Gisteren de Algemene Beschouwingen in de Eerste Kamer. Dat is zowel een feestelijke als een beetje landerige dag, want alle ministers en staatssecretarissen horen daarbij aanwezig te zijn terwijl alleen Balkenende namens de regering het woord voert. Ik zag dus nogal wat ministers discreet in de weer met hun meegebrachte werkjes.
Uiteraard was de toestand na de moord en de aanslagen op scholen en moskeeën een onderwerp waarmee alle partijen hun betoog begonnen. Er heerste een sfeer van gedeelde zorg en wederzijdse instemming zoals we die niet altijd meemaken, zelfs niet in de Eerste Kamer waar het meestal wat rustiger toegaat dan in de Tweede Kamer. Ik was het zowaar nogal eens met Balkenende, dat is een geheel nieuwe ervaring.
Balkenende begon zijn betoog, de repliek op de bijdragen uit de kamer, met de constatering dat we het hier en nu niet te maken hebben met een tegenstelling tussen moslims en niet-moslims, maar tussen mensen die met elkaar willen samenleven en radicale minderheden aan beide zijden van het spectrum die dan niet willen. Verreweg de meeste mensen, ook de moslims en hun organisaties, hebben de moord én de aanslagen op moskeeën en scholen veroordeeld, zei hij. Vervolgens deelde hij de problematiek onder in drie topics: vrijheid, veiligheid en dialoog.
De vrijheid om onze mening te uiten, en de vrijheid van godsdienst, behoudens ieders verantwoordelijkheid voor de wet, moeten behouden blijven. Wie zich gegriefd voelt kan reageren, in debat gaan of naar de rechtbank lopen. Geweld om iemand de mond te snoeren, geweld tegen plaatsen waar gelovigen samenkomen is onacceptabel.
De veiligheid, dus bewaking en controle, moeten versterkt worden. Er moet meer zicht komen op de extremistische netwerken die over de grenzen heen opereren. Het terrorisme moet harder worden aangepakt. Kabinet en gemeenten moeten meer garant staan voor bewaking van mensen en instellingen.
Dat ontlokte Tiny Kox die het woord voerde voor de SP en mij de wat stekelige vraag of dat betekende dat de uitspraak van minister Verdonk kortgeleden, dat er geen extra bewaking zou komen voor scholen en moskeeën onder de bekende slogan ‘dat dat hun eigen verantwoordelijkheid was’ nu weer was ingetrokken? Helaas, we zullen het nog niet meemaken dat een minister van dit kabinet eens gewoon zegt, dat had ik mis. Ik ben van mening veranderd.
En dan moet er veel gebeuren aan het herstel van de sociale samenhang. Voor alle groepen in de samenleving is het belangrijk om zich in te zetten tegen radicalisering, tegen haat en wantrouwen, er moet dus meer contact komen met moslimorganisaties en met de ouders. Discriminatie moet krachtig worden bestreden, jeugdwerkloosheid is een urgent probleem dat moet worden aangepakt. En burgers moeten zich meer realiseren dat ze weliswaar de vrijheid hebben om zich te uiten, maar dat ze zich ook rekenschap moeten geven van de ontvanger, en na moeten gaan hoe hun woorden overkomen – dragen ze bij tot de dialoog of tot escalatie? In vele gemeenten zal de dialoog opnieuw starten, om bevolkingsgroepen met elkaar in gesprek te brengen.
Het gaat om een balans te vinden tussen vrijheid en verantwoordelijkheid, vatte Balkenende samen. Autochtonen zowel als allochtonen moeten beter weten welke normen en waarden we hier hanteren.
Daarna vervolgde Balkenende zijn betoog met een ander onderwerp, en toe hij begon over een ‘stukje marktwerking’ was het weer uit tussen ons, en hoefde mijn wereldbeeld niet echt te wankelen.
Maar wat ik goed vond aan het betoog van Balkenende is dat het opnieuw het probleem stelt als een kwestie van wederzijdsheid. De laatste tijd leek ‘integratie’ alleen te gaan over dat wat de allochtonen moeten doen. Dat er van alles broeide ook aan de autochtone kant werd door deze regering nauwelijks waargenomen. Woorden als ‘discriminatie’ leken te komen uit een politiek correct tijdperk dat we achter ons hadden gelaten. Misschien dat deze crisis dat in ieder geval oplevert: dat we voor wat er zich afspeelt onder de verschillende bevolkingsgroepen niet meer blind kunnen zijn.
Tineke en ik spraken nog even met minister Donner, die pas suggereerde dat we de godslastering weer intensiever moeten vervolgen, en daar vervolgens door de Tweede Kamer voor op de vingers werd getikt, die juist van die godslastering af wil. Ik weet niet wat het beste is. Ik weet wel dat ik het heel belangrijk vindt dat niet hele bevolkingsgroepen onder het mom van ‘dat moet hier kunnen’ en ‘vrijheid van meningsuiting’ voor rotte vis utigemaakt mogen worden. Kwetsen om het kwetsen kan toch geen doel zijn waar we voor gaan staan, zeker niet nu we weten hoe verscheurend dat voor een gehele samenleving kan zijn. Ik ben het dan ook niet erg eens met Jan Marijnissen – als de Volkskrant hem tenminste correct heeft geciteerd – die zich afvroeg of de opmerking van Donner geen impiciete steunverklaring is voor diegenen die de moord op Van Gogh vergoelijken. We zijn het er allang over eens dat moord niet mag, nooit. De volgende vraag is dan wel of kwetsen om te kwetsen mag, en zo nee, wat we daar aan kunnen doen. Dat zijn volgens mij twee verschillende zaken die je niet tegen elkaar weg mag strepen.
We zullen het in de komende tijd nog veel moeten hebben over de balans tussen vrijheid en verantwoordelijkheid. Zoals Tiny Kox pas bij een discussie zei: zeggen wat je denkt is mooi, als je maar de nadruk legt op het woord denken.
Ik wist niet eens dat er een wet tegen godslastering bestònd. En hoewel ik denk dat strafrechtelijk gezien het verbod op smaad,laster enzovoort volstaat, zou ik de wetsartikelen over godslastering niet zomaar willen afschaffen. Oké Donner heeft het niet zo snugger aangepakt, maar nu toch heel Nederland op de hoogte is van het bestaan van het artikel, moet je je afvragen watvoor signaal je afgeeft als je het schrapt. Dat godslastering nu wel geaccepteerd is? Als een vebod is opgeheven mag het immers weer. En juist omdat het toch al prijsschieten is op de islam, lijkt dit me niet wenselijk.
Maar het probleem met Donner en eigenlijk veel ministers is dat ze te veel verwachten van wetgeving. Als iets verboden dan wel toegestaan,is alles duidelijk en verdere discussie niet meer nodig.
En juist over dit onderwerp moeten we met elkaar van gedachten wisselen. Juist nu, omdat ten onrechte de islam als bron can alle kwaad wordt gezien. Juist nu, omdat veel geseculeerde, individualistische mensen zich niet kunnen voorstellen dat iemand zijn leven in handen van iets hogers kan leggen. Ik hoop op veel discussie waar iedereen rijker van wordt.
Ciao Anja,
Het doet me deugd dat je het in dit geval niet eens bent met Jan Marijnissen. Ik ook niet, en twee vrienden van me, eveneens SP-stemmer, evenmin. Wij vonden het raar ineens te merken dat we het eens waren met Donner! We wilden hem bijna een e-mail sturen om hem te steunen. Dat gescheld op God (zeg ik, als vierde generatie atheïstisch humanist) is per definitie onnodig en krenkend. De uitlating van Van Gogh (“mijn god is een varken en ik noem het Allah”) is ook helemaal geen meningsuiting. Het is bedoeld als krenking, komt over als krenking en ís een krenking. Waarmee ik nog steeds niet heb gezegd dat Van Gogh de doodstraf verdiende. Maar als hij had kunnen worden aangepakt voor aanzetten tot haat, laster, smaad en vuilspuiterij, dan had ik graag tegen hem getuigd.
Respect!
Ruben