Laatste verhaal uit Gaza: over depressies


(Annechien Limburg)

Het laatste verhaal, Annechien Limburg, psychiater, hield een inleiding voor de teams van het NCCR over depressies, en Christine tekenende het op. Hierbij.

Donderdag.
Annechien geeft college over depressies Ze begint met een oefening: wat doe je om je beter te voelen als je down bent. “Praten met mijn beste vriend”, zegt sociaal werker Diya. “Muziek draaien en koran lezen”, zegt verpleegkundige Feryal.

Depressie kan verschillende oorzaken hebben. Het kan in de familie zitten, psychologische factoren kunnen een rol spelen. Mensen met borderline kunnen zich bijvoorbeeld een lange tijd leeg en geïsoleerd voelen. Ook perfectionisten zijn gevoelig voor depressie. Natuurlijk zijn er sociale factoren zoals trauma, geweld of het verlies of ziekte van een geliefde die tot depressie kunnen leiden.

Medicatie is een behandelmogelijkheid, maar een die in Gaza niet altijd voorhanden is. Annechien gaat in op therapie en leert de teams een handig trucje: het genogram, wat zoveel is als een stamboom. Al pratend teken je de ouders, grootouders, broers en zussen in de stamboom. “Stel vragen”, houdt Annechien de teams voor. “Leven de grootouders, ouders of broers en zussen nog? Zijn ze overleden door een ziekte of ongeluk? Wie van je familieleden kent jou het beste? Wie is de baas? Kijken naar het papier en niet naar elkaar, kun je bijna alles vragen.” Psychologe Eilin schrijft driftig mee. Later die middag zal ze de nieuwe methode in praktijk brengen in gesprek met een vrouw die slachtoffer is van huiselijk geweld.

“Wat is het doel?”, wil Diya, die altijd graag snel ter zake komt, weten. De deur openen, zegt Annechien, de patiënt laten vertellen. Al pratend krijg je zicht op de positie van de patiënt in zijn familie en kom je achter oud zeer dat in een gesprek of op huisbezoek niet boven tafel komt. “De patiënt draagt vaak het symptoom van een probleem dat een generatie hoger ligt”, weet Annechien uit ervaring. “Als bijvoorbeeld veel mannen in een familie dood zijn, kan dat iets zeggen.”

Nog een oefening: wat doe je als je boos bent? “Dan schreeuw ik,” zegt fysiotherapeute Mayyasa, “tot mijn moeder zegt dat ik mijn kop moet houden. Dan voel ik me schuldig dat ik iedereen in huis van streek maak en voel ik mijn zenuwen branden van kwaadheid op mijzelf.” Annechien vraagt dit niet voor niets: depressie is vaak woede die er niet uitkomt. “Het is belangrijk dit te bespreken met je patiënt. Vraag hem of haar: wat maakt je kwaad? En vertel de familie: depressie is geen zwakte maar een ziekte.

Huilen heelt. Weer is het Diya die het woord neemt. Hij vertelt over een training die Jan Andreae, een goede bekende van Kifaia, kort na de verwoestende aanvallen van 2009 gaf. Het was een moment waarop de teams zich nu eens niet concentreerden op hun patiënten, maar stilstonden bij wat de aanvallen met henzelf hadden gedaan. Diya vertelt hoe hij brak toen hij zich uit de groep mannen had moeten vechten die hem omringden en voor het eerst in staat was ‘help me’ te zeggen. “Toen leerde ik pas hoe belangrijk het is om dingen niet op te kroppen.”

aagazafebr-12.jpg

Tot zover Christine.
Over dat verhaal van Diya: daar was ik bij. Het was heel aangrijpend om mee te maken hoe die man die al die psychologie maar onzin vond opeens ontdekte hoe zijn eigen emoties meespeelden, en hoe hij voor het eerst zijn kwetsbaarheid kon laten zien. Hier het verhaal, van die training, toen. Ik ben er heel blij om hoe we in de loop van de jaren steeds een stapje verder komen, en hoeveel we van elkaar kunnen leren in de samenwerking. Voor de hulpverleners die we daar kennen, meestal met een medische achtergrond, was ‘psychologie’ iets voor mensen waar iets mis mee was, en de psychologen die in de teams zaten waren vooral opgeleid om psychische ziektes te onderkennen, maar niet om met de mensen mee te denken en eraan te werken hoe ze met al hun emoties om kunnen gaan. In Gaza is de traumatisering, het verlies, het geweld, het moeten leven zonder toekomst, in extreme afhankelijkheid van hulp van buitenaf en het bestaan onder een gewelddadige onderdrukkende bezetting zo ‘gewoon’, dat het niet vanzelfsprekend is om psychologische inzichten in te zetten om elkaar te helpen te overleven. Wij zien dat het denken daarover steeds meer meegenomen wordt in het werk van de teams, en het is echt fijn om mee te maken dat onze bijdrage aankomt.