deze denkwijzen op leg. Zou dat dan kunnen, is mijn tegenvraag. Zo ja, dan in sommige gevallen graag. Als ik de bevolking van Nederland op zou kunnen leggen om een beetje meer naastenliefde op te brengen voor mensen die anders zijn, minder in wij en zij te denken, ik zou het zo doen. Het principe dat je kinderen niet op straat zet? O doe mij een methode om dat iedereen op te leggen. Ik zou geen moment aarzelen. Zou ik de Nederlandse bevolking de verplichting op willen leggen dat we Israël moeten houden aan het internationaal recht en de mensenrechten? In feite hebben we die verplichting al, maar als ik het mensen – en politici – op zou kunnen leggen om daar nu eindelijk eens de consequenties uit te trekken, ja hoor, in dat geval laat ik me graag een fundamentalist noemen als het niet anders kan. Een mensenrechtenfundamentalist, tot uw dienst. Vind ik toch een ander diersoort dan een fundamentalist die probeert bepaalde mensen hun rechten te ontnemen.
En of ik open sta voor nieuwe visies. Hangt er van af. Wat voor visies. Dat we in Nederland het gevaar lopen ‘geislamiseerd’ te worden, en dat moslims er maar uit moeten is absoluut een nieuwe visie. Sta ik daar voor open? No way. Fundamentalisme in dat geval: doe maar 100%. Maar bij andere zaken? Ik ga voortdurend op onderzoek, laat me heel graag beïnvloeden over kwesties waar ik nog weinig van af weet, ben altijd erg gelukkig met mensen waar ik van kan leren. In andere gevallen dus: fundamentalisme tamelijk nul.
Ook hier klopt dus iets niet. Want wat als ik wel degelijk (sommige) zaken aan andere mensen op zou willen leggen, en tegelijk open sta voor (sommige) nieuwe visies? Is dat dan een tegenstelling?
Nog zo’n vraag: “mijn levensovertuiging is te prefereren boven die van anderen”. Haal je de koekoek, natuurlijk vind ik dat. Wie daar nee op zou antwoorden liegt. Want als ik de levensovertuiging van een ander mooier vind dan die van mij dan neem ik die andere toch meteen over? Net zo mal als het verwijt als zou je wel erg overtuigd zijn van je eigen mening. Natuurlijk ben ik dat. Dat is de definitie van een mening. Het punt komt pas of je aan die mening vasthoudt op het moment dat je geconfronteerd wordt met feiten die daar in strijd mee zijn – hou je nog vast aan je opvattingen als iemand aan kan tonen dat je ongelijk hebt? Dan spreek je over het ware fundamentalisme, maar dat wordt met dit testje niet gemeten.
Nog een moeilijke: “de maatschappij verloedert door moderne ontwikkelingen als individualisering”, en dan mag ik kiezen tussen “eens, die ontwikkeling moet gestopt worden”, “eens, maar die ontwikkeling is niet tegen te houden”, en “oneens, ik wil niet terug naar vroeger”. Wat als ik zou vinden dat er veel goeds is aan een grotere mate van individuele vrijheid, verworvenheid van de jaren zestig en zeventig, maar dat ik ook een tendens zie naar een doorgeschoten individualisme in het ikke, ikke en de rest kan stikken van rechts? Terug zou ik niet willen, ik zou wel iets terug willen krijgen van meer solidariteit als het gaat om de manier waarop mensen onderaan de maatschappij worden weggezet. Wat moet ik dan antwoorden? Het hangt er alweer van af.
En dan het geloof. Ik weet zeker dat mijn fundamentalistische score een eind omhoog gaat bij het beantwoorden van de vraag “waar ik ook ben ik zal altijd aan mijn religieuze verplichtingen voldoen”. Dan kan ik wel zeggen nee hoor, want ik heb geen verplichtingen in de trant van wat ik mag eten of drinken, en hoe vaak ik moet bidden. Ik bid ’s ochtends meestal, maar voel me in het geheel niet verplicht, dat is meer omdat ik het mij goed gevoel geeft om me een keer per dag rekenschap te geven waar ik het allemaal voor doe, en om me met enige sereniteit aan het werk te krijgen. Maar er is geen man overboord als ik niet bid, ik ervaar het als een mogelijkheid, niet als een verplichting. Ik ga graag naar mijn linkse kerk, maar ga niet meer elke zondag. Daarentegen zie ik de diepste principes van mijn geloof als een opdracht die mij nooit zal verlaten – het gaat om liefhebben en rechtdoen. Wat gij niet wilt dat u geschiedt.. En de gedachte dat je niet alleen voor jezelf bestaat. Dat je je broeders hoeder bent ervaar ik als een religieuze verplichting, en dat gaat ver heen over de gedachte dat geloof een privé kwestie is, zo van dat doe je maar thuis. Ik vind dat net zo mal als iemand die tegen me zou zeggen: socialisme, dat doe je maar thuis, daar wil ik niks van merken. Ik heb het al eens eerder betoogd: het is niet voor niets dat ik denk dat ik die principes deel met veel mensen met een ander geloof, maar net zo goed met zichzelf ongelovig achtende linkse mensen. Dus als ik eerlijk ben zeg ik op de vraag of ik waar ik ook ben altijd aan mijn religieuze verplichtingen voldoe: zeker. En ik vind ook nog dat de mensheid er aardig van zou opknappen als ze ‘mijn’ waarden over zouden nemen, ook dat nog. Maakt dat mij fundamentalistischer dan Hedy d’Ancona die vol overtuiging nee heeft gezegd op die vraag omdat zij diezelfde principes die ik hanteer niet koppelt aan geloof? Daar wordt een verschil gesuggereerd dat voor mij volstrekt irrelevant is.
(Ik scheef eens een verhaal om mijn geloof een beetje uit te leggen: hier)
Nou affijn. Uitslag is 39%: Fundi light. 40% op fundamentalisme algemeen, en 38% op religieus fundamentalisme. Dit is de toelichting:
U bent zeker geen geharnaste fundamentalist. Maar als u eerlijk bent, dan weet u dat u aan de buitenkant wel tolerant lijkt, maar van binnen wel erg overtuigd bent van uw eigen gelijk.
Daar moest ik wel om lachen, om die binnen- en buitenkant, alsof het al vast staat dat ik aan de binnenkant een ander mens ben dan aan de buitenkant, en van binnen eerlijker. En ik mij haast per definitie toleranter voor wil doen dan ik echt ben. Zou het ook mogelijk zijn dat bij sommige mensen de binnen- en buitenkant nogal samenhangen? Als in ‘what you see is what you get?’ Sta ik er misschien om bekend dat ik mijn meningen bedeesd voor me hou of zo? Om toleranter te lijken?
En over mijn religieuze fundamentalisme: “hoewel u enigszins gematigd bent in uw denken, bent u nog steeds een religieuze fundamentalist. U vindt dat anderen hun eigen overtuiging mogen hebben (inderdaad, hoe raad je het zo) maar u houdt tegen de stroom in vast aan uw eigen religieuze opvattingen”.
Zo is dat en zo wou ik het ook graag houden.
Amen.