(Alweer) mooi stuk van Pieter Hilhorst!
Het verboden verwijt
Aan de bar wilde Pim Fortuyn het wel toegeven: natuurlijk bestaat discriminatie in Nederland en ook op de arbeidsmarkt. Het was april 2002. Ik had hem net geïnterviewd voor de Ikon-televisie. Ik daagde hem uit om dat voor de camera te herhalen. ‘Ik kijk wel uit,’ zei Fortuyn schaamteloos openhartig, ‘jij vindt het leuk als ik dat zeg, maar jij stemt toch niet op mij.”Daar had hij gelijk in. Ik zou niet op hem stemmen en de mensen die dat wel deden, hielden niet van dat gezuer over discriminatie. Ze hadden er genoeg van om zich schuldig te moeten voelen. Ze hadden er genoeg van om op hun woorden te moeten letten, uit angst om als racist te worden weggezet.
Rita Verdonk is de erflater van Fortuyn. Ze heeft een intuïtieve afkeer van gezever over discriminatie en racisme. Of het nu gaat om de tweede aanslag op een islamitische school in Uden (heeft niets met rassenhaat te maken), de rechts-extremistische ideeën van Lonsdale jongeren(‘misschien is Lonsdale ook wel leuk voor mij om te dragen’) of om discriminatie op de arbeidsmarkt, bij haar overheerst de scepsis. Eerst zien en dan geloven. Daarom roept ze de allochtone jongeren op om eens met bewijzen te komen van die discriminatie op de arbeidsmarkt, want ze hoort steeds hetzelfde verhaal over Achmed die niet voor een sollicitatiegesprek wordt uitgenodigd en iemand met een Nederlandse naam wel. ‘Maar als ik dan vraag aan de allochtonen of zij dat zelf hebben meegemaakt, reageert niemand. Het lijkt wel of er geen ander voorbeeld is dan het verhaal van Achmed.’ (Trouw, 2 februari 2004)
Scepsis is geen slechte eigenschap voor een politicus. Maar er komt een moment dat gezonde scepsis overgaat in hardleersheid. Het kabinet heeft afgelopen week het rapport Etnische minderheden op de arbeidsmarkt uitgebracht waarin harde cijfers staan over discriminatie op de arbeidsmarkt. Een kwart van de werkgevers in het midden- en kleinbedrijf geeft eerlijk toe dat ze alleen een allochtoon aannemen als er geen andere kandidaten zijn. Een derde van de allochtone werknemers zegt te maken gehad te hebben met discriminatie. Maar voor Verdonk blijft klagen over racisme en discriminatie een vorm van karakterzwakte. Het is slachtofferdenken waarbij je de fout bij de samenleving legt en niet bij jezelf.
De Amsterdamse wethouder Aboutaleb staat evenmin te springen discriminatie op de arbeidsmarkt aan te pakken. De meerderheid van de Amsterdamse gemeenteraad heeft afgelopen week voorgesteld om een zwartboek samen te stellen van werkgevers die discrimineren bij sollicitaties. De PvdA-wethouder is mordicus tegen. Hij is bang de werkgevers van zich te vervreemden.
Het pleit voor Ayaan Hirsi Ali dat zij middels een paginagroot interview in NRC Handelsblad (9 april 2005) wel discriminatie van allochtonen op de arbeidsmarkt op de politieke agenda wil zetten. Of de gedupeerden daar blij mee zijn, valt echter te betwijfelen. Het VVD-kamerlid vindt dat we beter moeten luisteren naar het verhaal van werkgevers. Zij selecteren niet op herkomst of kleur, maar op gedrag. Werkgevers vertellen haar verhalen ‘over geweld, communicatieproblemen, arbeidsethos, mensen die altijd te laat komen’. Kortom, allochtonen deugen niet. ‘Een werkgever spuugt op de vloer, je zegt er iets van en hij zegt: discriminatie.’ In feite hebben volgens Hirsi Ali allochtonen hun werkloosheid aan zichzelf te wijten. Hirsi Ali wil (islamitische) allochtonen daarom onderwerpen aan een beschavingsoffensief. Het is een klassieke vorm van blaming the victim. Seksueel geweld houdt op als mesijes stoppen met het dragen van korte rokjes! Met zo’n bondgenoot heb je geen vijanden meer nodig.
De pech voor haar is dat uit het genoemde onderzoek blijkt dat werkgevers die wel etnische minderheden in dienst hebben daar tevreden over zijn. Ze noemen de omgangsvormen van allochtonen zelfs netter dan die van autochtonen. De sterkste afkeer zit bi9j ondernemers die nooit allochtonen in dienst hebben gehad. Een geciteerde bouwondernemer: ‘Brieven van Marokkanen gaan rechtstreeks de versnipperaar in. Misschien is dat wel discriminatie, maar ik wil problemen voorkomen. En het beeld dat je hoort, is toch dat Marokkanen problemen geven.”De onderzoekers schrijven ook geen letter o0ver sollicitanten die werk weigeren omdat ze niet vijf keer per dag kunnen bidden of omdat ze geen alcohol willen schenken (favoriete voorbeelden van Hirsi Ali).
Als werkgevers sollicitanten beoordelen op zaken die niet van belang zijn voor het werk is er sprake van discriminatie. Maar wie bepaalt er wat wel en niet van belang is voor een baan? Moet je ook goed in het team liggen? Moet je mee gaan borrelen op vrijdagmiddag?
Het verwijt van discriminatie voelt daarom snel onterecht. Werkgevers willen geen risico nemen en kiezen voor de makkelijkste weg.
Die gemakzucht is verwijtbaar. Maar Verdonk en Hirsi Ali willen er niets van weten. Bij hun is de afkeer van politiek correcte verwijten omgeslagen in een taboe op terechte klachten.
(Volkskrant, 19 april 05)
Het is natuurlijk altijd tricky om de grens te leggen tussen wat wel en niet van belang is voor het werk. In het sociale werkveld zijn hele andere factoren van belang dan bij een kantoorbaan; en zelfs binnen een sector zijn er nog tal van verschillen te vinden voor wat wel of niet van belang is.
Is het dan terecht om discriminatie dan maar af te winpelen als aanstellerij van de werknemer? Nee, dan moet er juist extra voor gewaakt worden.
Iedere werkplek moet voor elke functie vast hebben liggen aan welke eisen een sollicitant moet doen. Een sollicitant dient dan ook strikt op basis van die eisen beoordeeld te worden. Wordt hij op iets beoordeeld wat buiten dit eisenpakket valt, dan kun je stellen dat er sprake van discriminatie is. Dat eisenpakket moet ook openbaar zijn, zodat het gecontrolleerd kan worden.
Het betekent natuurlijk niet het einde van discriminatie op (de weg tot) de werkvloer, maar het is een stap in de richting… denk ik.
Duidelijk verhaal. Ook Hirsi Ali vindt, net als alle andere VVD-ers, dat beter moet worden geluisterd naar het verhaal van werkgevers. En dat allochtonen het grote percentage werkloosheid onder hen aan zichzelf te wijten hebben. Uit het onderzoek blijkt, dat klachten met name komen van werkgevers die zelf geen ervaring hebben met allochtone werknemers. Zij die dat wél hebben zijn juist tevreden. Dus ook Hirsi Ali praat over en ten koste van mensen waarover zij eigenlijk niets weet of wil weten.
Hmmm….. Ze hebben inderdaat wel een overeenkomst, Fortuyn Verdonk, Ayaan Hirsi Ali. Wel hard roepen dat je niet discrimineerd maar een houding innemen die het tegenovergestelde doet vermoeden. Binnen de hypothese dat het echt discriminatie zou zijn kan ik alleen een motief voor Ayaan Hirsi Ali bedenken. Bij Verdonk en Fortuyn tast ik hier in het duister.
Van de andere kant, als je dan echt niet discrimineerd of wil discrimineren wat is dan het motief om wel dit vermoeden te scheppen ? Trouwens misstaan nog een paar 2e-kamer lieden niet in dit rijtje van Fortuyn, Fortuyn Verdonk, Ayaan Hirsi Ali., Ayaan Hirsi Ali met deze zelfde vreemde houdingen die discriminatie doen vermoeden.
Het waren ook precies die lieden die aan de grondwet wouden rommelen ivm terroristen toestanden afgelopen jaar. God zij dank was Donner wakker en veranderde de grondwet niet! In mijn ogen gaf Donner geen gerechtelijke middelen die door de overheid heel makkelijk discriminerend misbruikt konden worden.
Weet Donner meer over de motieven van Van Aartsen, Wilders, Verdonk,Ayaan Hirsi Ali ?
Ik kan me boos maken op onbeschoftheid van sommige, ze hebben de macht om iets te veranderen en dan doen ze ook niets. Ze zitten in de regering en dan zeggen ze ook nog eens dat je gek bent, als je ze op feiten wijst.