Gisteren was de jaarlijkse conferentie van het Netwerk van Parlementaire Commissies voor Gelijke rechten van Mannen en Vrouwen in de Europese Unie – een hele mond vol. Ik ging er heen als toehoorder, vooral om Philomena Essed weer te zien en te horen, die ’s middags zou spreken over de positie van migrantenvrouwen in de zaal van de Tweede Kamer.
Philomena ken ik al van lang geleden. Toen zij haar eerste belangrijke boek schreef, Alledaags Racisme, twintig jaar geleden, zat ik in het uitgeverscollectief Sara dat het uitgaf – het was spannend samenwerken, we hadden in die tijd dat racisme echt een issue was waar nog over gesproken werd vele discussies. Ik was het met haar eens (en schreef daar zelf ook een boek over, De ziekte bestrijden, niet de patiënt) dat je nooit naar vrouwen als groep kon kijken zonder tegelijkertijd aandacht aan de verschillen te besteden, het maakt nogal uit of je in Nederland zwart of wit bent, migrant, vluchteling of autochtone ingezetene.
Philomena pendelt tussen de Universiteit van Amsterdam en de Universiteit van California. Helaas bleek er in Nederland weinig ruimte te zijn voor haar werk over racisme, in de VS is die ruimte er wel.
We zijn het nog steeds met elkaar eens. De racisme discussie is vrijwel verstomd. De aandacht gaat voornamelijk naar wat er mis is met de allochtonen, de migranten, de blik wordt nauwelijks meer gericht op wat de autochtonen zelf bijdragen aan een moeizaam integratieproces. Wie het woord racisme gebruikt wordt meteen ingedeeld bij de ‘linkse kerk’ en er van beschuldigd ‘politiek correct’ te zijn. Dat is erg, want daarmee hebben we geen woorden en geen analyse van een groot deel van wat er op dit moment gebeurt: niet alleen een radicaliseringsproces bij een deel van de migranten die zich buitengesloten en verketterd voelen, maar ook een radicaliseringsproces bij een deel van de autochtonen die zich in steeds minder verhulde racistische termen uiten – het moet wel erg extreem zijn voor het als racisme wordt herkend. Het is alsof met de term ook het bewustzijn daarover vrijwel onder het tapijt is geveegd.
Philomena’s lezing was herkenbaar. Het eerste wat ze zei: als we focussen op de problemen van migrantenvrouwen in plaats van op hun potentiëel, hun kracht, dan zullen we de problemen nauwelijks op kunnen lossen. Maar focussen we op hun kracht en hun potentiëel dan is het oplossen van de problemen niet zo moeilijk.
Met andere woorden: we zien op dit moment migrantenvrouwen en allochtone vrouwen vooral als problemen, in plaats van met ze in gesprek te gaan: wat kunnen ze, wat zouden ze willen doen, hoe voelen ze zich hier in Nederland, welke bijdrage zouden ze willen leveren?
En de tweede belangrijke stelling: wanneer het probleem van racisme en dicriminatie niet voldoende wordt aangepakt krijgen vrouwen uit de etnische minderheden geen kans om werkelijk te emanciperen of voldoende te integreren.
Met andere woorden: het is niet alleen de (al of niet vermeende) achterstand tegenover hun eigen mannen die migrantenvrouwen tegenhoudt, het is ook de houding van de autochtonen waar vrijwel niet meer over gepraat wordt.
Het is een pleidooi om de racisme discussie weer op te pakken.
Ik kan dat alleen maar beamen.
De huidige situatie in Nederland is er nu één van Panische Actie, omdat de Vesuvius gestaag toen, thans een vuurspuwende Vulkaan is geworden.
Het is jammer dat uitspraken van bijvoorbeeld 20 jaar terug thans weer op de agenda van Gelijkwaardigheid/Discriminatie/Racisme herhaald moeten worden.
Waar wij goed in zijn is het zien van de onvolkomenheden in de buitenland politiek. Jammer dat er diverse escalaties voor nodig zijn om in eigen land een poging te wagen de roep van velen die gehoord wilden worden, thans op te vangen.
.
Gelijkwaardigheid, is voor mij; indien gezond denkend en welwillend omtrent de Democratische rechtsregels, dat elk individu naar eigen kunnen dezelfde kansen krijgt.
.
Het gaat mis als de “WIL” binnen SYSYEMEN en het BEDRIJFS-ETOS, grote groepen mensen uitsluit, waardoor de teleurstelling en/of de verbittering neuzen diverse richtingen doet op kijken.
Velen lijden, maar enkelingen slaan door.
.
De WET =is er voor het bewaken van de Leefbaarheid in de samenleving (respect voor elkaars cultuur, hulp aan elkaar, orde en veiligheid)
.
De samenleving (=is: het individu, de politiek, de media, het onderwijs overige organisaties), heeft er de wettelijke (verplichte) taak om in de praktijk het Democratisch goed van gelijkwaardigheid te koesteren.
.
Schuldig zijn zij die welwillend (egocentrisme, hebzucht en angst) afhankelen geen eerlijke kans gunnen.
Het is een Internationaal probleem.
Het gezaaide wordt thans geoogst.
.
Hier te lande moet ieder weldenkend mens, of welke organisatie dan ook (onderwijs, media enz.) met goede zin, de ruimte gelaten worden, mede te kunnen helpen werken aan het gezond maken en -houden van deze samenleving.