(Sylvia Borren)
Bij trainingen die Jan Andreae geeft, en deze keer was ook Sylvia Borren van de partij, leer ik altijd zelf ook mee. Twee onderdelen van de training voor de LGBT-mensen in Haifa vond ik zelf ook erg interessant. Sylvia hield een korte inleiding over conflictoplossing.
Daar kunnen ze in Israël wel wat mee doen, want het lijkt erop dat het een onderdeel is geworden van de cultuur om graag en gretig conflicten te maken – en ik bedoel dat niet alleen op nationaal niveau maar ook onderling – en weinig methodiek te hebben om dat ook weer op te lossen, anders dan heftig discussiëren en elkaar eens even stevig de waarheid zeggen. Wat zelden helpt.
Sylvia betoogde dat je om onenigheid op te lossen eerst moet weten wat de aard is van het conflict, en ze onderscheidde drie categorieën:
Conflicten die gaan over de verdeling van wat schaars is: macht, geld, de vraag is dan wie wat krijgt.
Daar zijn drie oplossingsmodellen voor:
– het zoeken naar een win-win situatie, waar beide partijen profijt hebben.
– het simpelweg eerlijk delen.
– het win-lose model, vechten en de sterkste wint. De zwakkere heeft pech.
Veel herkenning in de groep. Veel ruzies gaan over de verdeling van schaarse zaken als subsidies, plaats op het podium bij evenementen, en verwijten dat sommige groepen meer macht hebben dan andere zijn aan de orde van de dag. Gewoon vechten en kijken wie er wint is gewoonte, het idee dat je ook kunt delen is voorstelbaar, dat je ook kunt kijken naar oplossingen die voor beide partijen winst opleveren een geheel nieuwe gedachte.
Dan zijn er conflicten die gebaseerd zijn op waarden. De vraag is: wat is goed. Drie mogelijkheden: zoeken naar wat men gemeenschappelijk heeft, en daar op verder werken, in plaats van blijven hangen in de verschillen. Het conflict openlijk aangaan, en als dat niet lukt als derde: agree to disagree. We worden het niet eens.
Ook hierbij herkenning: we hebben in de trainingen heel wat discussies meegemaakt over de ideologie, vooral over principes: hoe radicaal ben je, in hoeverre pas je je aan aan het establishment. Discussies die eindeloos en meestal onvruchtbaar door kunnen gaan. De gedachte – dat je als je het eigenlijk negentig procent met elkaar eens bent, je je niet eindeloos hoeft te richten op die tien overgebleven procent waarop je het met elkaar oneens bent – is niet zo gangbaar. Het kan al geweldig opluchten om te zeggen: daar verschillen we in en dat laten we zo.
En dan is er de moeilijkste: conflicten die gebaseerd zijn op identiteit. Waarin feitelijk gezegd wordt: jij, jullie, mogen niet bestaan. Althans niet als wat jullie zijn. Homo, jood, moslim, orthodox, ongelovig. Dit zijn de venijnigste, omdat samenwerking met mensen die je in het diepste wat je bent afwijzen, niet te doen is. De enige oplossingen zijn: of accepteren en respecteren, of uit elkaar gaan.
Ik heb daar zelf een mooi voorbeeld van uit Slotervaart, waar vooral de homo’s en de moslims tegenover elkaar kwamen te staan. Conflicten die niet op te lossen zijn wanneer je tegenover elkaar komt te staan: ik eis dat je mij als homo accepteert, tegenover een moslim die zegt: ja maar dat is tegen mijn geloof, en moslims die vragen om geaccepteerd te worden en te horen krijgen: alleen als je homoseksualiteit accepteert. Is daar een oplossing voor? Jawel, en dat is als je kijkt naar wat je alletwee gemeenschappelijk hebt: de angst dat je er niet mag zijn, dat je in je eigen wijk niet veilig bent. In Slotervaart sloten een aantal groepen een verdrag: we accepteren dat mensen mogen vinden wat ze vinden, ook als ik het er niet mee eens ben, maar we spreken af dat iedereen in deze wijk zichtbaar zichzelf mag zijn, en recht heeft op veiligheid. Dit is een simpele win-win oplossing, die ruimte geeft om een stap naar elkaar toe te maken, in plaats van dat iedereen zich verschanst in het eigen gelijk.
Ik vond het een mooi schema, van Sylvia, dat op veel situaties toepasbaar is. En ik denk dat de LGBT-community er ook veel aan kan hebben, ook om meer ruimte te maken voor diversiteit, ook binnen de beweging.
(wordt vervolgd)